Colinda schrijft een reeks over haar zwangerschap en bevalling. Lees eerst het vorige deel:
Deel 1: Ik zou niet spontaan zwanger kunnen worden, toch voelde ik me ineens niet lekker
Het afmaken van mijn studie voor de bevalling werd lastig
Ook wilde ik nog heel graag mijn studie afmaken voor mijn bevalling. Ik was zorgassistent bij een verpleeghuis. Ik had gesprekken gehad met mijn leidinggevende en we konden gelukkig afspraken maken dat ik mijn studie op tijd kon afmaken. Ik hoefde namelijk alleen nog maar 20 weken fulltime stage te lopen en dan was ik klaar. Helaas duurde mijn euforie niet lang. School kon niets regelen en het kwam er uiteindelijk op neer dat ik mijn studie moest afmaken na mijn verlof. Nou je mag best weten dat ik school behoorlijk vervloekt hebt. Ik had het verdorie toch zelf allemaal al geregeld.
Het alleen zijn deed mij veel nadenken
De verbouwing van het huis en het voorbereiden van de trouwdag was slopend, maar het lukte allemaal. De trouwdag was een fantastische dag! De weken verstreken, alles ging goed. Wel had ik moeite met het alleen in huis zijn. Mijn ouders hebben een eigen bedrijf dus ik was gewend dat er altijd mensen om me heen waren. Mijn partner was 40 uur in de week aan het werk, in principe hele dagen weg. En dan ga je steeds meer beseffen dat er in een hele korte tijd heel veel gebeurd is. En we hadden het allemaal nog zo mooi en vooral rustig uitgestippeld.
Bij de echo bleek de baby erg klein
Met 30 weken zwangerschap ging mijn moeder mee naar een gewone controle bij de verloskundige. We vroegen voor de grap of ze snel even een echo wilde en kon maken omdat mijn moeder dit nog nooit gezien had bij mij. Toen de verloskundige de echo aan het maken was, wilde ze ook even de baby meten. Nou prima dacht ik nog; des te langer wij naar de baby kunnen kijken. Maar daarna ging mijn verloskundige nog een keer meten. Mijn moeder en ik keken elkaar al aan: “Dat is gek.” De verloskundige vertelde tijdens het maken van de echo niet heel veel. We moesten bij haar aan de tafel komen zitten. “De baby is wel iets aan de kleine kant”, gaf de verloskundige aan. “Ik stuur jullie door naar de gynaecoloog, zodat deze ook even mee kan kijken maar jullie hoeven je geen zorgen te maken.” Dit benadrukte mijn verloskundige heel vaak. Maar, vervolgde ze: “Ik ga wel met de gynaecoloog overleggen dat ze je vandaag of morgen nog even ziet”. Dus ik hoef me geen zorgen te maken, maar er zit wel degelijk vaart achter het consult met de gynaecoloog? Dit gaf me toch geen gerust gevoel.
We werden doorverwezen naar het ziekenhuis
De dag erna kon ik bij de gynaecoloog terecht. Ik was samen met mijn partner er heen. Ook de gynaecoloog had een aantal keer gemeten. Toen we bij haar aan de tafel kwamen zitten, pakte zij de groeidiagrammen erbij. Onze kleine uk kwam helemaal onder de minimale lijn terecht. Aangezien het stipje van de curve nog net de onderste minimum lijn aantikte mocht ik wel naar huis met volledige bedrust, maar ik moest elke dag terugkomen voor een CTG. En een om de week wilden ze een echo maken om te kijken of de placenta nog goed functioneerde. Ook moest ik zelf in de gaten houden of ik de kleine elke dag goed voelde bewegen.
De volledige bedrust was een uitdaging
Dit alles was wel even schrikken, maar op dat moment maakte ik me nog geen grote zorgen. De volledige bedrust in huis vond ik daarentegen wel heel moeilijk. Ik ben geen stilzitter en voelde me verder ook echt heel erg goed, dus dan is het nog moeilijker om niks te doen. Maar, alles voor de baby. Dag in, dag uit naar het ziekenhuis voor controle, maar gelukkig was alles elke keer goed. Ik keek zo uit na de dag dat ik eindelijk mijn baby in mijn armen had en lekker kon gaan genieten.
