Je kent dat wel, je hebt een peuter die naast je loopt, een baby die steeds groter en zelfstandiger wordt. En ineens kan het dan rechtop zitten en mag je kindje voorop op de fiets. In een mini-stoeltje. Je kindje wordt ouder en ouder. Jij bent steeds minder nodig. En dan gaat het ineens kriebelen op de achtergrond…
Het kindje knuffelt niet zo graag meer en zijn eerste woordje is ‘zelf en ‘nee’. En kort denk je weer even aan een iniminie baby. Want dat zou toch wel leuk zijn… die kleine handjes, voetjes en dan die tien teentjes! Je denkt er steeds vaker aan. In je bed droom je van een mini-me. Totdat dit overgaat in dagdromen overdag. Op de televisie volg je moederprogramm’s en reallife bevallingen zijn ineens aantrekkelijk. De vorige bevalling(en) ben je alweer vergeten. Voorzichtig spreek je naar je vriendinnen uit dat je een derde kindje wilt. Of je gek bent geworden! Het is nu al zo druk! En dan bespreek je het met je partner: ‘Ik wil graag een derde kindje’. Hij moet even aan het idee wennen, maar gaat na een aantal weken toch overstag. Plotseling ben je zwanger. Fantastisch! De 9 maanden zijn zwaar, je kunt de andere dreumes en peuter niet tillen, ook dat hoort erbij. Stil denk je bij jezelf: ‘Hoe doen die vrouwen dat toch?’. De bevalling is zoals een bevalling is. Intens en pijnlijk. En daar ligt hij in jouw armen, het mooiste jongetje van de wereld. Je bent in dromenland. Wat is hij knap. Knipoogde hij nou naar mij? Hij is vast heel slim! Dat moet wel! En zo gaat de cyclus verder: het eerste badje, het eerste hapje, de eerste stapjes. Hij groeit uit maat 86/92. Het verlaat zijn babyfase – zo lijkt – en verandert in een echt kindje.
Je gaat naar bed. En daar is een droom over een vierde kindje. Een jongetje, want dan is er evenwicht in huis: 2 meisjes en 2 jongens. ‘Sapperdeflap…. Wat had ik een rare droom’, zeg je tegen je man. Je besteedt er nog geen aandacht aan. Hup, de oudste gaat naar school. De peuter en dreumes gaan mee shoppen. We hebben broeken nodig voor de oudste. En dan sta je in een winkel met kinderkleding. Je ziet een schattig rompertje met blauwe sterren in maat 50. Zachtjes raak je de stof aan… ‘Zou… zou het niet leuk zijn om een vierde te krijgen’, denk je voorzichtig… Je denkt na over jullie auto. Die niet meer gaat passen met zo’n groot gezin. Stiekem kijk je thuis naar een grotere auto op het internet, een soort stijlvol busje.
Je denkt dat je vanavond een goed gesprek met je man moet hebben, want de verdeling moet wel kloppen in huis, toch? En met drie kinderen valt er altijd iemand buiten de boot… Toch… Daar gaan we weer….