In december 2018 maakte mijn hart een sprongetje. Na lang wensen had ik dan toch als geweldige afsluiter van het jaar een positieve zwangerschapstest in handen. ‘All I want for Christmas is youhoohooooo, BABY!’ De zwangerschap verliep voorspoedig. Ja, ik was misselijk de eerste maanden en later was er wat bekkenpijn. Maar behalve dat voelde ik me eigenlijk de hele zwangerschap erg goed en zat ik er lekker in. Mijn lijf deed wat nodig was en terwijl het groeide, groeide ook mijn vertrouwen in mijn lichaam. Ik vond het heerlijk om zwanger te zijn.
Tijdens de zwangerschap was ik fan van de zwangerschapssport. Eindelijk mocht ik er ook bij! Iedere week samen sporten met meiden in dezelfde fase en alle buiken zien groeien was erg gezellig. Ik kan me nog goed een gesprek herinneren met de meiden die rond de 30 weken waren. Dat ze geen idee hadden wat ze allemaal voelden prikken in hun buik – een voet, een handje? Daarop reageerde ik een beetje verbaasd. Voor mij was het overduidelijk: rechts onder mijn ribben lag een hoofdje en links prikten een paar voeten in mijn zij. Ze lag duidelijk niet met haar hoofd naar beneden. En dat was al heel lang zo. Al met een controle rond de 26 weken gaf ik aan dat ik haar hoofd voelde aan de bovenkant. De verloskundige zei toen dat het haar billen waren, maar ik denk tot de dag van vandaag dat ze het letterlijk bij het ‘verkeerde eind’ had en dat ons meisje toen al in stuit lag. Met 36 weken, vers met verlof, werd dit bevestigd met een echo: onvolkomen stuitligging. En vanaf dat moment werd ik compleet overvallen door mijn eigen gevoel. Mijn gevoel zei namelijk dat mijn zwangerschap helemaal prima ging en dat ik het rustig aan mijn lichaam over kon laten om dit kindje gezond op de wereld te zetten. Maar in de medische wereld is een stuitligging riskant. Met verbazing heb ik naar mijn eigen reactie gekeken. Ik wilde mij (nog) niet neerleggen bij een keizersnede. Terwijl als je het mij eerder in mijn zwangerschap had gevraagd, ik best wel zou tekenen voor een geplande keizersnede. Maar gaandeweg het groeien van mijn buik, wilde ik toch heel graag een natuurlijke bevalling. Dat gevoel was bij mij heel sterk. Om de kans daarop groter te maken is nog geprobeerd met een uitwendige versie het kindje te draaien, maar dat mislukte.
Na deze mislukte draaipoging kreeg ik een gesprek met een gynaecoloog. Ik had twee wensen: ik wilde graag het moment afwachten dat de baby aan gaf zelf te willen komen – dus geen datum inplannen – en ik wilde het in eerste instantie natuurlijk proberen. Met als kanttekening dat als een keizersnede medisch noodzakelijk was, dat altijd een goede optie is. Mijn gevoel zei mij dat dat niet nodig was. Misschien versterkt doordat ik zelf ooit in stuitligging geboren ben.
Hierna belde ik met mijn eigen verloskundige praktijk om afscheid te nemen, want ik was nu medisch en dus was ik voor verdere controles en de bevalling overgedragen aan het ziekenhuis. Ik vertelde mijn verloskundige dat ik geen keizersnede wilde, maar dat ik wel het gevoel had dat dit een beetje het beleid was van het ziekenhuis. “Ben ik onverstandig om het eerst te willen proberen?”, vroeg ik haar. De vrouw aan de andere kant van de lijn was al op leeftijd met decennia ervaring en zei op dat moment precies wat ik wilde horen. Tot de jaren ‘80 werden de meeste kinderen in stuit nog gewoon natuurlijk geboren. Vlak hierna bleek uit onderzoek dat de kans op complicaties bij een keizersnede net iets kleiner was en toen is men massaal op een keizersnede over gegaan. “Als je gevoel zegt dat het kan, probeer het. Wees een voorbeeld!”, zei ze. Dit sterkte mijn gevoel. Ik was niet onverstandig eigenwijs. Ik kon het proberen en als de medisch specialisten aangaven dat het beter was, kon altijd nog een keizersnede volgen.
