De bedrijfsarts
“Je komt nu wel rustig over,” zei de bedrijfsarts. “Ja dat klopt, er zit een arts naast me op de bank, dus wat kan er gebeuren?”, grapte ik. Wat verwachtte ze dan? Dat ik mijn verhaal in tranen zou vertellen? Dat ik zou hyperventileren? Of dat ik dicht zou slaan? Ik was een meester in het verbergen van mijn gevoelens. In het wegslikken van mijn tranen. Met een leuke jurk aan en wat make-up op mijn bleke gezicht, was er geen vuiltje aan de lucht. Dat ik overspannen was, overspoeld werd door paniekaanvallen en totaal geen prikkels meer kon verdragen, dat was aan mij niet te zien. Alleen de mensen die mij echt kenden zagen de wanhoop in mijn ogen. Wie echt goed keek zag een schichtige blik. Zoekend naar mezelf, want die was ik totaal kwijt…
De bedrijfsarts bracht een bezoek aan huis, en dat was een uitzondering. We hadden tot dan toe alleen telefonisch contact gehad. Het was in de eerste maanden van mijn ziek zijn onmogelijk om naar de supermarkt te gaan, laat staan de trein te pakken en af te reizen naar dat grote kantoorpand middenin de stad. Mijn man had weer vrij moeten nemen om mij te ondersteunen met de zorg voor de kinderen. Hoewel ieder contact met het werk al mijn energie kostte, had ik enorm de behoefte om mijn verhaal te doen. Te vertellen dat ons gezin al jaren onder druk stond. Met het verlies van mijn schoonvader, een miskraam, de vroeggeboorte van onze tweede zoon en daarna het verlies van ons derde kindje.
In al die tijd heb ik het volgehouden. Om niet stil te staan, om goed te presteren, om naast mijn baan en gezin een HBO-studie met succes af te ronden, om dagelijks meer dan twee uur reistijd te hebben. En toen die nieuwe baan in zicht kwam, toen knapte ik.
Niet zeuren, maar doorgaan
De behoefte om mijn verhaal te vertellen voelde als een soort verantwoording. Dat het niet uit het niets kwam. Dat het niet aan het werk lag. Dat er een hele logische verklaring was. En in mijn verhaal probeerde ik mijzelf ervan te overtuigen, dat ik ziek mocht zijn. Een goede collega van mij zei: “Je hebt het nog lang volgehouden, met alles wat je hebt meegemaakt.”
En ze had gelijk. Nooit heb ik de tijd genomen om iets te verwerken. Om stil te staan bij mijn gevoel en het verdriet toe te laten. Ik wist namelijk maar één manier om mijn gezin draaiende te houden: niet zeuren maar doorgaan! In de eerste week van mijn ziek zijn nam ik mijn klachten alles behalve serieus. Schaamte overheerste alles. Hoe kon ik nu omvallen? Ik had tenslotte voor hetere vuren gestaan. Nu was alles op orde. Waren wij er als gezin weer bovenop gekrabbeld. Had onze relatie deze stormen doorstaan en was ik toe aan een nieuwe carrière stap. Toch adviseerde mijn huisarts om tenminste twee weken thuis te blijven. En dat deed ik. Met tranen in mijn ogen heb ik op doktersadvies alle afleveringen van het eerste seizoen van ‘Sophie in de mentale kreukels’ gekeken. Dat zo’n stoere moeder het kon overkomen betekende dat het mij misschien ook kon gebeuren. Toch dacht ik na een paar dagen, dat aan het werk gaan misschien wel de beste oplossing was. Na een week gepieker over mijn ziekmelding brak de hel pas echt los…
Ik dacht dat ik gek werd
Ik ging slapen zodra de kinderen op bed lagen, om vervolgens rond klokslag 12 uur trillend naast mijn man te staan. Alles in mijn lichaam gaf aan dat ik in ernstig gevaar was. De snelheid waarmee mijn gedachten gingen, kon ik zelf niet meer volgen. Ik dacht letterlijk dacht ik gek werd. De volgende ochtend zaten we samen bij de huisarts. Het ging zo niet langer.
Hoewel ik alle vertrouwen verloor in mijn lichaam en mijzelf, had mijn omgeving dit gelukkig wel. Van mijn man, tot mijn leidinggevende, van mijn huisarts tot vriendinnen. Maar als je lichaam zó hard op de rem trapt, dat douchen al ontzettend vermoeiend is, weet je niet of dit ooit nog goed komt. Ik moest dit zien te begrijpen en nog belangrijker: hoe kwam ik hier zo snel als mogelijk vanaf? De adrenaline die door mijn lijf gierde had alles te maken met een ontregeld stresssysteem. Hoewel stress niet te voorkomen is in het gezinsleven, heeft langdurige stress wel degelijk gevolgen voor jouw lichaam. Wat begint bij vermoeidheid kan ongemerkt overgaan in overbelasting. Stressklachten nemen toe, en als je niet tijdig aan de bel trekt kun je overspannen raken. Burn-out ben je zodra jouw klachten langer aanhouden dan zes maanden en moeheid op de voorgrond staat.
Het label is niet belangrijk
Waarom is het dan toch zo ongrijpbaar? Inmiddels doe ik ruim 1,5 jaar onderzoek naar burn-out. Voorop staat dat ieders verhaal en de aanloop naar een burn-out uniek is. Ook is ieders belastbaarheid weer anders. De klachten zijn zo uiteenlopend, dat je het makkelijk kunt wegschuiven onder een angststoornis of een depressie. Ik ben van mening dat het label niet belangrijk is. Maar de leerweg die je doormaakt des te meer, waarbij acceptatie het grootste struikelblok is. Het mooiste wat je dan ook voor jezelf kunt doen, is de tijd nemen. “Wie wezenlijk wil veranderen, moet eerst geestelijk en lichamelijk tot stilstand komen,” aldus professor transitiekunde Jan Rotmans.
Om weer te leren ademen, te leren voelen en dichtbij jezelf te blijven als vrouw en als moeder.
JOLIEN (klik hier voor haar Instagram)