Jack is bijna jarig
Negen wordt hij. Een echte grote jongen, maar nog zo klein. En hij heeft geen vriendjes. Helemaal niemand. Het doet pijn, maar ik kan er niets aan veranderen. Ik heb al met school gepraat. De juf zag het ook. Hij speelt altijd alleen, loopt alleen naar huis, heeft nooit een speelafspraak. Maar volgens haar leek hij het prima te vinden. ‘Sommige kinderen hebben gewoon minder behoefte aan sociaal contact,’ zei ze.
Ik geloof daar niks van
Jack praat er niet over, maar hij voelt dit natuurlijk wél. Iedereen voelt dat. Je hoeft er niks over te zeggen om te weten dat het pijn doet. Hij ziet ook dat andere kinderen wél vriendjes hebben. Dat ze samen lachen, elkaar uitnodigen voor partijtjes. En hij? Hij krijgt nooit een uitnodiging. Nog nooit heeft hij een kaartje in zijn handen gehad. Hij ziet dat hij overgeslagen wordt. Elke keer weer.
En nu is hij zelf jarig
Hij wil natuurlijk een feestje, wat logisch is. Maar hoe moet dat zonder vrienden? ‘Mama, ik wil een voetbalfeestje,’ zegt hij met een hoopvolle blik. Mijn maag knijpt samen. Voetbal. Natuurlijk. Net als de andere jongens uit zijn klas. Maar die spelen in teams. Die hebben vriendjes. Jack niet.
‘Wie wil je uitnodigen?’ vraag ik voorzichtig
Hij haalt zijn schouders op. ‘Gewoon, jongens uit de klas.’ Er zitten 14 jongens in zijn klas. Iedereen uitnodigen? Dat is niet te doen. Maar random kiezen? Dat voelt nóg erger. Alsof hij lootjes moet trekken om te kijken wie hij erbij mag halen, zonder dat hij echt vrienden heeft.
Ik twijfel
Misschien moet ik toch nog een keer met de juf praten. Of met de moeder van een van die jongens. Misschien, als ik het uitleg… Maar wat kan ik zeggen? ‘Mijn zoon heeft geen vrienden, willen jullie hem alsjeblieft uitnodigen?’ Dat is toch ook niks? ‘Ik ga een lijstje maken,’ zegt Jack ineens en hij rent naar de keuken om een pen te pakken.
Ik slik en kijk hoe hij namen opschrijft
Een paar bekende jongensnamen, jongens die hij vast en zeker aardig vindt. Maar of ze hem ook aardig vinden? Of ze wel willen komen? Mijn hart breekt in stilte. Ik heb hier geen grip op. Frustrerend. Dit wordt geen gewoon kinderfeestje. Dit wordt een test. Een test die Jack misschien niet gaat halen.
![](https://www.kidsenkurken.nl/wp-content/uploads/2025/02/jack-jarig-1024x1024.png)
Maar ik moet het proberen
Voor hem. De dagen daarna ben ik onrustig. Ik app een paar moeders, voorzichtig. ‘Jack geeft een feestje. Hij wil heel graag dat jouw zoon erbij is. Zou hij het leuk vinden?’ Sommige antwoorden snel. ‘Oh, wat leuk! Ik zal het hem vragen.’ Anderen reageren helemaal niet. En ik weet precies waarom.
Jack kijkt me hoopvol aan. ‘Heb je al antwoord?’
‘Ja, schat, een paar moeders gaan het navragen.’ Hij knikt en krabbelt met zijn vinger over het tafelblad. ‘Zullen we ook slingers kopen?’ Ik glimlach. ‘Ja, dat is een goed idee.’ Maar in mijn hoofd schreeuwt een stemmetje: En als er niemand komt? Wat dan? Inmiddels weet ik dat er 3 kinderen zullen komen. Ik twijfel of het feestje wel door moet gaan. 3 kinderen… is dat wel een echt feestje? Of wordt het pijnlijk duidelijk dat Jack nauwelijks vriendjes heeft? Maar hij heeft er zo’n zin in. Dus ik zet mijn twijfels opzij. We gaan er gewoon voor.
De dag van het feestje breekt aan
Jack heeft zijn mooiste voetbalshirt aan. Op de tafel staan cakejes, ballonnen hangen aan de muur. Alles is klaar. “Als er maar geen lastminute afzeggingen zijn”, denk ik. De deurbel gaat. Mijn hart slaat over. Jack sprint ernaartoe. ‘Mama! Ze komen!’ Ik adem diep in en kijk hoe hij de deur opentrekt. 3 jongetjes staan daar. 3. Meer niet.
Maar Jack straalt
Hij geeft ze een high five en rent met ze naar binnen. En ik besef: Misschien is dit genoeg.
BOWI