Het is 11 augustus 2009 en ik heb een positieve zwangerschapstest
We zijn allebei zo gelukkig. En wat ging dat snel! Ik was pas eind juni met de pil gestopt. We zijn uitgerekend op 16 april 2010. Het lijkt allemaal nog heel ver. Er is nog geen teken van leven en geen zichtbaarheid van de zwangerschap aan de buitenkant, maar aan de binnenkant des te meer. Ik voel kriebels en er broeit een intens geluk. Ik heb nog geen gynaecoloog in de buurt. Onze huisarts stelt een arts in Bonheiden voor, waarbij ze zelf enkele keren bevallen is.
We volgen op de voet hoe groot ons baby’tje is en wat er precies allemaal groeit en bloeit aan zijn kleine lijfje
Het eerste bezoek bij de gynaecoloog. Spannend. We verlangen er naar om ons kleine bubbeltje te zien. We worden op een nogal droge manier ontvangen. Ik zeg tegen de arts: “Wij zijn zwanger, vermoedelijk van 30 juli.” Hij kijkt me aan. “Ah, meneer is ook zwanger?”, antwoordt hij op een nogal sarcastische toon. “We zijn toch met twee in blijde verwachting?”, zeg ik. Ik krijg een bedenkelijke blik. Ik vraag of het nodig is een verloskundige te contacteren om ons thuis op te vangen. De gynaecoloog is meteen heel direct en wijst ons erop dat een externe verloskundige in het ziekenhuis niet welkom is. De toon is gezet.
Wij, gelukkig als wat, vinden het een vreemde man
We hebben nog geen plannen om iemand anders op te zoeken die onze bevalling kan begeleiden. Hij lijkt ons op medisch vlak wel heel correct en wij zijn overweldigd door ons groeiend wonder. We gaan eind november terug voor de 20-wekenecho. Net zoals de eerste keer is er voor mijn man Yves geen aandacht. Hij wordt zelfs niet aangekeken, laat staan dat hij wordt aangesproken. Vandaag komen we het geslacht te weten. De echo verloopt met veel medische termen. Wij zijn zo verwonderd door dit prachtig gebeuren, maar voor onze “verwondering” is er geen plaats en ruimte. Mijn woorden: ”Oh, het is toch een prachtig wonder he!”, worden afgebroken door “Mevrouw, even stil liggen alstublieft”. De arts wijst me op mijn verantwoordelijkheid, omdat ik het Mexicaans griepvaccin niet heb laten toedienen. Dat doe ik dan maar snel bij de huisarts.
We voelen ons écht niet goed meer bij deze arts
Uiteraard is dit routine voor hem en zijn wij de zoveelste patiënt, maar voor ons is het wel ons eerste kindje. We kunnen absoluut geen begrip opbrengen voor zijn manier emotioneel omgaan met ons. We praten erover met elkaar en besluiten nog één bezoekje af te wachten en dan beslissen we of we een andere dokter kiezen. Een maand later is Yves ziek. Ik ga dus alleen op controle. Ik vertrek huilend achter het stuur. Ik heb er echt geen zin in. Ik voel en weet dat dit niet de manier is. Ik besluit om niet te veel te vragen en de arts gewoon zijn ding te laten doen. Tijdens de echo zegt de arts: ”Een zware tumor tussen zijn benen, maar dat wisten jullie al hé?”. Ik walg van zijn woorden over ons zoontje. Welke dokter zegt nu zoiets?
Weer kan de echo niet op dvd, stick of video opgenomen worden
Hij beweert dat het de fout is van zijn collega’s en gebruikt hierbij ongepast taalgebruik (ik bespaar het jullie liever). Ik reageer er niet op. Ik stap naar buiten en besef dat wij geen probleem hebben, maar dat die man vooral een groot probleem heeft met zichzelf. Yves en ik beslissen dat het zo niet verder kan. Deze speciale gebeurtenis in ons leven wordt overschaduwd door deze arts die het echt niet prettig maakt voor ons. Wij genieten van het dikker wordend buikje en ons groeiend liefdeswonder. Ik zocht op het internet al een tijdje een verloskundige die aan huis kan begeleiden. Ik kwam bij een leuke praktijk terecht.
Eind januari gaan we voor de eerste keer bij verloskundige Patty langs
We zijn dan al 29 weken zwanger. We doen ons verhaal en luisteren naar haar. Patty zegt hoe belangrijk het is om de bevalling intens en op een aangename manier te beleven. Het is niet iets dat je vaak doet in je leven, dus is het goed om het te doen zoals wij het wensen en dromen. Ze vraagt zelfs of wij nog vragen hebben -daar was er vroeger geen plaats voor- én ze ziet Yves zelfs staan. We stappen buiten met een heel vredig, aangenaam en rustig gevoel. Oké, dit doen we. Een dag later staat er nog een afspraak gepland in Bonheiden. We gaan nog een laatste keer en, raar maar waar, plotseling is de arts lief en vriendelijk, maar nog steeds even sarcastisch. De volgende dag bel ik al mijn verdere afspraken af. Voor mij valt er een blok van mijn schouders. Dit is de juiste beslissing. We willen de weeën zo lang mogelijk thuis opvangen, om dan naar het ziekenhuis in Mechelen te gaan samen met verloskundige Patty of Barbara. Yves vindt het erg leuk en geruststellend dat één van hen dan heel de tijd bij ons zal zijn. We voelen ons allebei echt goed bij de bezoekjes aan Barbara en Patty.