Ik voelde de kleine meid niet meer goed
Totdat ik met 37 weken de kleine niet meer goed voelde bewegen. Ik voelde heel af en toe een schopje, maar toch heel anders dan ik gewend was. Mijn kleine maakte altijd hele salto’s in mijn buik, maar het bleef nu gewoon akelig rustig. Terug naar het ziekenhuis en aan de CTG. Ook werd er inwendig gevoeld of ik al ontsluiting had, maar dit zat allemaal nog potdicht. Ik vond het raar dat ze dat wilden weten en werd er behoorlijk nerveus van. Er werd een extra echo gemaakt en ook werd de hoeveelheid vruchtwater gemeten. Ook dit keer werd tijdens het maken van de echo niks verteld. De gynaecoloog was akelig stil. Dit vond ik echt vreselijk.
De inleiding moest diezelfde dag nog starten
Ze zette de echo apparaat uit en zei: “Doe je kleren maar weer goed aan en kom daarna maar even bij mijn bureau zitten.” Ik ging zitten en mijn partner en ik keken elkaar aan. De eerste woorden die de gynaecoloog zei was: “Je wordt vanavond ingeleid. Je mag nu nog even naar huis om je spullen te halen en dan mag je je vanavond om 19.30 uur melden op de afdeling.” Huh, wat? Waarom? Hoezo dat? “Je hebt minder vruchtwater, je placenta-functie gaat achteruit en omdat je de kleine minder goed voelt bewegen word je snel ingeleid. Het is tijd dat de kleine eruit komt.” Dit kon ik niet zo snel verwerken. Was ik nu blij omdat ik de kleine waarschijnlijk met een dag in mijn armen zou hebben? Ik voelde zoveel tegelijk en was ontzettend zenuwachtig en in de war.
Ik viel bijna flauw van de ballonkatheter
Zoals afgesproken meldden we ons diezelfde avond om 19.30 uur op de afdeling. Er werd een ballonkatheter geplaatst, maar dat was geen pretje. Tijdens het vullen van de ballon werd ik heel erg misselijk en viel ik bijna flauw. Na rustig aan doen ging alles weer goed. Er werd afgesproken dat als de verloskundige de volgende ochtend de katheter er zo uit kon trekken, de inleiding kon starten. Ik had dan namelijk ongeveer al drie cm ontsluiting en dan konden ze mijn vliezen breken. Na een redelijke nacht stond mijn partner om 07.00 uur alweer naast mijn bed. Om 07.30 uur werd gekeken of de inleiding echt kon starten. Helaas konden ze de katheter er nog niet uittrekken. Wat een tegenvaller was dit zeg. De ballon van de katheter werd nog extra gevuld, zodat er nog meer druk op mijn baarmoedermond kwam te staan. Ook nu werd ik weer enorm misselijk en viel ik bijna flauw. Deze hele dag moest ik in het ziekenhuis blijven en mocht ik niet van de afdeling af. Dit was een lange, slopende dag waarbij ik met regelmaat toch harde buiken kreeg. Ik merkte aan alles dat er van alles in mijn lichaam bezig was en dat de ballon nu wel zijn werk deed.
Er gingen rare gedachten door mijn hoofd
Maar ook mentaal was er van alles gaande. Aan het einde van de middag begon ik me steeds minder goed te voelen. Er gingen gedachten door mijn hoofd heen die ik nog nooit eerder had gehad. Ik probeerde het weg te stoppen en er niet aan te denken. Deze baby is alles wat ik wilde. Ja, dat is wat ik wilde. Ik wil heel graag mijn baby in mijn armen! Toch? Ik bleef mezelf maar voorhouden dat dit was wat ik wilde en dat ik gewoon last had van zenuwen…
Lees HIER het vervolg.
COLINDA