Kimberly schrijft over haar borstvoedingsavontuur. Dit is deel 1.
Eerder schreef Kimberly ook over haar dochter Megan*. Deze blogs kan je lezen via de link hieronder.
De moeilijkste beslissing van ons leven…
Mijn dochter Megan werd geboren met 21 weken en leefde nog 50 minuten bij ons
Een magisch vrouwenlichaam
Wat is een vrouwenlichaam toch magisch. Zwanger worden, zijn en bevallen. En voor mij persoonlijk ook het geven van borstvoeding. Laat ik voorop stellen dat alles wat je doet goed is. Borstvoeding live, fulltime kolven, kunstvoeding of half-half. Ik zeg altijd een blije mama is een blije baby.
De borst geven bleek hard werken
Ik ben ontzettend blij dat ik bij drie van mijn vier kinderen borstvoeding heb gegeven en nog steeds mag geven. Het is zeker niet iets vanzelfsprekends en van een leien dakje gegaan. Dat het echt zo hard werken is, vooral aan het begin, dat had ik totaal niet verwacht. Bij Riley was alles nieuw. Ik dacht: “Borstvoeding dat wil ik geven, maar niet ten koste van alles”. Als het niet lukt dan, lukt het niet. Wat een grap was dat.
Stuwing: wat een pijnlijke bedoeling
Toen Riley geboren werd met een spoedkeizersnede kregen we te horen dat de moedermelk wel eens later op gang kon komen. “Oke, prima”, dacht ik. Riley viel de eerste twee dagen enorm af. Dus besloten we om extra te kolven, zodat hij bijgevoed kon worden. Op dag drie kwam de stuwing om de hoek kijken. Hallo he! Wat een pijnlijke bedoeling en wat een productie. Vanaf het eerste moment had Riley al wat moeite met aanhappen. Maar er was geen aanwijsbare oorzaak. Toen de productie op gang kwam, had ik ook een enorm sterk toeschietreflex. Oftewel, ik verzoop Riley zo ongeveer aan de borst.
Ik voelde mij zo falen als moeder
De eerste nacht thuis was ook echt een drama. Mijn kind aanleggen ging bijna niet. Hij verslikte zich constant en die borsten werden maar voller, voller en pijnlijker. Eindelijk was het 8.00 uur ‘s ochtends, de kraamverzorgster kwam weer langs. Enorm jankend heb ik naast haar gezeten. Ik voelde me zo enorm falen als moeder zijnde. Gelukkig was zij echt top. Meteen had ze een kolf gehaald en mij eerst alles laten leeg kolven. Oftewel resetten. Zij heeft me goed begeleid met het voeden. Langzaam kreeg ik steeds meer vertrouwen dat het goed zou komen. Na een week werd de stuwing wat minder en leek alles wat in balans te komen.
Ik kreeg een borstontsteking en zelfs antibiotica
Helaas kreeg ik na twee weken een flinke borstontsteking. Echter wilde ik absoluut niet stoppen met borstvoeding, wat trouwens ook wordt afgeraden als je een borstontsteking hebt. Ik lag met hoge koorts in bed. Riley aldoor aanleggen en als hij niet wilde, kolfde ik de melk af. Na één dag kreeg ik antibiotica, omdat dit allemaal totaal niet hielp. Na een week was ik gelukkig weer opgeknapt. “Mooi, dat hebben we ook overleefd”, zei ik tegen mijzelf. Een week daarna kwam het leed wat spruw heet om de hoek kijken. Man man wat hebben we lang geklooid met dat spul. Riley had er ook echt last van in zijn mond. Nystatine, kokosolie, gentiaan violet, we probeerden van alles. Maar niets hielp om het permanent weg te krijgen.
