Maandag: De wekker gaat alweer vroeg. Pfoe 6 uur ’s ochtends, dat is wel weer even wennen. Afgelopen week zat ik in de nachtdienst, heb het weekend vrij gehad en ben druk geweest met leuke gezellige dingen. Nu klopt de realiteit weer aan en moet ik me klaarmaken om naar werk te gaan. Ik stap rond half 7 in de auto richting het AMC. Eenmaal aangekomen loop ik richting de kleedkamer en kleed mij om. Wij dragen groene uniformen, niet de standaard witte uniformen. Deze groene uniformen voelen aan als een pyjama, wat in dit geval misschien niet erg helpt om goed wakker te worden. We starten de dienst altijd in de koffiekamer. Studenten worden gekoppeld aan begeleiders en de patiëntenindeling wordt besproken. Vervolgens gaat iedereen naar de units.
Ik vang de baby van 25 weken oud op
Unit 1 en 3 zijn Intensive Care Units, daar hebben de kinderen de meeste en intensiefste zorg nodig. Dan is er nog Unit 2, daar liggen kinderen die iets minders intensieve zorg nodige hebben. Ik sta vandaag op Unit 3. Ik kom binnen en ik begroet de nachtdienst, ze zijn blij ons te zien! Ze hebben een drukke nacht gehad en willen lekker naar bed. Ik krijg te horen dat ik zo naar een opvang van een baby van 25 weken moet op de verloskamers. Mevrouw S. staat op het punt van bevallen, dus ik haast mij naar de afdeling verloskunde, welke tegenover de IC neonatologie zit. Het is namelijk zo dat wij, als IC neonatologie verpleegkundigen, de verloskunde afdeling ondersteunen tijdens een opvang van een extreem prematuur (24 tot 26 weken). Eenmaal aangekomen bij de verloskunde, loop ik naar verloskamer 3 en ga richting de babykamer. Dit is een ruimte die extra warm wordt gehouden en waar allemaal apparatuur staat om de baby te ondersteunen tijdens de transitie van binnen de buik naar buiten de buik. Na enkele minuten komt de neonatoloog binnen rijden met een wiegje met een klein meisje. Vlak erachteraan komen de kraamverpleegkundige en vader van het meisje binnen gelopen.
kleine Ava heeft moeite met ademen
We leggen het meisje, genaamd Ava, gauw in de couveuse en we beoordelen haar lichamelijke functies, zoals: ademhaling, hartslag, zuurstofgehalte in het bloed, temperatuur, kleur en reactievermogen. Zoals er vaak wordt gezien bij extreme vroeggeboorte, is dat de ademhaling van Ava moeizaam op gang komt. We stimuleren haar om te ademen door haar aan te raken en ze krijgt van ons een zuurstofkapje om ervoor te zorgen dat de longen mooi ontplooien. Ik zorg er samen met de neonatoloog voor dat Ava haar lichamelijke functies bewaakt worden en vervolgens krijgt Ava een infuus. Nu stel ik mij voor aan de vader van Ava en feliciteer hem met de geboorte van zijn dochter. Vader is overdonderd door alles, maar kijkt super trots naar zijn kleine meisje. Wanneer we zien dat Ava goed zelf ademhaalt en haar lichamelijke functies stabiel zijn, nemen we de couveuse mee richting haar moeder. Zij heeft nog weinig kans gehad om haar dochtertje te bekijken. Met trots, maar ook met wat angst, kijkt ze de couveuse in. We leggen ouders uit dat we haar meenemen naar de neonatologie. De vader van Ava loopt met ons mee naar de afdeling.
