Voordat je dit stuk gaat lezen, is het handig dat je HIER eerst de bevalling van kleine Luc leest.
We waren inmiddels vier uur verder. Het was druk op de kraamafdeling die bewuste nacht en ochtend. Ze hadden zelfs nog geen tijd gehad om onze ontslagformulieren klaar te maken. Wel waren we naar een andere kamer verplaatst, omdat ze de kraamkamer nodig hadden voor een volgende bevalling.
“We gaan nog even één keer een hele check doen en dan mogen jullie naar huis
Jullie zijn nu al zo een tijd aan het wachten. Maar het is zo druk vandaag. Alle kamers liggen vol”, zei de verpleegkundige die net de dienst had overgenomen van de nachtdienst. Ze nam mijn temperatuur op. En daarna pakte ze Luc. Ze legde hem neer, ontdeed hem van het dekentje, zijn broekje én zijn luiertje. Toen ging ze Luc temperaturen, tenminste dat probeerde ze. Het lukte niet. Ze zei dat het misschien wel kwam omdat hij zich heel erg aanspande. Intussen moest hij heel erg huilen. Er kwam een andere verpleegkundige. Toen een verloskundige. Het lukte nog steeds niet.
Heel voorzichtig zei de verloskundige: “Het lijkt erop dat het van onderen dicht is”
Er spookte van alles door m’n hoofd: “Dat kan niet” en “Bestaat dat?”. Maar vooral: “Wat is er aan de hand met mijn zoon? Wat zeggen ze nou eigenlijk!?”. Het duurde veel te lang voordat er een kinderarts bij kwam. Er was zoveel tijd voorbij gegaan, dat we op het internet konden uitzoeken wat er aan de hand zou kunnen zijn. Toch was er een rust in mij. Ik voelde Lucs lijfje op mij liggen. Zo vertrouwd. Ik voelde, ook al wist ik dat er iets goed mis was, dat hij verder gezond was. Ik wist zeker dat hij in orde was. “Sterk blijven of doen alsof je sterk bent”, dacht ik. Er kwam in één klap een muur om mij heen. Niet een muur die mij beschermde voor dingen van buitenaf, maar een muur die buitenaf beschermde voor wat er omging in mij. Ik mocht, kon en wilde niet laten zien wat er eigenlijk door me heen ging. Dat kon niet. Ik was net bevallen. Als moeder van Luc moest ik meteen al sterk zijn. Hij moest voelen dat alles goed was.
Na zeker 20 minuten kwam er een kinderarts
Ook zij probeerde Luc te temperaturen. Ik werd een beetje ongeduldig en boos. Luc was zo verdrietig. “Laat het mij zelf maar doen”, dacht ik. Maar ja, ze wilde natuurlijk zeker weten dat het echt niet lukte. Toen kwamen ze met de zin: “Het lijkt er inderdaad op dat het dicht is. Geen anus. Het gebeurt soms. Maar wij hebben de expertise niet in huis om uw zoon hier verder bij te helpen.” Dus gingen ze contact leggen met het AMC (toen nog). Wij moesten weer wachten. Intussen wisten we nu iets meer natuurlijk. En omdat we toch bij die doe-het-zelf-generatie hoorden, zocht mijn man op Google. Hij kwam de meest vreselijke dingen tegen en de moed zonk hem in de schoenen.
Hij zei niet veel, maar ik zag aan zijn gezicht dat hij geschrokken was
Intussen was ik nog steeds overtuigd van het feit dat alles in orde was met Luc. Ook al had ik mijn hele zwangerschap last gehad van bloedverlies. Ook al bleek nu dat er toch echt iets niet klopte bij zijn anatomie. Toch, en het was echt geen hoop, wist ik diep van binnen zeker dat hij kerngezond was. Een oergevoel. Maar ik wist ook dat de artsen mij die dag nog iets anders zouden vertellen.
Na een kwartier kwam er een groepje van drie mensen binnen: de kinderarts, de afdelingsarts en de verpleegkundige
Dit keer met het verhaal hoe het nu verder zou gaan. We moesten met Luc naar het Emma Kinderziekenhuis. Daar zaten de specialisten die de meeste gevallen van ‘zijn soort’ behandelden en daar zat dus ook de meeste ervaring. Op dat moment was het enige dat ik dacht: “Overkomt ons dit nu echt?!”. En ja, het overkwam ons echt. Vanaf het moment dat we wisten dat Luc geen anus had, maakte ik me zorgen over de druk die hij zou moeten voelen. Ik ging ook steeds meer aan zijn gezicht zien dat hij een soort van constante druk uitoefende, maar met de druk nergens naartoe kon.
Ik stortte volledig in
De autorit naar het AMC was een vreselijke rit. De meest beladen autorit ooit. Het allerergste is dat we achteraf nooit zelf in de auto hadden mogen stappen. Het ziekenhuis was inmiddels op de hoogte dat we er aan kwamen. We waren totaal beduusd. Het was druk, heel druk in het ziekenhuis. Al de hele nacht en ochtend, want er waren veel baby’s geboren rond 30 januari 2017. Het enige dat mij rust gaf, was dat Luc bij me was en dat de bevalling zo fijn was geweest. En toch stortte ik compleet in. Het gebeurde gewoon. Het sloop er in, terwijl we reden en niet wisten wat ons te wachten stond. Terwijl we in het ziekenhuis liepen en niet wisten wat er ging gebeuren. In de hal van het AMC moest mijn man plassen. Ik stond daar tegen een muur, met Luc in de maxi-cosi naast me op de grond en twee grote tassen. Terwijl ik daar op mijn man stond te wachten, begon ik te huilen. Intens verdriet over de stroomversnelling waarin we beland waren en over het feit dat we totaal niet wisten waar die ons naartoe zou voeren.
Ik moest mezelf weer bij elkaar rapen
Toen mijn man klaar was, vond hij me huilend op de grond. Ik leunde even op hem, want ik had natuurlijk ook nog veel lichamelijke pijn van de snelle bevalling. Vervolgens gingen we onze weg naar de juiste afdeling. De lift in naar de achtste verdieping. Toen ik langs de balie van de afdeling liep, begon ik weer te huilen. Het gevoel dat me bekroop was pure angst. Ik had weg willen rennen met Luc, alsof er niks aan de hand was. Maar hier zou onze reis pas beginnen. Hier zouden we horen hoe ernstig Luc er aan toe was. Hoe goed werk ze daar ook leverden, op dat moment waren wij met z’n drieën in de hel beland.
Lees HIER het vervolg
DAISY