Lieke: “Een andere ouder zei: ‘Wat, zoveel per maand?’!’, Veel ouders snappen de keuze niet, maar wij denken dat onze zoon hier echt enorm van leert”

| ,

Wil jij ook niets missen van deze verhalen en artikelen?! Klik HIER om Kids&Kurken op Instagram en HIER om ons op Facebook te volgen

“Wàt? Vijf-en-zeventig euro? Per maand?” De moeder tegenover me, eentje van school, spuugt haar cappuccino bijna uit. “Voor een veertienjarige? Wat moet ‘ie dáár nou weer mee?” Ik glimlach. “Leren.” Ze trekt haar wenkbrauw op, alsof ik haar zojuist heb verteld dat Stephen ook een Amex op zijn naam heeft staan. Ik snap het wel hoor. Het is ook geen lullig bedrag. 75 euro. Daar kun je, als je het een beetje slim doet, een heleboel mee. Maar dat is juist het hele punt. We geven Stephen dat bedrag niet om te verzuipen in zakgeld, maar juist om te leren zwemmen.

“Ik kon op mijn twintigste nog geen ei koken”

Jitse, mijn man, lacht er nu soms om, maar vroeger was het eigenlijk best sneu. Hij ging op zijn negentiende op kamers en wist serieus niet hoe hij zijn sokken moest sorteren. Hij dacht nog net niet dat je spaghetti gewoon in koud water kon gooien. En als ik niet al jaren met hem samen was, dan zou ik zweren dat hij oprecht dacht dat de wc vanzelf schoon werd. Zijn moeder deed alles. Echt alles. En ik geef haar geen ongelijk – ik denk dat het voortkwam uit liefde – maar het hielp hem niet. Hij was compleet afhankelijk. En het heeft hem jaren gekost om dat een beetje in te halen. Dat wilden we voor Stephen dus anders. Vanaf dat ‘ie klein was, lieten we hem al meehelpen. Eerst spelenderwijs. Laat hem maar zijn eigen brood smeren. Zijn eigen bed opmaken. Zijn eigen spullen opruimen. Hij moppert soms maar hij doet het wel. En nu, nu hij veertien is, zijn we weer een stapje verder.

“Ik wil een bijbaantje en ook AirPods”

Het begon allemaal met die AirPods. Stephen kwam beneden met die blik. Je kent hem wel. Die ‘ik wil iets van je’-blik. “Mam, ik wil AirPods.” “Oké,” zei ik. “En?” Hij keek me aan alsof ik gek was. “Nou… of jullie die misschien willen kopen?” “Nou… of jij die misschien zelf wil kopen?” Hij zuchtte. Dramatisch. “Hoe dan? Ik ben veertien. Ik mag nog niks.” “Folders?” stelde ik voor. Weer die zucht. Alsof ik had voorgesteld dat hij kolen moest gaan delven in een mijn. Maar goed, een paar dagen later kwam hij wéér beneden. Met een inschrijfformulier. Voor folderwerk. “Ik ga het gewoon proberen,” zei hij. “Maar ik ga daar geen AirPods van kunnen kopen hoor.”

Waarom €75 zakgeld?

We gingen zitten, Jitse en ik. “Wat doen we?” vroeg ik. Jitse keek me aan. “Ik zeg: geef hem meer dan gemiddeld.” Ik knikte. “Maar wel met regels.” “En verwachtingen.” En zo kwamen we uit op €75 per maand. We hebben het hem uitgelegd. “Je krijgt nu €75 zakgeld. Daar moet je alles zelf van doen. Cadeautjes voor vrienden. Sokken. Een bioscoopkaartje. Iets leuks voor jezelf. En: sparen.” Hij keek ons aan alsof hij in de verborgen camera zat. “Sparen?” “Ja. Je krijgt het alleen als je ook spaart. Elke maand minimaal €15 apart.” Hij knikte langzaam. En ergens zag ik het kwartje vallen.

