Josefien: “Mijn zoon zei: ‘Mama, dit is toch vies’, we maakten een drastisch besluit: nooit meer toiletpapier”

| ,

Ik stond met een gigantische vuilniszak vol luiers voor de container en voelde me ineens een wandelend milieudelict. Dit kon toch niet meer? Wekelijks sjouwde ik zo’n zak naar buiten, en bij iedere klik van de containerdeksel werd mijn schuldgevoel groter. Dat moest anders. Mijn man, Bas, was het gelukkig met me eens. Zo begon onze reis naar een milieubewuster huishouden.

Geen stinkende luierzakken meer

Het begon met wasbare luiers. Ik geef toe, in het begin vond ik het een beetje een gedoe. Maar na een paar weken waren we om. Geen stinkende luierzakken meer, geen gezeul naar de container en vooral: een flinke besparing. Joep en Stijn hebben er beiden in gezeten en zelfs bij Loes gebruikten we ze nog trouw. Een routine was het geworden: luier af, in de luieremmer, wassen, drogen en hergebruiken. Ik vond het geweldig.

Wekelijks gingen er pakken vol toiletpapier doorheen

Maar toen kwam het volgende dilemma: toiletpapier. Met drie kinderen en twee volwassenen gingen er pakken vol doorheen. Elke week stond ik in de supermarkt met een gigantische stapel wc-papier in mijn karretje. Wasbare luiers konden, maar waarom was er dan geen alternatief voor wc-papier?

Een TikTok-openbaring

Op een avond scrolde ik gedachteloos door TikTok toen ik een Amerikaans gezin zag dat ‘wash cloths’ gebruikte in plaats van toiletpapier. Kleine, dunne doekjes, die je na gebruik in een wasmand deed en vervolgens waste. Bas zat naast me op de bank. “Moet je kijken,” zei ik en hield mijn telefoon voor zijn neus. “Dit is toch briljant?”

Mijn man reageerde: “Ehh.. serieus?”

Hij trok zijn wenkbrauwen op. “Ehh… serieus?” Ik knikte. “Waarom niet? We wassen toch ook wasbare luiers? Dit scheelt zoveel papier.” Bas zuchtte, maar ik zag dat hij al half om was. “En de kinderen dan?” “Die wennen er vanzelf aan,” zei ik stellig. En zo geschiedde. Binnen een week had ik een stapel flanellen doekjes besteld, een apart wasnet opgehangen en een systeem bedacht. De toiletrol verdween. Nou ja, bijna.

Joep keek me aan alsof ik had voorgesteld om in het bos te gaan poepen

De kinderen waren minder enthousiast. Joep keek me aan alsof ik had voorgesteld om in het bos te gaan poepen. “Mama, dat is raar, dit is toch vies” “Stel je niet aan,” zei ik. “We wassen het gewoon.” Stijn vond het wel grappig. “Mag ik mijn eigen kleur?” vroeg hij. Dus ja, ze kregen allemaal hun eigen kleur doekjes. Joep blauw, Stijn groen en Loes roze. Dat hielp.

“Het voelt anders,” mompelde Bas

De eerste dagen was het even wennen. Stijn vond het geen probleem, maar Joep en Loes mopperden. “Ik wil gewoon wc-papier,” riep Joep boos. Maar na een week hoorden we ze er niet meer over. Bas moest er ook even aan wennen. “Het voelt anders,” mompelde hij op dag drie, maar hij gaf toe dat het best te doen was.

Ik voelde me een eco-queen

Na een maand konden we ons niet meer voorstellen dat we ooit zoveel wc-papier hadden gebruikt. Ik had een apart mandje met schone doekjes naast de wc, en een wasnetje in de badkamer waar de gebruikte in gingen. Twee keer per week draaide ik een extra wasje. Geen rondslingerende lege rollen meer. Geen stapels wc-papier meer sjouwen. Ik voelde me een eco-queen.

Bezoek en de ‘nood-toiletrol’

Totdat het eerste bezoek kwam. Mijn moeder was de eerste die verbaasd de wc uitkwam. “Josefien,” begon ze, met een voorzichtig stemmetje. “Ik kan het wc-papier niet vinden.” “Oh, we gebruiken wasbare doekjes,” zei ik vrolijk. Ze keek me aan alsof ik zojuist had gezegd dat we voortaan in de achtertuin zouden leven zonder elektriciteit. “Maar… hoe dan?” Ik wees naar het mandje. “Daar liggen ze. En daar is een wasnet voor de gebruikte.”

“Ik ga hier niet aan beginnen”

Mijn moeder was even stil. Toen schudde ze haar hoofd. “Lieverd, ik hou van je, maar ik ga hier niet aan beginnen.” Sindsdien heb ik een ‘nood-toiletrol’ in huis. Voor bezoekers. De eerste keer dat een vriendin gebruik wilde maken van de wc, had ik niets klaarliggen. Ze kwam met een paniekerig gezicht de gang in. “Josefien… ik denk dat het toiletpapier op is.”

“Ik ga het thuis ook proberen”

Nu ben ik voorbereid. Ik heb één wc-rol, verstopt in de kast, speciaal voor bezoek. En toch… sommige vrienden vinden het maar al te interessant. “Best slim eigenlijk,” mompelde een vriendin terwijl ze de doekjes bekeek. “Ik ga het thuis ook proberen.” Natuurlijk zijn er momenten waarop ik mezelf vervloek. Zoals die keer dat het wasnetje vol zat en ik was vergeten een nieuwe lading te wassen. Of wanneer Loes er eentje in de wc had gegooid, per ongeluk, en Bas met een handschoen stond te vissen.

Niet iedereen is klaar voor ons duurzame toiletavontuur

Maar over het algemeen? Het werkt. Geen bergen toiletpapier meer, minder afval, en de kinderen weten niet beter. Voorlopig blijf ik die ‘nood-toiletrol’ maar in de kast bewaren. Want hoewel wij eraan gewend zijn, is niet iedereen al klaar voor ons duurzame toiletavontuur.

JOSEFIEN

1 gedachte over “Josefien: “Mijn zoon zei: ‘Mama, dit is toch vies’, we maakten een drastisch besluit: nooit meer toiletpapier””

  1. Je wast twee keer per week de met urine en kak besmeurde doekjes. Stinken die ‘wasnetten’ naast de toiletten niet? Met 5 mensen in huis die twee keer per dag toiletteren zit je op tientallen doekjes per wasbeurt… Die spoel je voor? Die was je (hopelijk) op hoge temperatuur. Zoals je wellicht wel merkt: ik ben niet zomaar overtuigd dat dit een prettig idee is… Is een toilet met douchefunctie niet veel comfortabeler?

    Er zal ook wel elders getoiletteerd worden (school, werk, horeca, vrienden en familie). Neem je dan ook je eigen doekje mee heen en terug? Of gebruik je daar wel ‘gewoon’ toiletpapier en zo ja, waarom?

    Beantwoorden

Plaats een reactie