Demi: “Mijn man zei nuchter over onze dochter: ‘Ze hoeft toch geen troost te zoeken bij jou’, alsof dat mij gerust zou stellen”

| ,

Millies schreeuw klonk door het huis

Mijn jongste dochter. Ik schrok. Het geluid sneed door merg en been, en voordat ik kon reageren, hoorde ik al haar voetjes op de trap. Binnen een seconde was ze verdwenen. Richting Adoree, haar zus van 10. Ik stond in de keuken. Mijn handen nog nat van het afwassen. Het was instinct geweest. Oren gespitst. Een moeder hoort naar haar kind te rennen bij een schreeuw als deze. Maar ik wist al hoe dit zou gaan. Millie had mij niet nodig.

Ze wilde haar zus

Ik had dit al zo vaak gezien, maar toch raakte het me. Waarom koos ze altijd voor Adoree? Was dit normaal? Had ik iets verkeerd gedaan? Ik droogde snel mijn handen en liep toch naar boven. Mijn nieuwsgierigheid won. Adorees kamer was half open en ik zag hen daar zitten. Millie had haar armen strak om haar zus heen, haar gezichtje in haar schouder gedrukt. Haar adem ging schokkerig, ze snikte. Adoree aaide haar rug, fluisterde iets wat ik niet kon verstaan. En Millie werd langzaam kalm. Ik voelde een steek van jaloezie. Dat was toch míjn rol?

De vorige keer in het speeltuintje

De meiden speelden regelmatig in de speeltuin bij ons om de hoek. Ik zat daar een paar weken terug op een bankje, mijn ogen op hen gericht, maar met een ontspannen houding. Het was een van die zeldzame momenten waarop ik even kon ademen. Rust. Millie klom voorzichtig naar boven op het klimrek. Ik zag haar handjes de balk vastgrijpen. Ze was 6, maar nog steeds voorzichtig. Thank god. Voorzichtiger dan Adoree vroeger was geweest. “Goed zo liefje!” riep ik nog. Ze keek even naar me, haar gezicht zag trots. Mijn hart smolt. Maar op dat moment gleed haar voet weg. Haar lichaam maakte een korte haper-beweging en voor ik het wist, lag ze beneden. Aih.

Ik sprong overeind en rende naar haar toe

“Oh schatje, ben je oké?” Maar Millie keek niet naar mij. Ze keek naar Adoree. Ze stak haar handen uit. Nog voordat ik haar kon aanraken, duwde ze zich omhoog en wankelde naar haar grote zus. Adoree stond al klaar, met haar armen wijd. Millie liet zich erin vallen en barstte in tranen uit. Ik bleef een paar passen verderop staan, met mijn handen half uitgestoken, machteloos. Adoree wiegde haar heen en weer. “Het is goed Millie. Je bent oké. Ik ben hier.”

Mijn keel voelde gortdroog

Had ik iets gemist? Waarom kwam ze niet naar míj? Het deed me pijn. Stiekem was ik jaloers op Adoree. “Hoe is zij in die rol gekomen?”, vroeg ik me af. Is dit ook gezond voor Adoree? Voor allebei? Voor mij. Ik wist het echt niet meer.

Millie vertoonde dat gedrag ook ’s nachts

Het was laat. Midden in de nacht. Ik sliep licht, zoals elke moeder, en toen ik een zacht gehuil hoorde, was ik direct wakker. Millie. Ik draaide me om, schoof het dekbed van me af en liep snel naar haar kamer. Ik wist het zeker: ze had een nachtmerrie. Dit gebeurde wel vaker. Maar toen ik haar kamer binnenstapte, was het bed leeg.

Ik opende de deur verde

Ik zag een verfrommeld dekbed op de grond. Paniek schoot door me heen. Waar was ze naar toe? Toen hoorde ik het. Zacht gefluister vanuit Adoree’s kamer. Ik wist het. Niet weer he. Ik liep voorzichtig naar de deur en keek naar binnen. Daar, op het bed, lag Millie. Opgekruld tegen haar grote zus, haar hoofd veilig tegen haar borst. Adoree streelde haar haren en fluisterde geruststellende woordjea.

Ik bleef in de deuropening staan, overweldigd door een mengeling van emoties

Opluchting dat ze veilig was. Liefde voor hun band. Maar ook diezelfde pijnlijke steek. Waarom had ze niet naar míj geroepen? Ik ben toch haar moeder? Ik wist niet of dit normaal was. Millie was op zichzelf, dat wist ik. Ze was geen kind dat makkelijk haar gevoelens deelde. Waar Adoree altijd open was, zichzelf vol overgave in mijn armen stortte als ze iets had, was Millie terughoudend. Maar als ze écht verdrietig was, dan zocht ze troost. Bij Adoree. Niet bij mij.

En dat vrat aan me

Had ik iets verkeerd gedaan? Was ik niet warm genoeg geweest? Had ik haar als baby te weinig vastgehouden? Ik probeerde mijn herinneringen terug te halen, maar vond geen moment waarop ik dacht: hier is het misgegaan. Ik had haar altijd getroost. Ik had altijd mijn armen voor haar geopend. Maar ze koos haar zus. Ik had het aan Rich verteld. Mijn man, altijd nuchter, had mijn zorgen weggewuifd. “Ze is gewoon gek op haar zus Demi. Dat is toch iets moois?”

Ik knikte, maar het voelde niet goed

Was het echt zo simpel? Ik wist dat broers en zussen close konden zijn. Ik wist dat sommige kinderen zich meer bij een broer of zus op hun gemak voelden. Maar dit voelde anders. Dit voelde alsof ik iets had gemist.

Het moment waarop echt ik brak

De zusjes waren binnen, bezig met hun eigen dingen. Adoree tekende aan de eettafel, Millie zat met haar knuffel op de bank. Ik besloot het voorzichtig te proberen. Ik ging naast haar zitten en streek een pluk haar uit haar gezicht. “Millie, schatje, wat vind je nou zo fijn aan Adoree?” vroeg ik. Ze keek op. “Gewoon,” zei ze schouderophalend. “Je komt altijd naar haar toe als je verdrietig bent,” zei ik verwijtend. Ik kon er niets aan doen. En ging door…

“Waarom niet naar mama?”

Ik verwachtte geen echt antwoord. Millie was pas 6. Maar wat ze toen zei, brak iets in me. “Omdat Adoree altijd snapt hoe ik me voel,” fluisterde ze. Ik probeerde mijn gezicht in de plooi te houden. “En mama dan?” Ze haalde haar schouders op. “Jij vraagt altijd wat er is.”

Ik wilde het begrijpen

Misschien kon ik iets veranderen. Ik probeerde haar altijd troost te bieden, altijd haar gevoelens serieus te nemen. Maar misschien had ik dat verkeerd aangepakt. Misschien wilde Millie niet praten. Misschien wilde ze gewoon iemand die er gewoon was. Zonder vragen. Zonder verwachtingen. Ik keek naar haar, trok haar zachtjes tegen me aan. Ze bleef even verstijfd zitten. Maar toen ontspande ze. Voor het eerst in lange tijd liet ze zich door mij troosten.

Ik weet nog steeds niet of Millies gedrag helemaal normaal is

Wel weet ik inmiddels dat mijn meisje mij ook nodig heeft. Ze weet het alleen zelf nog niet. Dat komt wel.

DEMI

2 gedachten over “Demi: “Mijn man zei nuchter over onze dochter: ‘Ze hoeft toch geen troost te zoeken bij jou’, alsof dat mij gerust zou stellen””

Plaats een reactie