In de zomer van 2015 werd ik zwanger. Na de eerste poging voelde ik het gelijk, we kregen een baby! Ook was ik er van overtuigd dat het een jongetje zou worden, al zag ik al mijn hele leven een klein meisje met krullen om mij heen huppelen als ik over de toekomst droomde. Ik had een fijne zwangerschap. Hier en daar best wat complicaties, maar ik genoot volop van het leven in mijn buik en straalde van oor tot oor. En, voor mij geen verrassing, na een goede twintig weken echo werd duidelijk dat we inderdaad een jongetje verwachten; Boris. Begin april kreeg ik verlof en ik heb een fantastische tijd gehad. Ik voelde me rustig, had alles tot in de puntjes voorbereid en bleef genieten van het getrappel in buik. Ik vond het ook niet zwaar, het mocht van mij best nog even duren.
Toen ik op 28 april 2015 wakker werd, voelde ik Boris niet goed bewegen. Ik maakte me niet direct zorgen, maar was wel op mijn hoede. Toen ik een paar uur later nog steeds niets had gevoeld,werd ik langzaam bang. Mijn man belde de verloskundige nadat we geen hartje komen vinden met onze eigen doptone en zij stuurde ons gauw door naar het ziekenhuis. Daar werd al snel duidelijk dat het hartje van onze lieve zoon niet meer klopte… Ik begon te schreeuwen en raakte volledig in paniek. Het werd zwart voor mijn ogen en ik wilde niet kijken naar dat walgelijke scherm waarin mijn buik te zien was met mijn dode kind. Dit kon niet zo zijn, dit kon niet gebeuren! Maar ik had geen keus, en ik moest naar huis met mijn lege en tegelijk nog volle buik. Volledig in shock kwam ik thuis. Een ondragelijke en vooral ook onmenselijke taak lag op mij te wachten. De volgende dag ging ik naar het ziekenhuis voor de bevalling. Ik nam mijn eigen bevallingstas mee die al een tijdje klaar lag, maar de maxi Cosi die er naast stond lieten we staan. De spulletjes in de tas voor Boris bekeek ik nog even voor we weg gingen en het eerste wat me op viel was dat zijn eerste pakje er eentje was met sterretjes. Ik begon de ochtend in grote angst, omdat ik niet wilde bevallen van de dood. Gedurende de dag en de bevalling kwam ik langzaam terug bij mijn zoon, en kregen mijn man en ik de berusting die we nodig hadden. We vonden de kracht en moed om de geboorte en de week die zou komen, zo mooi mogelijk te maken voor onze zoon. We wisten dat dit het eerste en tegelijk het laatste zou zijn wat we voor hem konden doen en daar gingen we voor. Samen.
Het moment dat hij werd geboren en op mijn buik werd gelegd was prachtig. Hij was zo vreselijk mooi! De rust en liefde die hij uitstraalde was zo intens, het voelde magisch. Boris was onze zoon en de eerste paar seconden waren vol van liefde en trots. Al gauw kwamen natuurlijk ook het verdriet en de tranen, de heftigheid van de dood en de stilte waren echt verschrikkelijk. Gelukkig bleven de trots en de liefde overeind en konden we de week dat hij nog bij ons was echt van hem genieten. Hij lag naast ons bed in zijn wiegje op een koelmatrasje. Ik kon eindeloos naar hem kijken, en ik aaide honderden keren over zijn neusje en wangetjes. We noemden hem onze tovenaar, omdat hij ons en de mensen om ons heen zoveel liefde bracht, juist door zo stil te zijn. Het was heel erg waardevol om nog eventjes zo dicht bij hem te zijn. Maar na de begrafenis stond mijn wereld stil. Waar ik de dagen daarvoor nog een beetje voor hem kon zorgen, was hij nu echt voor altijd weg. Ik wist niet meer hoe ik verder moest leven. Ik wilde dit ook soms niet meer en ik heb me nog nooit zo intens