Vader is compleet overdonderd
Eenmaal op de unit krijgt Ava een eigen ‘plekje’. Er zijn 8-10 plekjes op een unit, en Ava haar plekje wordt bed 6, ‘de Ezel’. Elk plekje heeft bij ons een dier symbool staan. Samen met een collega zorg ik ervoor dat we alle lichamelijke functies en waardes checken. Ava krijgt CPAP ondersteuning, dit zorgt ervoor dat haar longen mooi open blijven. Ook krijgt ze medicijnen die hiervoor zorgen. Dit heeft hetzelfde effect als zeepsop: het maakt een laagje in de longblaasjes, zodat deze niet meer kunnen dichtklappen. Als je zo klein en jong als Ava geboren wordt, mis je dat stofje namelijk nog. Ook wegen we Ava in de couveuse. Vader maakt een foto van het gewicht als een mooie herinnering. Ook brengen we een sonde naar de maag in, omdat baby’s zo klein nog niet zelf kunnen drinken. We checken de temperatuur en willen Ava verder voorlopig even met rust laten om een beetje uit te rusten. We draaien haar op haar buikje, zo kan ze gemakkelijker ademen en hoeft ze niet ‘tegen de zwaartekracht in’ te ademen. Nu Ava rustig ligt, vraag ik hoe het met vader gaat. Hij is overdonderd door alles, maar super trots dat hij nu vader is van dit kleine meisje. Ik vertel hem dat hij haar mag aanraken, maar het liefst niet ‘aaien’, hier raakt zij juist onrustig van. Ze kan die prikkels nog niet goed verwerken, dus is het voor haar fijn als vader zijn handen rustig op haar neerlegt. Ook zijn stem zal ze wel herkennen. Vader legt zijn handen neer en zegt: ‘Lief stoer meisje, zet ‘m op! Ik en mama zijn nu al trots op jou’. Terwijl hij dit zegt, denk ik aan wat deze ouders misschien nog wel allemaal moeten mee maken om dit lieve meisje mee naar huis te kunnen nemen. Dit zal mogelijk een lange rit in een rollercoaster worden met positieve en negatieve ervaringen. Hier kun je je niet op voor bereiden. Dit is iets wat je niemand gunt om mee te maken. Ava zal zich de aankomende tijd moeten gaan ontwikkelen en groter worden. Zo wordt ze steeds iets minder kwetsbaar, maar als je zo klein bent als Ava nu is kun je snel ernstig ziek raken en zelfs overlijden.
Vader gaat op een gegeven moment weer terug naar zijn vrouw om haar even een update te geven. Later vandaag zal de arts ook met ouders gaan praten over de opname en hoe mogelijk de aankomende periode zich gaat vormgeven. Later op de dag volgen er nog onderzoeken en procedures om Ava haar situatie in kaart te brengen en om haar te stabiliseren. De arts maakt een echo van haar brein, haar brein is namelijk zo kwetsbaar en vatbaar voor bloedingen dat dit de eerste week frequent wordt gecheckt. Daarnaast krijgt zij lange infuuslijnen via haar navel ingebracht, zodat we infuusvoeding kunnen geven, haar bloeddruk in de gaten kunnen houden en ook bloedafnames kunnen doen. Al met al een drukke dag voor Ava.
Ik zie hoop en angst bij ouders
Ouders komen een aantal uur na geboorte samen naar de unit om hun dochter te kunnen zien. Moeder zit vol ongeloof en totaal overdonderd naast de couveuse, ook zij praat tegen haar dochter en legt haar handen op Ava neer. Moeder vraagt mij hoopvol: “Hoe lang denk je dat ze in het ziekenhuis zal moeten blijven?” Helaas kan ik deze, veel gestelde, vraag niet beantwoorden. Ik zeg: ‘Dat kan ik helaas niet zeggen, Ava zal dit zelf gaan laten blijken. We zullen moeten leven per dag en soms per uur, geen dag zal hetzelfde zijn. We kunnen alleen maar hopen dat Ava een sterke meid blijkt te zijn.’ Vader en moeder knikken en kijken elkaar aan. Ik zie de hoop in hun ogen, maar tegelijkertijd ook de angst. Dit wordt een spannende tijd voor deze familie.
LISANNE, NIENKE EN DEMI (klik hier om op hun Instagram te koekeloeren)