Door deze ervaring krijg ik buikpijn als ik de verjaardagen van mijn kinderen dichterbij komen. Een verjaardagfeest is voor mij nooit meer hetzelfde. Ik heb er een soort van trauma aan overgehouden. Verjaardagsfeesten organiseer ik daarom nu niet meer. Mijn man heeft het overgenomen. Ik zou anders een paniekaanval krijgen. Allemaal door die ene ervaring.
Het was vier jaar geleden. Het gebeurde op een zaterdag. Het feestje van mijn middelste dochter Naomi startte om 16.00 uur. Ik zou met vier kinderen in totaal in het park spelletjes doen en daarna pannenkoeken eten in een nabij restaurant. Naomi werd 5 jaar oud. Op pad met 4 kleuters vond ik genoeg, hoewel Naomi nog meer kinderen wilde uitnodigen. Gelukkig hebben we daar niet aan toegegeven.
Het was hoogzomer en het was druk in het park
Ik had met linten een vierkant stuk afgezet, waar we oer-Hollandse spelletjes deden. Het was een ruim stuk aan de rand met een stuk bos en een pad ernaast. Er stond ook een picknicktafel. Deze had ik leuk versierd en gedekt. Er stond een mooie taart op tafel met 5 kaarsjes. We begonnen met blikgooien. In het gras stond een hoge toren. Om de beurt gooiden de kinderen allemaal gekleurde ballen naar de blikken. Wat hadden ze een lol! Met een glimlacht keek ik toe en moedigde ik de kinderen aan. Na ongeveer 10 minuten besloten we te gaan zaklopen. En hier ging het helemaal mis.
Ze moesten met z’n vieren over het pad, rondom het veld
Het was een groot rondje, dus ze waren daar wel even mee bezig. Ik hield ze goed in het oog. Ze sprongen, vielen en stonden weer op. Ik lachte hardop. Ik wilde een filmpje maken voor alle ouders. Ik draaide me om, zocht mijn tas, vond hem en pakte mijn telefoon. Toen ik weer keek, zag ik maar 3 kinderen. Ik struinde het hele pad af. Het hele rondje, tot ik weer terug was bij de kinderen. Ik zag Debbie niet. Ze mistte. “Hoe kan dat?”, vroeg ik mezelf in paniek af. “Debbie, Debbie!”, gilde ik. Ik rende naar de kinderen toe.
“Waar is Debbie?”, vroeg ik paniekerig
De kinderen stapten uit hun zakken en keken om zich heen. “Daarnet was ze er nog”, zei mijn dochter. “Debbie”, gilde een ander kindje van de groep. Ik begon te hyperventileren. In paniek liep ik nogmaals het rondje en keek het veld rond. “Ze is nergens te bekken”, zei ik tegen de groep. We liepen terug naar de picknicktafel. “Jullie gaan hier zitten, voordat ik nog meer kinderen kwijt raak”. Ik besloot het kleine stukje bos in te gaan. “Waar kan ze nou zijn? Ze zal toch niet ontvoerd zijn?”, dacht ik. Er rolden tranen over mijn wangen. “Misschien is Debbie hartstikke bang en alleen”, ging ik door. Mijn hoofd sloeg op hol.
Ik keek achter een paar bomen
“Zag ik nou wat bewegen bij die boom verderop?”, vroeg ik mezelf af. Toen de boom dichterbij kwam zag ik Debbie zitten. “Debbie, wat doe je hier? Iedereen is ongerust”, zei ik ferm. Ze speelde met een aantal steentjes, keek me aan en zei: “Ik heb helemaal geen zin in zaklopen”. Ze keek me aan. “Dan ga je toch niet zomaar weglopen”, reageerde ik, “we waren je kwijt en dachten dat er iets heel ergs was gebeurd. Dat mag je nooit meer doen hoor Debbie”. Ze keek me boos aan en zei: “Gaan we nu een ander spelletje doen”. Volgens mij was de boodschap totaal niet aangekomen. Wat een onopgevoed kind.
Ik stond te trillen op mijn benen van de spanning van het afgelopen kwartier
Debbie liep mee naar de groep en deed weer mee met het feestje. We aten taart en daarna nog pannenkoeken. Het zat me niet lekker. Het gedrag van Debbie. Ik besloot met moeder te praten bij het ophaalmoment. Gelukkig was de moeder van Debbie de laatste. “Ik moet even iets bespreken. Debbie was bij het zaklopen kwijt. Zomaar. Ineens. Ze zat verstopt tussen de bomen. We waren ons wezenloos geschrokken”, vertelde ik. De moeder van Debbie zuchtte. “Dat doet ze vaker. Hopelijk is het een fase. Kom Deb we gaan”. En dat was dat. Ze sprak haar dochter niet aan. Ik keek verbouwereerd. Ik weet nu oprecht niet of we Debbie nog een keer moeten uitnodigen. Want wat als dit weer gebeurd? En het heel anders afloopt?