“Huh. Tandenborstels zijn duur”

De eerste maand was hilarisch. Echt waar. Hij kocht een pet van €39. “Limited edition, mam.” Drie dagen later: “Shit. M’n tandpasta is op.” “Ja,” zei ik. “En je wilde toch je eigen merk blijven gebruiken?” Hij knikte. “Dat kost €3,90.” Zijn gezicht was goud waard. Alsof ik hem een rekening van een sterrenrestaurant had gepresenteerd. “Wáárom is tandpasta zo duur?” En daar was het leermoment. Want voorheen zeurde hij om alles. Dure merken, ‘iedereen heeft dat’, ‘ik wil dit ook’, bla bla. Maar nu? Nu keek hij anders. “Is dit het waard?” vroeg hij zichzelf ineens af. Soms kiest hij nog steeds voor de dure variant. Maar dan is het een bewuste keuze. En geen automatische ‘ik wil wat de rest ook heeft’.

“Andere ouders vinden het overdreven”

Ja, ik weet het. Veel ouders vinden ons belachelijk. Of dat we hem verwennen. Of allebei.
“Zo leert hij toch niet de waarde van geld?” Nou, pardon. Volgens mij juist wel. Want eerlijk: als je je kind €10 per maand geeft, wat leren ze dan? Hoe je een blikje energydrink koopt en nog net een snoepzak? Hoe je niet kunt sparen, omdat er niks overblijft? We willen dat hij oefent. En oefenen doe je niet met een bedrag waarbij je al na week 1 blut bent. We willen dat hij fouten maakt. Dat hij te snel zijn geld uitgeeft aan onzin en dan nog drie weken moet wachten tot de volgende storting. We willen dat hij denkt: “Volgende keer doe ik dit anders.”

“Hij is ineens creatief met geld”

Wat ik het meest bijzonder vind: hij wordt creatiever. Hij heeft een tweedehands game gekocht op Vinted. “Die is nieuw €60, ik had ‘m nu voor €23.” Hij ruilt dingen met vrienden. Hij leent boeken bij de bieb in plaats van ze te kopen. Hij maakt notities. Ja, echt. Mijn veertienjarige maakt een overzicht met wat hij uitgeeft en wat hij overhoudt. Hij komt naar me toe en zegt: “Als ik deze maand niks uitgeef behalve tandpasta en die trui van de sale, dan kan ik volgende maand die nieuwe headset kopen.”

“Hij heeft áltijd gespaard geld”

En weet je wat het oplevert? Rust. Want als hij iets wil – en het is echt belangrijk voor hem – dan heeft hij geld. Geen gezeur meer van: “Mag ik €20 voor dit?” Geen discussie meer van: “Iedereen heeft dat shirt.” Hij weet: als het belangrijk genoeg is, dan spaar je ervoor. En als je het niet kúnt kopen, dan is dat óók oké. Hij is geen verwend nest geworden, maar juist een bewuste tiener. “Ja maar, niet ieder kind kan dat toch aan?” “Mijn kind zou dat geld meteen verbrassen.” “Mijn zoon koopt daar alleen maar snacks van.” Maar dat is nou juist de clue. Dáárom moet je het ze leren. Dáárom moet je het proberen. Natuurlijk moet je het begeleiden. Wij checken elke maand z’n overzicht. We vragen: “Wat heb je uitgegeven? Wat heb je gespaard?” Het is niet: “Hier heb je geld, succes ermee.” Het is: “Hier heb je geld, en hier is onze aandacht, onze begeleiding, onze vragen.”

We hadden hem ook kunnen overladen met spullen

Laat school hem maar uitleggen wat een breuk is. Wij leren hem wat geld écht betekent. Hij weet nu wat BTW is. Hoe duur de kapper is. Waarom dingen in de aanbieding soms niet per se goedkoper zijn. Hij snapt het verschil tussen ‘hebben’ en ‘nodig hebben’. Hij denkt na over waarde. En over keuzes. En eerlijk? Ik ken volwassenen die daar nog steeds moeite mee hebben. We hadden hem ook kunnen overladen met spullen. Of hem constant €5 geven als hij iets wilde. Maar daar leert hij niks van. Wat hij nu leert, is goud waard. En ja, daar hangt een prijskaartje aan. Maar dat is een bewuste investering. In zijn toekomst. In zijn zelfstandigheid. Want ik wil geen volwassen man die zijn vriendin moet bellen om te vragen hoe je de wasmachine aanzet. Of wat geld moet lenen voor een nieuwe jas.
Ik wil een man die zegt: “Ik red me wel.” En dat begint hier. Met €75. En een beetje vertrouwen.