leeg, verdrietig en machteloos gevoeld. Mijn hele lijf was klaar om te zorgen en de liefde die ik voelde was enorm. Maar ik kon er helemaal niets mee. De onmacht en de pijn waren verschrikkelijk. Ik ging mijn verdriet aan en liet me onderdompelen in het verlies. Met vallen en opstaan leerde ik in die periode dat ik, ondanks dat ik niet meer kon zorgen voor Boris, wel voor mijn verdriet kon zorgen. En vooral ook dat ik hem altijd nog liefde kon geven, omdat die is blijven bestaan. Ik zocht naar manieren om dit vorm te geven. Zo schreef ik verhalen voor hem, besloot ik te gaan bloggen en schreef ik veel gedichten. Maar ik kocht ook dingetjes voor hem, maakte een fotoboek en verzorgende zijn plekjes in huis. Zo kocht ik een paar jaar geleden een shirtje met vosjes voor hem. Vosjes horen bij hem omdat zijn kamertje er vol mee stond en toen ik hem zag hangen in de winkel heb ik na een korte twijfel het shirtje meegenomen. Het ligt nu bij zijn andere spulletjes in zijn kast. Mensen zeggen wel eens dat je een verlies moet verwerken en het langzaam een plekje moet geven. Natuurlijk is het zo dat je langzaam beter met je verdriet leert omgaan, en dat moet ook wel als je het leven weer draagbaar wilt maken. Maar ik heb het nooit weggestopt. Ik heb geleerd hem en mijn verdriet in liefde met me mee te nemen in mijn leven. Fysiek is Boris niet meer hier, maar in mijn hart en lijf is hij nog zo aanwezig. Ik ben een moeder en wil iets voor hem kunnen doen, hem in mijn leven houden. Dat kan niet meer op de manier die ik zo graag wil, maar wel door mijn liefde aan hem te blijven geven.
Sinds twee jaar ben ik eigenaar van Vlinderkusje.nl. Een blog en een webshop voor mensen die een kindje zijn verloren. Mijn boeken staan erop, kaartjes en posters met mijn gedichten en verschillende troostartikelen. Ik ben erg blij dat het inmiddels voor zoveel mensen al iets heeft kunnen betekenen, maar het is voor mij ook nog steeds de manier om Boris dicht bij me te houden en om voor hem én voor mijn verdriet te zorgen. Op wereldlichtjesdag komt mijn derde boekje uit; ‘Dag Liefje’. Ik heb het geschreven voor en aan Boris. En daarmee is het een uniek kinderboekje, omdat het is bedoeld voor kindjes die er niet meer zijn. Als moeder wil je graag zorgen voor je kind en naast kaarsjes aansteken of een grafje verzorgen zijn er nog veel meer dingen die je kunt doen. En dat is niet gek of raar, want alles mag als dat goed voelt voor jou. Bijvoorbeeld briefjes schrijven, liedjes zingen, dingetjes maken, óf dus een boekje voorlezen. Je kunt ‘Dag liefje’ voorlezen bij een gedenkplekje in huis, bij een grafje of gewoon thuis op een plek waar je je fijn voelt. Dat kan hardop, maar ook in je hoofd. Ook is er ruimte om zelf iets te schrijven aan het kindje dat je zo mist. Persoonlijk lees ik het het liefst wanneer ik helemaal alleen ben. Soms doe ik dat in mijn hoofd, en soms fluister ik zachtjes. Het geeft me het gevoel dat ik even dicht bij hem ben en dat hoop ik ook voor andere moeders te kunnen betekenen met dit kinderboekje. ‘Dag liefje’ waren de laatste woorden die ik fluisterde tegen mijn allermooiste Boris, vlak voordat ik hem samen met mijn man moest begraven. En nog steeds zijn het woorden die ik vaak naar hem uitspreek bij zijn foto of zijn grafje. Hij hoort bij mij, en bij ons gezin, voor altijd. Daar zal de dood nooit een einde aan kunnen maken.
Ik geef vlinderkusjes aan de wolken
en ik tover ze naar jou
Elke dag wel meer dan honderd
omdat ik zoveel van je hou
ANJA