RIAN
Lees HIER andere verhalen
*Mede =e m d r behandeling
We hebben het over een kind van 5. Dat iets heeft moeten doen ( zakken lopen) praktisch onder dwang zou je kunnen zeggen , waar ze moeite mee had.
Eens met Carla dat dit voorkomen had kunnen worden als ze vooraf ruimte had gehad om te weigeren. Waar de moeder zich niet in inleeft is dat onder het weglopen zeer waarschijnlijk grote angst zit (bijv om in de zak te verdwijnen, fantasie is nog groot en levensecht op die leeftijd) als ze zover weg durfde te lopen om hieraan te ontkomen. Heeft niets met onopgevoedheid te maken. Meer met jouw leiding niet durven overrulen.
En idd eigen inschattingsfout waarvoor je noch het kind noch diens moeder iets aan te rekenen hebt. Klinkt als een heel mooi en goed georganiseerd feestje, maar durf anderen de ruimte te laten een onderdeel vh feestje niet leuk te hoeven vinden. En neem volgende keer in de voorbereiding ook mee hoe om te gaan met calamiteiten. Natuurlijk schrik je als een kind verdwijnt, maar in paniek raken is onnodig en weinig efficiënt. Gelukkig handelde de moeder wel effectief ondanks de paniek. Als het je nog parten speelt (trauma) is mede behandeling zeer te adviseren, in een paar keer ben je vd lading vh gebeurde af. Veel plezier op volgende feestjes. En hopelijk is ook het arme kind ook van haar trauma af voor zaklopen op verjaarsfeestjes en durft ze te komen als ze weer uitgenodigd wordt.
Het kind is 4 en heeft een eigen wil: heel normaal . Dit getuigt zelfs van intelligentie, om niet zondermeer domme activiteiten van anderen op te volgen. Als je volgzame robotkinderen wilt, zou ik haar inderdaad niet meer uitnodigen.
Dit is geen fase. Mijns inziens is dit een kind dat graag betrokken wordt in wat er gebeurt. Wordt er met haar gedaan of voor haar beslist en kan ze zich daarin niet vinden, dan trekt ze haar eigen plan. Dit is geen dwarsheid, maar een sterk gevoel van eigenheid en waarachtigheid. Haar “aanspreken” heeft totaal geen zin en werkt zelfs averechts. Maar mét haar spreken is zeer zinnig; over het algemeen zijn deze kinderen zeer voor rede vatbaar. Maar let wel op, dat jezelf ook redelijk bent. Vanuit gelijkwaardigheid zijn er heel goed afspraken te maken en kunnen problemen voorkomen worden.
ik begrijp je wel, ik zou ook vreselijk geschrokken zijn! zolang de kindjes Jong zijn zou ik iets binnen doen ofzo, dat het voor jou ook te doen is. Dan zou ik haar ook gerust weer uitnodigen als zij echt een vriendinnetje is van je dochter. Haar dit gedrag afleren, als daar sprake van is, kan jij niet, dus dat mag je loslaten
De verwachting dat de moeder van Debbie haar ter plekke een standje gaat geven, is onrealistisch. Ten eerste wil ze vast van kind horen wat er nou gebeurd is en ten tweede doe je dit op een moment dat het ook zinvol is en dat is niet op een ophaalmoment van een feestje waar je kind nog hyper rond loopt.
Verder is het ook jouw inschattingsfout, dus niet alléén aan kind aan te rekenen.
Moeder reageert gewoon relaxed zodat je er gewoon oké er over kan zijn. Prima, want wie weet dacht ze er ook het mijne van.
Om dan gelijk door te denken in: niet meer meenemen is overdreven. Het is toch niet de eerste keer dat je dit meisje meemaakt?
Hoe dan ook, als je het echt niet trekt, ga je komend jaar gewoon bakken, knutselen, hutten bouwen, met speelgoed en in de tuin spelen etc en je probleem is opgelost.
Volgend jaar zijn ze weer een jaar ouder en wijzer + je weet dan echt wel wat je van haar kan verwachten