Marleen schrijft een minireeks op Kids en Kurken. Lees hieronder haar vorige (eerste) deel.
Deel 1: Ik zat in de laatste week van de zwangerschap, maar ik voelde baby Jan* eigenlijk nooit goed bewegen
Thuis aangekomen heb ik geprobeerd het rare gevoel van mij af te schudden. Bewust heb ik niks tegen mijn man Henri gezegd, want ik wilde hem niet onnodig ongerust maken. We hebben nog even wat gedronken en zijn naar bed gegaan.
Ik ging er van uit dat alles goed ging in mijn buik
De volgende dag was ik jarig, 30 jaar! Vanwege de zwangerschap hadden we onze verjaardagen het weekend ervoor al gevierd. Zodat de kans groot was dat het door kon gaan. Dus er wachtte mij een rustige dag. Mijn dochter Lieke mocht een hele dag proefdraaien op school, dus ik had heerlijk de tijd voor mijzelf. Bij het ontbijt had ik nog een lichte beweging in mijn buik gevoeld, en ging er dus maar van uit dat alles wel goed ging daarbinnen. Mijn moeder kwam ’s middags om toch even samen te zijn, want voor ons is mijn verjaardag een dubbele dag. Ik ben namelijk op mijn vader zijn verjaardag geboren. Helaas is mijn vader in 2017 al overleden, dus 18 september is een dag met een zwart randje.
Toen mijn moeder kwam, lag ik op de bank te rusten. Ik voelde mij niet lekker, en dacht dat het kwam doordat ik iets verkeerd had gegeten. Mijn moeder vroeg hoe de controle de avond er voor was, en ik zei dat alles in orde was. Maar ook zei ik dat ik hem weinig voelde, maar er ook van uit ging dat dat kwam doordat ik het druk had gehad. Mijn moeder probeerde te voelen, maar kreeg geen reactie. Dat was op zich niet raar, want hij bewoog nooit heel hard. Toen mijn moeder weg ging, zei ze dat ze het idee had dat de bevalling wel eens kon beginnen. En ze had gelijk.
De weeën begonnen
’s Avonds om 20.00 begon ik regelmatige krampen te voelen, maar niet heel pijnlijk. We zijn op tijd op bed gegaan, want je weet maar nooit hoe het verloop is. Sowieso was het spannend, want met mijn dochter Lieke ben ik ingeleid vanwege gebroken vliezen zonder weeën. We wisten niet wat ons te wachten stond, nu de weeën spontaan begonnen. De nacht verliep rustig. Henri is ’s morgens nog gaan werken. Mijn schoonzus heeft hierna Lieke opgehaald, want ik moest de weeën op den duur toch wel wegzuchten.
Toen Henri weer thuis kwam, hebben we eerst nog wat dingen rondom het huis gedaan. Nadat Henri had gedoucht, ben ik ook onder de douche gestapt. Ik durfde niet eerder te gaan, omdat ik bang was dat de weeën erger zouden worden, en ik alleen zou zijn. Onder de douche werden ze inderdaad heftiger. Na een uur onder de douche te hebben, ging ik er uit voor de lunch. We besloten om de verloskundige te bellen, om te kijken hoever ik al was met de ontsluiting. Na wat heen en weer gebel, besloot onze eigen verloskundige onze kant op te komen. In eerste instantie wilde ze de vervangster sturen, want ze had zelf net een bevalling begeleid. Maar ze koos er voor om toch zelf te komen.
De verloskundige kwam aan de deur
Toen de verloskundige aanbelde, deed ik de deur open. Ik keek haar aan en barstte in tranen uit. Ze kwam binnen, en we hebben (tussen de weeën door) nog even gekletst. Ik vertelde kort hoe het verloop tot nu toe was en hoe het ging. Uiteindelijk zei ze: ‘We gaan even naar boven om te kijken hoe het gaat.’ Ze wist dat ik vanwege opgelopen trauma’s bij Liekes bevalling liever zo min mogelijk handen aan mijn lijf wilde.
Nadat het matje op bed was gelegd, trok ik alvast mijn broek en onderbroek uit. Ik lag er klaar voor. ‘Zullen we eerst even naar het hartje luisteren?’, vroeg de verloskundige. Ik dacht: ‘Nee!! Ik wil het niet weten….’. Noem het een voorgevoel. Toch antwoordde ik: ‘Oh, ja, dat zouden we ook kunnen doen.’ Ze zette de doppler op mijn buik en zocht. En zocht. En zocht nog wat langer. Toen legde ze haar hand op mijn arm en zei: ‘Ik kan het niet vinden.’ Ik antwoordde eerlijk: ‘Dat dacht ik al.’ Ze zei dat we Henri erbij moesten roepen en dat we direct naar het ziekenhuis moesten.
Henri was zo geschrokken dat de verloskundige moest autorijden
Henri kwam naar boven en schrok heel erg. Ik viel in de regelmodus, stopte de laatste dingen in de tas. Mijn weeën waren op dat moment gestopt, dus ik kon mij focussen op wat er nog mee moest. Ondertussen belde de verloskundige beneden met het ziekenhuis, om te melden dat wij er aan kwamen. Ik had aangegeven om thuis te willen bevallen. Anders wilde ik naar een regionaal ziekenhuis. Maar uit automatisme belde de verloskundige naar het UMCG. Opeens besefte ze dat ik dat niet wilde. Ze liep even naar boven om te overleggen of ik naar het UMCG wilde. Gezien de situatie, leek mij dat de beste optie. Ook belde mijn verloskundige naar haar collega, om de situatie uit te leggen. Op dat moment kregen wij dat niet mee, omdat wij boven aan het inpakken waren.
Aangezien ik niet kon rijden en Henri zichzelf niet vertrouwde, zijn we bij de verloskundige in de auto gestapt. Dit was de langste en meest onzekere rit van ons leven.
MARLEEN