Lang hoefde ik niet te wachten. Met 37-6 rond 18.45h wilde ik net van de bank af komen om mij om te kleden voor de sportles. Ik voelde mijn meisje bewegen, aaide over haar hoofd (dat is het leuke van een stuitligging) en heel voorzichtig duwde ik haar hoofd een beetje naar het midden in de hoop haar te inspireren alsnog te draaien – ik had gehoord dat dat tot 38 weken kon. En terwijl ik dat deed, voelde het – plop! – alsof ik een waterballon kapot duwde! Mijn vliezen waren gebroken. Tot mijn grote verbazing, want ik had nog niks voorbij voelen komen dat leek op een kramp of een voorwee. Bovendien had ik stiekem wel zin om nog een week of drie zwanger te zijn. We mochten meteen naar het ziekenhuis komen. En na nog rustig het huis een beetje opgeruimd te hebben (toch nog geen wee te bekennen) en een vrij ontspannen ritje naar het ziekenhuis, checkten we in op een verloskamer. Met bagage voor drie dagen, want ik zou toch niet die persoon zijn die vriendlief naar huis moest sturen voor extra onderbroeken, mocht het onverhoopt toch op een keizersnede uitdraaien.
Het medisch team was ontzettend fijn en steunde mij in mijn houding om een natuurlijke stuitbevalling te willen proberen. Daarbij werden we wel gewezen op de voorwaarden. In eerste instantie moet de vrouw gemotiveerd zijn (check!). Maar ook aanspreekbaar – dus niet gehinderd door een taalbarrière, of te veel van de wereld. Daarnaast moest de bevalling vlot gaan en de hartslag van het kindje gedurende de hele bevalling goed zijn. Ik werd aan de CTG gelegd en er werd een infuus geprikt. Er was nog steeds geen kramp te bekennen. Rond 22.30h werd mij een goede nacht gewenst (“probeer maar wat te slapen, dan zien we morgen verder”). En ook mijn vriend is naar huis gegaan om daar te slapen.
Hij had de deur nog niet dicht getrokken of de eerste wee kondigde zich aan. Binnen een kwartier was mij duidelijk dat er van slapen niet veel ging komen. De weeën werden snel krachtiger en kwamen al snel minder dan vijf minuten uit elkaar. Net na middernacht zat ik op vier centimeter ontsluiting en had ik er alles voor en achter al uitgegooid, wat maar in de weg kon zitten. Ik had geen pufcursus gevolgd, maar na een korte demonstratie van de verloskundige lukte het erg goed om de rugweeën weg te puffen. Ik vond een verticale houding hangend op het bed en zat al heel snel heerlijk in mijn bubbel. Zo erg dat ik er zelfs niet meer aan dacht om mijn vriend te bellen. Rond half twee heb ik hem toch maar gebeld en uiteindelijk was het ontzettend fijn dat hij er was, omdat hij waanzinnig goed bleek te zijn in het masseren van mijn rug. Dit gedeelte van de bevalling was voor mij zo fijn omdat precies dat gebeurde waar ik op hoopte: mijn lichaam nam het over en gaf precies aan wat nodig was. Het lukte mij die nacht om alleen maar ‘zoogdier’ te zijn en mijn instincten te volgen. Maar tegelijkertijd nog wel alert (check nummer 2!) genoeg was om alle signalen uit mijn lichaam te kunnen koppelen aan wat ik wist uit de theorie. Dat was voor mij heel fijn. En natuurlijk weet ik dat ik alle mazzel had dat alles zo soepel ging (check nummer 3!). Toen ik persdrang kreeg, had ik gelukkig ook volledige ontsluiting en mocht ik aan de slag. De hartslag van de baby was tot nu toe voorbeeldig geweest (check nummer 4!).
Tijdens de persfase kwam het medische protocol stuitbevalling weer heel duidelijk naar boven. Ik moest op het bed liggen met mijn voeten in de beugels en er werd meteen een knip gezet. Voor de knip was ik heel bang geweest. Maar gelukkig kon ik deze rationeel ‘parkeren’ en heeft deze mij verder niet uit mijn bubbel gehaald. De beugels waren wel echt heel vervelend, dat vond mijn volledig ontsloten bekken op dat moment echt niet leuk. Maar in verband met de stuitligging had de verloskundige goed zicht nodig. Ook werd er een infuus met weeopwekkers geplaatst. Dit vooral voor het riskante punt tijdens de uitdrijving waarbij het lijfje al geboren is, maar het hoofd nog niet (de navelstreng zit dan klem waardoor er minder zuurstof is en de lucht aan het lijfje kan een ademhaal-reflex opwekken terwijl het hoofd nog niet geboren is). Na een klein half uur persen is tegen vier uur ’s ochtends onze dochter geboren. Het was gelukt! Ik was apetrots en meteen verliefd.
Ik ben het medische team van deze avond erg dankbaar voor de manier waarop zij mij hebben gesteund en begeleid. En stiekem ben ik er gewoon best trots dat het ook echt gelukt is zoals ik voor ogen had en bovenal heel dankbaar dat het zo heeft mogen gaan. Binnen twaalf uur na het breken van de vliezen stonden we weer in onze woonkamer met onze kersverse dochter in onze armen. Lieve Jinte, het was een droomstart.
NORA