Met 34 weken gaan we voor een laatste echo naar een arts in Mechelen
Het is een rustige, vriendelijke man. Wat een wereld van verschil met de andere gynaecoloog. Hij vertelt dat we hem normaal niet zullen zien. Mijn gekozen praktijk begeleidt de bevalling, tenzij er complicaties optreden, dan komt de arts er bij. Wij hebben het volste vertrouwen in hem, in de praktijk en ik in mezelf. De boeken “Veilig bevallen” en “Duik in je weeën” zijn dé lectuur die me nog extra moed en vertrouwen geven. “Ik zie het écht zitten. Ik voel geen angst. We zullen die klus wel eens klaren!”, denk ik.
Hoe de bevalling zal verlopen is onvoorspelbaar
Bevallen in bad of op de baarkruk, dat lijkt me fijn. En ik hoop vooral dat het zonder ruggenprik kan. “We zien wel”, dat kunnen we nu nog niet weten”, denk ik. “Wordt het uiteindelijk een spoedkeizersnede, dan is dat zo en zal ik me daar aan overgeven. Ik ben bereid me over te geven aan wat er komt, vol vertrouwen.” Begin april gaan we langs bij verloskundige Barbara. Alles is prima. “Een buik vol baby”, zegt ze. Er is nog wat werk aan het geboorteboekje, het geboortesuiker'(je kan dit vergelijken met beschuit met muisjes in Nederland), het wassen van kleertjes en het huis babyklaar maken. We genieten ervan en beseffen dat de baby nu wel elk moment kan komen.
Op donderdag 8 april gaan we nog eens op controle bij verloskundige Patty
Alles is goed. Om 23u15 voel ik iets lopen. “Oei, dit moet mijn vruchtwater zijn. Het ruikt lekker. Het is zeker geen urine! Wow, nu gaat het beginnen. Ik heb er echt zin in”, denk ik. We zien Patty veel sneller terug dan verwacht. Ik testte negatief voor streptokokken, dus komt Patty langs om me de eerste dosis antibiotica toe te dienen. Die spuit moet ik om de vier uur krijgen. Patty stelt voor om nog wat te gaan slapen. Zij komt over vier uur terug. Van slapen is er geen sprake. Ik vouw nog snel een was en Yves stofzuigt het huis. Ook draaien we nog een wasmachine. We zijn blij en vol spanning, want nu komt ons kindje er aan. We proberen toch nog wat te slapen. We zullen onze krachten nog nodig hebben.
De pijn in mijn buik en onderrug beginnen stilletjes aan te broeien
Ik probeer de slaap te vatten, maar het lukt me niet. Mijn man slaapt al. Ik niet. Ik ga nog even naar toilet. Een kersenpitkussentje aan mijn onderrug doet deugd en tussen de pijntjes door, probeer ik nog steeds in slaap te vallen. Rond 2u15 kijk ik even op de klok. Ongeveer om de vijf minuten komt de pijn. “Zijn dit dan al de weeën?”, vraag ik me af. Ik laat mijn man nog slapen, want dit lukt me nog alleen. Ik war het kersenpitkussentje weer op en ga nog eens naar het toilet. Rond 3u30 wordt Yves wakker. We gaan naar beneden. Ik stel een douche nog even uit tot het erger wordt.
Yves masseert mijn rug bij elke wee
Dat doet goed. Ik vang de pijn omgekeerd op een stoel op. Hierna probeer ik een houding op handen en voeten. Ik stop de kleren uit de wasmachine nog in de droger. Om 4u is Patty er weer voor een nieuwe dosis antibiotica. Ik heb 4 cm ontsluiting. Dat is mooi. Ze vindt dat we het nog goed alleen doen en gaat weer naar huis. Nu stap ik de douche in. Dat is fijn, voor even. Yves masseert mijn onderrug stevig bij elke wee. Dit begint echt wel pijn te doen en ik moet regelmatig overgeven, maar we gaan ervoor. Tussen twee weeën door rent Yves naar de douche. Hij heeft nog nooit zo snel gedoucht en is net op tijd weer om me te begeleiden bij de volgende wee. Rond 6u bellen we Patty en rijden we naar het ziekenhuis. Ik heb 5 cm ontsluiting. Ik vang enkele weeën op in de auto, tegen de auto aan bij het ziekenhuis, bij de lift en boven tegen de muur. Ik schreeuw er krachtig op los.
Lees HIER het vervolg
GRIET