Julliette: “Soms ben ik bang voor mijn eigen kind”

| ,

Mijn naam is Juliette en ik ben getrouwd met Ko

Samen hebben we twee kinderen: Ollie, een puber van 14, en Pim, die 12 jaar oud is. Ons leven was altijd vol leven en energie, met de gebruikelijke ups en downs die bij het gezinsleven horen. Maar het afgelopen jaar was het anders, vooral met Ollie. Hij begon me steeds meer uit te testen en zijn gedrag werd zorgwekkend. Uiteindelijk werd ik zelfs bang van hem.

Het begin van de problemen

Het begon allemaal vrij onschuldig. Ollie was altijd al een levendige en nieuwsgierige jongen geweest, maar toen hij 14 werd, begon hij echt te veranderen. Hij trok zich meer terug, sloot zich op in zijn kamer en was vaak kortaf en bot tegen mij en Ko. We dachten dat het gewoon de puberteit was, maar al snel werd duidelijk dat er meer aan de hand was.

Hij begon te experimenteren met grenzen

Kleine dingen, zoals te laat thuiskomen of zijn huiswerk niet maken, werden al snel grotere problemen. Hij loog over waar hij was geweest en met wie hij omging. Het was alsof ik mijn eigen kind niet meer herkende. Elke dag voelde als een strijd en ik wist niet hoe ik hem moest bereiken.

De escalatie

De spanningen tussen Ollie en mij liepen steeds hoger op. Elke keer als ik probeerde met hem te praten, liep het uit op een ruzie. Hij werd steeds brutaler en respectloos. Ik voelde me machteloos en wist niet hoe ik dit moest aanpakken. Ko was het hier helemaal niet mee eens. Hij wilde respect in het huis. Hij probeerde te bemiddelen, maar ook hij kwam er niet doorheen.

Op een avond kwam Ollie veel te laat thuis

Ik was bezorgd en boos tegelijk. “Waar ben je geweest?” vroeg ik, terwijl ik probeerde kalm te blijven. Hij keek me aan met een minachtende blik en zei: “Dat gaat jou niks aan.” Die woorden, die toon โ€“ het sneed door me heen als een mes. Ik voelde de tranen komen, maar ik wilde niet laten zien hoe zeer het me raakte.

De dreigende sfeer

De situatie escaleerde verder. Ollie begon dingen in huis te vernielen als hij boos was. Een kapotte deur, een omver gegooide stoel โ€“ het werd steeds gewelddadiger. Ik voelde me onveilig in mijn eigen huis. Op een avond, na een heftige ruzie, gooide hij een glas naar me. Het miste me op een haar na en spatte uiteen tegen de muur. Ik stond verstijfd van schrik. Dit was mijn zoon, mijn Ollie. Hoe had het zo ver kunnen komen? De angst begon echt toe te slaan. Ik durfde hem niet meer te confronteren. Elke keer als hij thuis was, had ik fysieke buikpijn. Wat zou hij nu weer doen? Hoe zou hij reageren? Ik begon te vrezen voor mijn eigen veiligheid en die van Pim.

De wanhopige oplossingen

Ko en ik probeerden alles om de situatie te verbeteren. We probeerden met hem te praten. Hij sloot zich volledig af en maakte duidelijk dat hij geen interesse had in verandering. We spraken met zijn leraren op school, maar ook zij wisten niet hoe ze met hem om moesten gaan. Ook op school was hij brutaal.

Ik probeerde hem de ruimte te geven

Ik hoopte dat hij zichzelf zou hervinden. Maar in plaats daarvan trok hij zich nog meer terug en werd zijn gedrag steeds onvoorspelbaarder. Ik voelde me gevangen in mijn eigen huis, bang voor mijn eigen kind. De stress begon zijn tol te eisen op mijn gezondheid en mijn relatie met Ko. We maakten constant ruzie over hoe we met Ollie moesten omgaan.

De angst

Op een nacht werd ik wakker van een vreemd geluid. Ik liep de gang op en zag een schim bij Ollies deur. Mijn hart bonkte in mijn keel toen ik dichterbij kwam. Het was Ollie, snikkend en hijgend. “Wat ben je aan het doen?” vroeg ik zachtjes. Zo laat in de nacht, buiten bed.

Hij draaide zich om en keek me aan met ogen vol woede en verdriet

“Ik weet het niet, mam. Ik weet het echt niet meer,” fluisterde hij. Ik stond daar, bevroren van angst, niet wetend wat ik moest doen. Ik hield hem vast en huilde met hem mee. De angst was nog niet weg, maar op dat moment voelde ik alleen maar medelijden en liefde voor mijn kind.

De machteloosheid

Na die nacht werd de situatie niet beter. Ollie bleef onvoorspelbaar en zijn uitbarstingen bleven een constante dreiging. Ik wist dat ik hulp moest zoeken. Dit kon zo niet langer. We konden Ollie niet meer zelf aan.

We zijn nu een traject met een psycholoog gestart

Ollie wilt er niet veel over vertellen. Ik laat dat maar. Ik ben allang blij dat hij daar naar toe gaat. Soms ben ik bang dat hij er niet meer heen gaat. Daar is nu gelukkig (nog) geen sprake van. Ik bekijk het momenteel van dag tot dag. Ik zie nog weinig vooruitgang bij Ollie, maar misschien komt dat nog.

JUILIETTE

Plaats een reactie