Maria: “Oma bemoeit zich veel te veel met de opvoeding”

| ,

Het begint meestal al bij het aankleden van de kinderen

“Waarom geef je Naomi dat jurkje?”, vraagt mijn moeder dan, terwijl ik bezig ben Naomi in haar favoriete gele jurkje te hijsen. “Die kleur maakt haar zo bleek. Misschien is dat blauwe jurkje beter.” Het gebeurt bijna dagelijks. Elk kledingstuk dat ik kies, lijkt niet goed te zijn in haar ogen. Ik wil helemaal geen strijd om iets kleins als een jurkje, maar het voelt wel alsof mijn keuzes constant in twijfel worden getrokken. Uiteindelijk geef ik vaak toe en laat ik haar dat andere jurkje pakken. Wat maakt het ook uit, toch? Maar toch knaagt het aan me. Waarom kan ik niet gewoon zelf beslissen wat mijn kinderen dragen?

Het ontbijt is nog zo’n moment waarop mijn moeder zich graag laat gelden

Ik probeer de kinderen gezonde keuzes te laten maken: fruit, havermout of volkorenbrood. Maar mijn moeder, die een groot voorstander is van een stevig ontbijt, vindt dat mijn keuzes niet voedzaam genoeg zijn. “Ach, laat ze toch een eitje eten. Daar hebben ze echt veel meer aan dan dat droge brood”, zegt ze, terwijl ze al bezig is met het breken van de eieren in de pan. Voordat ik het doorheb, staan er borden roerei voor de kinderen. En hoewel ik het niet altijd wil toelaten, omdat ik mijn kinderen wil leren afwisselend en gezond te eten, heeft mijn moeder zo’n overweldigende aanwezigheid. Mijn moeder bemoeide zich met alles. Letterlijk alles.

Ook bij het inpakken van de tassen voor school en crèche is mijn moeder er altijd als de kippen bij

“Heb je wel een extra vest ingepakt? of “Zit er wel genoeg eten in hun trommeltjes? Misschien moet je toch maar een extra banaan meenemen.” Alles wat ik doe lijkt in twijfel te worden getrokken, van de hoeveelheid luiers tot het aantal reservekledingstukken. De middagen zijn meestal wat rustiger, vooral als Naomi en Elena naar de opvang zijn. Maar zelfs dan blijft dat gevoel hangen. Mijn moeder blijft vaak tot het avondeten, en dan begint het bemoeien opnieuw. Terwijl ik in de keuken sta en probeer een gezonde maaltijd op tafel te zetten, voel ik haar ogen op mijn rug. “Ben je niet vergeten om wat extra groenten toe te voegen?”, vraagt ze dan, of “Misschien kun je wat minder zout gebruiken.” Ik hou van koken, maar als mijn moeder erbij is, voelt het alsof ik examen doe.

Het boeken van afgelopen vakantie verliep ook niet fijn

Dit jaar wilden we met de kinderen naar Italië. Lekker een huisje huren aan een meer, met een groot zwembad waar Naomi, Elena en Hanna zich de hele dag zouden kunnen vermaken. Ik zat aan de eettafel, mijn laptop open, en ik begon de opties door te nemen. Verschillende huisjes, campings, plekken waar de kinderen konden spelen. Het klonk als de perfecte vakantie voor ons gezin. Daar kwam mijn moeder weer om de hoek kijken. “Wat ben je aan het doen, Maria?”, vroeg ze, terwijl ze de woonkamer in liep.

“Ik kijk naar vakantiehuisjes voor de zomer”, antwoordde ik, terwijl ik de laptop iets naar haar draaide

“We willen deze zomer naar Italië.” Ik zag de bui al hangen. “Nou, Italië… is dat wel een goed idee met drie kleintjes?”, vroeg ze, terwijl ze naast me aan de tafel kwam zitten. “Dat lijkt me nogal ver. En met die hitte, daar kun je toch helemaal niet heen met kinderen?” Ik voelde meteen die bekende knoop in mijn maag. “Hier gaan we weer”, dacht ik. Het is altijd iets met mijn moeder. Niets lijkt ooit goed genoeg, en haar mening wordt altijd gegeven, ook als ik er niet om vraag.

“Nou, het lijkt ons eigenlijk wel een goed idee”, zei ik

“Het is een rustig gebied. Het is een groot huis met een zwembad en een omheinde tuin. Perfect voor Naomi en Elena.” Mijn moeder schudde haar hoofd. “Ach, die zwembaden, dat is zo gevaarlijk. Wat als een van de kinderen er per ongeluk in valt? En om eerlijk te zijn, zou ik iets dichterbij kiezen. Wat dacht je van de Veluwe? Dat is mooi, en daar heb je ook veel natuur en ruimte. Je kunt ook gewoon een vakantiepark boeken hier in Nederland, dat is veel minder gedoe.”

