Ik durf het nog niet hardop uit te spreken en zelfs terwijl ik dit aan het typen ben, ben ik als een bezetene op de ongelakte houten tafel aan het rammen om alles ‘af te kloppen’, maar het lijkt erop dat mijn baby het eindelijk doet: DOORSLAPEN.
Maandenlang heb ik uitgekeken naar dit moment en mijn omgeving met mij. Mijn vriendinnen hadden namelijk in plaats van de opgewekte, goed gebekte Ilse het genoegen met de voor zich uit starende, onverstaanbaar brabbelende zombie variant (die het overigens ook nooit later maakte dan 22.00 ’s avonds, want “je wist immers nooit wat de nacht weer zou brengen”). Mijn broertje (zonder kids – in de bloei van zijn leven) kreeg het er van langs toen hij op Nieuwjaarsdag hardop durfde te zeggen dat hij moe was. “Moe? Jongen, jij weet niet wat écht moe zijn is”, siste ik hem toe om er vervolgens aan toe te voegen dat hij het bovendien volledig aan zichzelf te danken had, deze misgelopen nachtrust. En mijn man… ach… die kreeg niet eens meer een fatsoenlijke “Goedemorgen” uit mijn mond te horen de afgelopen tijd. Inderdaad, ik was niet bepaald de beste versie van mezelf en dat is nu al dé understatement van 2019.
Enfin, ik weet zeker dat iedereen weer opgelucht adem zal halen wanneer ik ze vertel dat de baby doorslaapt. Nou zal je denken “Eind goed, al goed en ze sliepen nog lang en gelukkig”, maar het gekke is, dat is dus niet het geval. Ik lig nu namelijk wakker, omdat mijn baby doorslaapt… Huh?! Ja, het lijkt wel of mijn lichaam zichzelf de laatste maanden heeft aangeleerd in een soort van ‘altijd-paraat-stand’ te blijven. Dit was absoluut super goed van pas gekomen als we nog in de oertijd hadden geleefd, maar nu super vervelend. Van het minste of geringste word ik wakker, terwijl ik vroeger diegene was die zei: “Onweer vannacht? Nee, niks van meegekregen”. En wat misschien nog wel erger is dat als ik dan dus wakker ben, er nog steeds dat stemmetje in mijn hoofd komt die nog altijd roept: “Snel snel, nu slapen, pak alle slaap die je pakken kunt, want elk moment kan de baby gaan huilen”, waardoor ik natuurlijk helemaal niet meer kan slapen!!!! Dus ik lig dan te woelen en zie het ondertussen steeds later en later worden, want die baby ligt gewoon heerlijk (door) te slapen en, ja hoor, dan komt er een volgend stemmetje: “de baby is nu al wel heel lang stil, leeft ze nog wel?”. Wat ik iedere keer dan toch maar weer even ga checken. Want als die gedachte er eenmaal is, verdwijnt die ook niet meer en ik ben immers toch wakker, dus dan kan ik maar net zo goed even een kijkje gaan nemen. Als ik dan gerustgesteld ben en ik eindelijk weer bijna in slaap ben gevallen, besef ik opeens dat ik moet plassen. Die blaas is namelijk niks meer gewend door die gebroken nachten waarin ik na elke voeding en/of verschoonde luier even een bezoek aan het toilet bracht. Dus dat is wéér het bed uit en als ik dan vervolgens terug op bed lig en uiteindelijk heerlijk in slaap soes, is het 8 uur ’s ochtends en word ik opgeschrikt door een huilende baby.
Ik moet er echt nog even aan wennen hoor, zo’n baby die doorslaapt ;).
X
ILSE (klik hier voor haar Instagram)