Vanuit de operatiekamer omringd door 20 mensen, terug naar de rust in onze kamer van het ziekenhuis. Ineens ouders van drie kinderen. Bizar als je dit zo leest, maar zo bizar was het ook. Geen kind te zien, en ook mijn buik is leeg. Plotseling ouders worden van drie kinderen is niet te bevatten.
Door de vroeggeboorte moeten onze meiden direct naar de NICU. De Intensive Care voor te vroeg geboren kinderen. Omdat ik me na de bevalling nog even moet opfrissen, duurt het even voordat we weer oog in oog staan met onze kids. We bellen familie en vertellen dat we ouders zijn geworden van drie meisjes. Terwijl de woorden uit mijn mond vloeien, lijkt het alsof ik zit te liegen. Om ons heen heerst stilte en geen drie huilende baby’s. Het beschuit met muisjes ontbreken en de roze wolk is ver te zoeken.
Daar gaan we dan. Ik, mijn bed en Jos richting de intensive care (NICU). En daar liggen ze, onze drie kanjers. Braaf in de couveuse op ons te wachten. Wat een wonder, maar hoe bizar ook. Drie couveuses op een rij gevuld met onze liefde. De moederliefde voor je kinderen is groot, heb ik altijd gehoord. Maar wie gaat mij vertellen dat dit onze kinderen zijn? Mijn gevoel? Omdat mijn gevoel nog een soort van ‘uit’ staat, neem ik aan dat de namen op de couveuses kloppend zijn. Hier zijn ze dan. Hoe raar is het dat je meisjes nog zo klein zijn en verzameld zijn in een ruimte die niet fijn aanvoelt. Hier wil ik mijn meisjes hun eerste start niet geven. Maar een keuze hebben we niet.
De verpleging is lief voor ons en neemt de tijd. Stil en onder de indruk kijk ik door de couveuse naar Pip. Wat ben je klein, maar oh zo mooi. Is dit de moederliefde die ik hoor te voelen of is deze er nog niet? De zorgen overheersen en de vechtlust is te voelen. Angst wint het op dit moment van de echte liefde. Wie vertelt me dat het wel goed komt en dat ze over een tijdje veilig bij ons thuis zijn? Mijn hormonen schieten van links naar rechts en mijn tranen zijn moeilijk onder controle te houden. Ik kan alleen maar naar ze staren, maar het echt beseffen lukt me niet.
Ik hoor nu thuis in bed te liggen met drie kleine meisjes op mijn borst. Maar nee, daar lijkt het totaal niet op. Trots, verdriet, angst en vreugde wisselen elkaar elke seconde af. Niemand heeft me echt uitgelegd hoe het houden van je kinderen voelt. Moederliefde. De vraag is ook: ‘Is het uit te leggen?’ Ik zoek naar het gevoel van liefde, maar alles wat op me heen gebeurt, wint het. Ik maak me zorgen. Ga ik wel van ze houden? Moet ik van ze houden? Want wat als ze deze strijd niet winnen? Ik wil niet nog een keer afscheid nemen van iemand die zo dichtbij staat. Het beste is om te wachten met houden van. Onbewust is dat denk ik wat er gebeurde. Ontzettend veel van iemand houden en die verliezen is niet te doen. Helaas, weet ik dat uit ervaring. Dat wil ik niet nog eens. Zo vecht ik tegen de liefde in de dagen die komen en gaan. Elke seconde telt en de spanning blijft. Op momenten dat we te horen krijgen dat het niet goed gaat met één van onze meisjes kan ik niets anders dan huilen. Ik wil het vechten van ze overnemen en ze vertellen dat het goedkomt. Maar helaas weet ik het niet zeker. Toch besluiten we met onze meisjes mee te vechten, en hard! Positief blijven en keihard knokken. Wat zij doen, moeten wij als ouders ook doen. Op de moeilijke momenten schiet ik vol. Met of zonder één van onze meisjes in mijn armen. Ik wil het niet, maar ik weet het zeker: ik hou van jullie. Niemand heeft me ooit verteld hoe moederliefde voelt. Nu overkomt het mij. En ik moet jullie teleurstellen. Ook mij lukt het niet het gevoel onder woorden te brengen. Ons vlees en bloed en onze liefde. Moederliefde, onbeschrijfelijk, maar wat voelt het goed.
SIENTJE