Ik slikte mijn frustratie in

“Ik denk dat Italië echt een fijne vakantie kan zijn voor ons gezin”, ging ik door. “En de kinderen zijn dol op zwembaden. We houden ze goed in de gaten.” Maar mijn moeder was al druk bezig met haar eigen ideeën. “Weet je wat ook leuk is? Een vakantie in Drenthe. Daar kun je naar die hunebedden. Dat vinden kinderen vast ook spannend. En het is helemaal niet ver.” Ik knikte maar een beetje, terwijl ik wist dat ik mijn eigen plan gewoon door zou zetten. Toch voelde het weer alsof mijn ideeën onderuitgehaald werden.

Ook bij het avondeten lijkt het alsof ik mijn plek als moeder moet delen

Mijn moeder neemt als vanzelfsprekend de leiding bij het voeren van Hanna. Ze pakt haar lepeltje en begint Hanna te voeren, alsof ik er niet eens bij ben. Het is lief, natuurlijk, en ik weet dat ze het uit liefde doet, maar ik wil dat graag zelf doen. Toch zeg ik niks, want ik ben bang dat ik haar gevoelens kwetst. Ze bedoelt het goed, en ik weet dat ze dol is op haar kleinkinderen, maar het voelt alsof ik steeds een stap opzij moet doen in mijn eigen huis.

’s Avonds, als de kinderen eindelijk op bed liggen en Joost thuiskomt, probeer ik met hem over mijn frustraties te praten

Maar hij ziet het niet op dezelfde manier als ik. “Ze probeert alleen maar te helpen, Maria”, zegt hij dan, en hij heeft natuurlijk gelijk. Mijn moeder helpt ons enorm, vooral met drie kleine kinderen. Maar het is meer dan dat. Het is dat constante gevoel dat ik niet de touwtjes in handen heb. Dat ik niet de volledige controle heb over hoe ik mijn kinderen wil opvoeden.

Neem bijvoorbeeld dat moment waarop mijn moeder besloot dat ze Naomi wel even snel zou helpen met haar schoentjes, vlak voordat we naar de crèche gingen

Naomi wil alles zelf doen, zoals de meeste 4-jarigen. Maar mijn moeder, met haar altijd aanwezige wil om alles sneller en efficiënter te doen, bukte zich zonder iets te zeggen en schoof Naomi’s voetjes in haar schoenen. Naomi begon meteen te huilen, want ze wilde het zelf doen. Mijn moeder keek verbaasd, alsof ze niet begreep waarom Naomi overstuur was. Ik moest tussenbeide komen, maar zelfs toen voelde het alsof ik moest uitleggen waarom Naomi dat zelf wilde doen.

Elke keer als zoiets gebeurt, probeer ik de situatie te relativeren

Mijn moeder is hier met de beste bedoelingen. Ze wil helpen, ze wil ons ondersteunen, en ik waardeer haar daar enorm voor. Maar toch blijft dat gevoel hangen, dat knagende gevoel dat ze zich te veel bemoeit. Dat ik niet de ruimte krijg om dingen op mijn eigen manier te doen. Ik weet dat het misschien aan mij ligt, dat ik me misschien te snel aangevallen voel. Maar ik wil dat mijn kinderen opgroeien met mijn manier van opvoeden, niet die van mijn moeder.

Het moeilijke is dat ik er nooit iets van durf te zeggen

Ik ben bang dat ik haar kwets als ik eerlijk ben over hoe ik me voel. Mijn moeder is een lieve vrouw, iemand die altijd voor ons klaarstaat, en ik wil haar niet het gevoel geven dat ze niet welkom is. Maar hoe langer dit doorgaat, hoe meer ik het gevoel heb dat ik steeds een stukje van mijn moederschap uit handen geef. Ik sta niet stevig genoeg in mijn schoenen. Ik weet dat ik iets moet veranderen, maar de moed ontbreekt me nog steeds. Wat als ik mijn moeder echt kwets, en ze besluit minder vaak langs te komen? Hoe graag ik ook meer ruimte wil, ik wil ook niet dat ze zich terugtrekt, want de kinderen zijn dol op haar, en ik wil haar ook niet kwijt als die steunpilaar in ons leven.

MARIA

Plaats een reactie