Ik vroeg advies aan een lactatiedeskundige
Riley bleek ook een onrustige drinker. Wanneer een kind vaccinaties krijgt, wordt er vaak geadviseerd om je kindje aan de borst te laten drinken. Of vlak daarna om te troosten. Met 14 weken kreeg Riley vaccinaties. Ik wilde hem niet tijdens de prikjes laten drinken, hij had echt rust nodig. Dus snel naar huis en daar rustig aanleggen. Vanaf dat moment weigerde hij echter de borst en heeft dit sindsdien volgehouden. Ik heb toen een lactatiekundige mee laten kijken. Ik heb gevoed in de gekste houdingen, maar niks mocht baten. Conclusie van de lactatiekundige: hij associeerde pijn met de borst. En dat ondanks dat ik eerst naar huis was gegaan.
Borstvoeding genoodzaakt via de fles
Wat heb ik gebaald dat live aan de borst drinken niet meer ging lukken. In de tussentijd ben ik alles gaan kolven. Want ik had genoeg productie, dus geen haar op mijn hoofd om kunstvoeding te geven. Aangezien dit zo goed ging, bleef ik dit doen. Uiteindelijk heeft hij negen maanden borstvoeding gehad, danwel via een fles. En oh wat hebben we die nachten soms vervloekt. Ik kolven, mijn man de fles geven. En dan lekte die rotfles weer. Op dat moment konden we echt woest zijn. Nu lachen weer hard erom.
Bij mijn tweede kindje wilde ik het anders aanpakken
Ondanks dat het geen makkelijk avontuur was bij Riley, ging ik er vol vertrouwen weer in bij Marly. Ik had me nog meer ingelezen over borstvoeding. Ik had ook specifiek gevraagd aan de kraamzorgorganisatie of ik iemand kon krijgen met ervaring en kennis hierover. Ook bij haar kreeg ik een keizersnede en verwachtten we weer dat de melk later op gang zou komen. Dit keer wilde ik niet dat er bijgevoed zou worden met kunstvoeding. Riley was namelijk een enorme huilbaby. Hij had destijds enorm veel darmkrampen dus alles wat ik ook maar enigszins kon doen om dat te voorkomen deed ik. Ik begon met kolven toen ik 37 weken zwanger was. De melk ving ik op in spuitjes en bewaarde ik in de vriezer. Dit ging al goed en dat gaf vertrouwen.
Ik kreeg handige tips
Marly was nog geen vijf minuten uit mijn buik en dronk gewoon al aan de borst! Wat een natuurtalent. Vanaf het eerste moment waren we een heel goed team. Maar ook hier was het in het begin hard werken. Ook heb ik weer extra gekolfd, omdat Marly veel afviel en bijgevoed moest worden. Al heeft ze nooit bijvoeding gehad, want mevrouw weigerde elke vorm hiervan. Fingerfeeding, cupfeeding, flesje. Ze moest het allemaal niet. Door het extra kolven kwam de productie hard op gang. Overproductie was het gevolg en wederom een hard toeschietreflex. Gelukkig kon Marly hier wel mee omgaan en met tips van de kraamverpleegkundige konden we dit samen goed oplossen. Ik voedde Marly veelal in de biological nurturing houding. Nadat zij na een week weer goed op gewicht was en ik de stuwing kwijt was, verliep het voeden heel natuurlijk en fijn. Wat was dat een top ervaring. Dit gaf zoveel voldoening!
Vanwege forse overproductie vroeg ik opnieuw om advies
Na een week of vier heb ik voor de zekerheid weer een lactatiekundige mee laten kijken. Ik had nog steeds heel veel melk en wilde graag weten of ik het goed deed. Op advies ben ik gaan blokvoeden, oftewel één borst per keer voeden. In het begin moest ik even wennen. Uiteindelijk werd de melk hierdoor minder, maar nog ruim voldoende om Marly met één borst per keer te voeden. Natuurlijk was het na 16 weken weer tijd om aan het werk te gaan. Na zes weken eens een flesje proberen. Nee hoor, mevrouw wilde dit niet. “Nou ja nog genoeg tijd om te oefenen”, dacht ik. We hebben zowat elke fles we geprobeerd, bij allemaal verschillende mensen. Maar helemaal niks werkte. Marly weigerde iedere vorm van voeding als het niet uit de borst kwam.
Lees HIER het vervolg.
DAPHNE