LIEKE

5 gedachten over “Lieke: “Een andere ouder zei: ‘Wat, zoveel per maand?’!’, Veel ouders snappen de keuze niet, maar wij denken dat onze zoon hier echt enorm van leert””

  1. top!! ik ben 75 en kreeg ook als kind zakgeld.
    het heeft mij veel gebracht. na vallen en opstaan door het leven heen ben ik weer strak met zakgeld naar mezelf, sparen per maand, potje voor dit en dat, en voor m’n auto. kan minimalistisch leven en heb al jaren geen schulden . Heb niet veel maar ben schuldvraag en kan doen wat ik wil..
    dat geeft vrijheid van geest en respect voor mijzelf….

    Beantwoorden
  2. van kleins af aan krijgen ze hier zakgeld, vanaf dat ze naar school gaan. een muntje om wat te kopen, een muntje om te sparen en een muntje voor een goed doel. elk jaar ietsje meer geld. als ze zo 13 zijn krijgen ze 100 euro per maand zodat ze inderdaad leren om hun financiën te beheren. en ja klusjes voor hun zakgeld horen er gewoon bij, een klusje weigeren is geen zakgeld deze week. is nog maar 1 keer voorgekomen 😉

    Beantwoorden
  3. wat een goede zet!! zelf hebben we2 kinderen, toeze op de middelbare school zaten kregen ze 2 ,50 om een broodje te kopen en wat drinken. dochter kocht ern kaal broodje en een blikje ‘nep’cola en hield elke dag wat over, zoon spaarde zijn 2,50 en kocht dan bij v&d een luxe broodje. helaas het is nog steeds zo, dochter heeft ern koophuis, een forse spaarrekening en zoon heeft een duur en klein huurhuis. achteraf denk ik dat de keuze die u heeft gemaakt een betere was geweest. overigens krijgen geen van beiden geld van ons, tenzij het iets is waar ze wat aan hebben en krijgen daar dan een bijdrage voor. ik geef mijn kleinkinderen vanaf hun vierde jaar ‘zakgeld’ en zij krijgen net zoveel muntjes als hun leeftijd is. Geen absurde bedragen, 0,20 eurocent per leeftijdsjaar. tegelijkertijd raad ik hen aan nooit meer dan de helft uit te geven dan de helft wat ze hebben. enfin het blijft een beetje zoeken.

    Beantwoorden
  4. Ik denk dat je het mis hebt; beetje afhankelijk van het kind, maar op vijf-, zes- of zevenjarige leeftijd kunnen ze al leren met geld omgaan. Op kleinere schaal, natuurlijk. En ook van een wekelijkse euro zakgeld kun je sparen (natuurlijk ook omdat ze er niets zelf van MOETEN kopen). Je kunt elke week bij de Action een prul kopen of je kunt het een paar weken opsparen en dan bij de speelgoedwinkel iets groters kopen. Je kunt een nieuw kleurboek kopen in de winkel of een kleurboek bij de kringloopwinkel – dan hou je nog geld over ook. Hoe eerder je begint (met kleinere bedragen, oplopend met de leeftijd), hoe eerder het kwartje (pun inteded) valt. Ook dat gaat met vallen en opstaan, maar ook op die leeftijd kunnen ze denken ‘volgende keer doe ik het anders’. Het is leergeld, met veel minder risico en verantwoordelijkheid, maar de theorie is hetzelfde.

    Hier gelden wel een paar afspraken: geen etenswaar (want ongezond eten reguleren) en geen dingen die je al hebt (anders staat mijn huis straks vol).

    Beantwoorden

Plaats een reactie