Ik had een afspraak met mijn goede vriendin. We gingen koffie drinken met onze beide kindjes mee. Het was direct na school. Gezellig. Onze beide jongens zijn net 6, kleuters nog. Ze hadden allebei wat speelgoed mee. Jordan (het zoontje van mijn vriendin) een doosje lego en Bob (mijn zoontje) een autootje.
We zaten aan een tafeltje achterin
De jongens zaten tussen ons in op de stoelen. Ze speelden allebei aan de tafel hun eigen spel. We bestelden twee cappuccino’s en twee appelsap. Onze koekjes mochten de kinderen hebben. Ellen en ik praatten bij over ons werk, afgelopen vakantie, de kinderen en onze huwelijken. Vanuit mijn ooghoeken zag ik dat het goed ging met Jordan en Bob. Jordan bouwde een soort van muur en Bob reed de hele tafel rond. Af en toe namen ze een slokje van hun appelsap. Eigenlijk speelden ze altijd zonder ruzie te maken.
“Eerlijk delen”, zegt Jordan ineens
Hij rukt de auto uit de handen van Bob. Bob kijkt me snel aan en barst in tranen uit. “Hee”, zeg ik, “Jordan dat is niet netjes. Jullie spelen ieder met jullie eigen speelgoed”. Ik pak het autootje weer terug en geef het aan Bob. Ellen kijkt me aan. Ik zie dat ze een beetje boos is. “Maar wij delen altijd’, pruttelt Jordan. Hij kijkt zijn moeder, Ellen, aan. “Dat is zo”, beaamt Ellen. “Delen is belangrijk, het moet wel in overleg gaan. Wij spelen vaak om beurten”, gaat ze verder. Ik denk snel na. Daar ben ik het niet mee eens. Bob hoeft niet om beurten. Ik vind dat ze allebei met hun eigen speelgoed moeten spelen. Dan had Jordan maar zijn eigen autootje moeten meenemen. Bob kijkt me met grote ogen aan. “Ik wil mijn eigen auto houden”, zegt hij bevestigend.
De situatie wordt nu ongemakkelijk, merk ik
Ik glimlach naar Ellen. Ik zeg nogmaals dat Bob zijn autootje mag houden, en dat Jordan een mooi muurtje kan maken. Ik denk dat het daarmee is opgelost, maar Ellen kan dit zichtbaar niet waarderen. Ze recht haar rug. Ik merk dat ze er geen zin meer in heeft. De stemming slaat om. Wat kinderachtig. Hier kunnen we toch wel uitkomen, lijkt me. Ellen zegt dat ze op moet stappen, ze heeft weinig tijd en wil graag de rekening. “Ik betaal wel”, zegt ze snel.
En zo staan we ineens vliegensvlug buiten
Ik merk dat het Ellen hoog zit. Toch wil ze niet praten. We geven elkaar een voorzichtige en korte kus en zeggen elkaar gedag. Tijdens het lopen naar mijn fiets, merk ik dat ik de situatie klote vind. Thuis aangekomen weet ik niet of ik Ellen moet appen of dat ik haar moet bellen of juist met rust moet laten. Het is een rare situatie geworden.
Ik hoor de hele dag niets van haar en zij niet van mij
Het is nu alweer 3 dagen verder. En het is nog steeds radiostil. Heel erg gek. En niet nodig. Toch is het een ‘ding’ geworden. Ik denk dat ik haar een appje ga sturen. Maar ik vraag me af of ik iets luchtigs anders moet sturen of juist iets over de situatie moet zeggen. Ik vind het zo moeilijk. Belachelijk eigenlijk. Daarom de vraag: Wat zou jij doen?
NOOR
het autootje uit de hand grissen dat hoort niet.
haar zoontje had netjes kunnen vragen of hij even met dat autootje mag spelen.
en voor de rest de ouders zijn volwassen en ze moeten gewoon normaal erover kunnen praten.
want wat er nu gebeurt is niet volwassen gedrag van Ellen
maar dan is het inderdaad wel zo dat je het daarna hebt over delen. Stel je voor dat ze bij de kleuters alleen maar met eigen speelgoed mogen spelen. Hoe gaan deze kinderen dan contact met elkaar leggen?
Bij delen moet dit wel in overleg gaan. Als iemand het niet wil dan is het geen delen meer. Soms mag je ook echt iets voor jezelf willen houden.
Wat Ellen lijkt te missen is het feit dat haar kleine man de auto zomaar afpakte. Hij had niet netjes gevraagd of ze even konden ruilen.
Noor had ook de situatie wel even ietsjes anders aan kunnen pakken. Ook zij had kunnen beamen dat het netjes is om te delen, maar als haar zoontje dat nu niet wilde, dat hij dat ook niet hoeft te doen.
Voor beide kanten valt iets te zeggen.
App haar, of bel, en geef aan dat het je toch dwars zit. Dat je snapt dat leren delen goed is, maar dat er ook wat te zeggen valt voor het stellen van grenzen wanneer je iets niet wilt delen met een ander.
Je kan het ook gewoon op dat punt niet met elkaar eens zijn, en dat is ook prima. ‘Agree to disagree’
eerlijk gezegd ben ik het eens met Ellen. delen is belangrijk, en zeker als je met je vriendje hebt afgesproken en samen aan het spelen bent. ik zou er alleen geen ruzie over maken, of vriendschap voor op het spel zetten. ik zou het incident gebruiken om mijn kind uit te leggen dat niet iedereen hetzelfde doet en denkt en dat we dat ook moeten accepteren.
delen is idd belangrijk, maar delen is niet het speelgoed uit iemand handen grissen in mijn ogen.