Ik heb gister DEEL I geschreven. Voordat je verder leest, is het mooi als je dat deel eerst leest.
De arts komt binnen en gaat bij ons zitten
En meteen valt hij met de deur in huis. ‘We hebben Benja net besproken met het team dat nu dienst heeft en de beste behandeling die we Benja nog kunnen geven, is hem geen behandeling meer geven.’ Mike begint te huilen. Ik ben stil. Hier ben ik al die maanden zo verschrikkelijk bang voor geweest. Zo vaak heb ik dit moment in mijn hoofd afgespeeld. Wat als ze me vertellen dat hij er niet meer is of dat hij niet meer te redden is?! Stort ik ter aarde?! Ga ik schreeuwen?! Raak ik in paniek?! Maar er gebeurt eigenlijk niks. Ik weet dat het oké is. Ik voel me steeds sterker worden en besluit op de allerbeste manier er voor Benja te zijn. Ik heb hem geboren laten worden, dus ik kan hem ook laten sterven.
Mike snikt met z’n hoofd tussen z’n handen
Ik wrijf hem over z’n rug. “En voor jou kan ik er ook zijn”, denk ik. Als de artsen zijn uitgepraat vraag ik: ‘Wat nu?’. ‘Ik denk dat jullie de mensen die nog afscheid van Benja willen nemen, maar moeten bellen’, antwoordt de arts. Ik bel m’n moeder. Ik weet niet eens meer wat ik precies zeg, maar ze komen eraan. Als iedereen afscheid heeft genomen, zijn we weer alleen met Benja. ‘Wat willen jullie?’, vraagt de zuster. ‘Alles is mogelijk. Willen jullie wachten tot vanavond? Hebben jullie deze nacht nog nodig om afscheid te nemen?’ ‘Ik wil eigenlijk niet meer wachten,’ zeg ik. Benja heeft duidelijk aangegeven dat hij niet meer kan. Zo ziet hij er ook uit. Wie zijn wij dan om hem nog langer hier te houden?”
Kracht en rust
“Wij zijn er klaar voor”. Het voelt net een beetje als toen ik ging bevallen. Dat je weet dat er iets groots gaat gebeuren, maar je weet niet precies wat. De arts legt uit dat ze al zijn infuusjes eruit gaan halen, en als laatste zijn tube ook. Ze laten alleen zijn morfine zitten. Het kan zijn dat hij een beetje naar adem gaat happen, omdat ze zijn beademing eruit halen. ‘Maar dit is een natuurlijke reactie van het lichaam. Zie het een beetje als stuiptrekkingen,’ zegt de arts. ‘En z’n handjes en voetjes zullen langzaam blauw worden, net als de rest van z’n lichaam.’ ‘Ik ben zenuwachtig,’ zeg ik. ‘Dat snap ik,’ zegt de arts. ‘Maar wat we eigenlijk altijd horen van ouders, is dat wanneer hun kind overlijdt, er een kracht en rust bij ze bovenkomt.’ Ik geloof hem. Hij vraagt of we nog wat willen eten of dat we naar de wc moeten. Het kan best een paar uur duren voordat Benja overleden is.
Ik ga op het bed zitten
Ik kan het niet aanzien dat ze Benja’s tube eruit halen. Zoals het vaak ging de laatste twee maanden, troost Mike Benja en kijk ik weg. Als ze hem helemaal afgekoppeld hebben, leggen ze Benja op mijn borst. Hij ziet er verschrikkelijk uit. Z’n hoofdje is bijna twee keer zo groot van al het vocht, de blauwe plekken op z’n lijfje worden langzaam paars. De bovenkant van z’n lijfje is helemaal opgezwollen, zijn beentjes bungelen er wat bij.
‘Hey ventje, hey klein mannetje,’ zeg ik zoals altijd als hij bij me gelegd wordt
‘Kom maar lekker bij mama.’ Mike zit op de rand van het bed en slaat z’n armen om ons heen. Hij huilt en snikt en het snot druipt in slierten naar beneden. “Kom maar, mannen van me”, denk ik. “Ik zal sterk zijn voor jullie”. Ik aai Benja en praat zachtjes in zijn oor. Hij krijgt de hik. Grappig, dat had hij in mijn buik ook heel vaak. En ook het naar adem happen gebeurt een paar keer. Het zijn kleine piepgeluidjes en z’n ruggetje schokt er even van. Het is minder erg dan ik dacht. “Ga maar, lieve vent, ga maar”. Ik zing ‘In De Maneschijn’ en het liedje van de ‘Rode Brievenbus’. Af en toe komen de zuster en de arts binnen. De zuster pakt mijn telefoon om foto’s en filmpjes van ons te maken. Het lijkt misschien gek, maar zo voelt het niet. Ook nu nog ben ik zo blij dat ik die foto’s heb. Al na een kwartier zeg ik: ‘Ik denk dat hij overleden is.’
De arts luistert met een stethoscoop op zijn ruggetje
‘Heel zachtjes hoor ik nog iets,’ zegt hij. Ik pak Benja nog even steviger vast. ‘Ik hou zo veel van je en ik ben zo trots op je, dank je wel dat je bij ons wilde zijn deze twee maanden.’ Na vijf minuten druk ik op de bel. De arts komt weer, hij luistert bij zijn hartje. Ja, Benja is overleden. Hoe laat is het? 14.31 uur. Hoe laat was hij geboren? ‘15:23 uur,’ zeggen Mike en ik in koor.
Na Benja’s overlijden ben ik een magazine gestart. NEL staat voor Never Ending love. Want naast het intense verdriet en gemis dat je voelt als ouders als je kind overlijdt, is er ook nog zoveel trots, zoveel dankbaarheid en zoveel liefde. Dat wil ik graag belichten. Dat wij als ouders net zo graag over ons overleden kind praten als over onze levende kinderen. Dat we net zoveel van hen houden en nog steeds net zo trots zijn. Het is een blad voor en door ouders, maar óók voor omstanders. Zodat zij misschien beter begrijpen hoe het is voor ouders en welke steun wij graag zouden krijgen.
MAARTJE