Jenneke: “Ik wilde echt helemaal niets van mijn baby weten”

| ,

Het was altijd mijn grootste wens: moeder worden. Sinds ik een meisje was, fantaseerde ik over de toekomst, over hoe mijn leven eruit zou zien met een kindje. Ik had geen idee hoe het zou zijn, maar ik wist wel dat het iets was wat ik wilde. En toen kwam het moment dat het eindelijk zover was. Ik was zwanger. Alle verwachtingen die ik had, de dromen die ik had opgebouwd, die werden nu werkelijkheid. Ik was in de wolken.

Ik voelde me leeg, niet meer mezelf

Maar toen Noor eenmaal geboren werd, kwam alles anders. Ik herinner me haar kleine gezichtje, haar handjes die in de lucht zwaaiden toen ze geboren werd. Het was het mooiste moment van mijn leven, of dat dacht ik althans. Maar iets gebeurde in de dagen daarna. Ik voelde me leeg. Het was alsof ik niet meer mezelf was. Het liefst wilde ik de hele dag in bed blijven liggen. Ik keek naar Noor, maar het leek wel alsof ik haar niet echt kon zien, niet echt kon voelen. Het voelde alsof er een muur tussen ons stond.

Elke dag voelde als een worsteling

In plaats van te genieten van die eerste momenten als moeder, was ik geïrriteerd en verdrietig. Elke dag voelde als een worsteling. Ik wist niet wat er met me aan de hand was, maar het voelde alsof ik geen grip meer had op mijn eigen leven. En dat voelde zo verkeerd, want dit zou toch de mooiste tijd van mijn leven moeten zijn? Iedereen om me heen leek zo gelukkig met hun baby, waarom was ik dat dan niet?

Ik wilde niet toegeven dat er iets mis was

De verloskundige kwam de eerste keer op huisbezoek en merkte al snel dat er iets niet klopte. “Hoe voel je je?” vroeg ze, en ik wist niet wat ik moest zeggen. Ik antwoordde vaag dat het wel ging, maar diep van binnen voelde ik me steeds slechter. Ze keek me aan, een blik die ik niet goed kon plaatsen, en vroeg of ik het gevoel had dat ik genoeg steun kreeg. Was ik wel in staat om voor Noor te zorgen? Het leek wel alsof ze me doorzag, maar ik wilde niet toegeven dat er iets mis was. Ik wilde een goede moeder zijn, de moeder die ik altijd had willen zijn.

Ik leek te leven in een andere wereld

Ook de kraamhulp merkte dat er iets niet klopte. Ze vroeg me steeds meer hoe ik me voelde en of ik wel echt van Noor genoot. “Je lijkt zo moe,” zei ze op een gegeven moment. En ik was moe, maar niet alleen fysiek, ook mentaal. Ik voelde me leeg, alsof er geen ruimte was voor liefde. Ik wilde wel voor Noor zorgen, maar het leek wel alsof ik niet meer in staat was om die zorg echt te geven. Noor huilde, en ik had er geen energie voor om haar gerust te stellen. Het voelde als een te grote taak. In plaats van mijn dochter in mijn armen te nemen, bleef ik in bed liggen, zonder echt contact te maken. Ik voelde me schuldig, maar tegelijk leek ik te leven in een andere wereld. Ik begreep mezelf niet.

Dit was niet de moeder die ik wilde zijn

De kraamhulp was degene die uiteindelijk aan de bel trok. Ze had mijn man gesproken en zei dat ze het idee had dat ik misschien een postnatale depressie had. Ik schrok van haar woorden, maar ergens voelde ik ook opluchting. Want eindelijk noemde iemand het bij naam. Dit was niet normaal. Dit was niet de moeder die ik wilde zijn. Dit was niet de moeder die ik had gedroomd te worden. Maar het was wel wat er gebeurde.

Ik zat gevangen in mijn eigen hoofd

De weken gingen voorbij en mijn situatie werd niet beter. De therapieën begonnen, maar in het begin was ik er helemaal niet van overtuigd dat het zou helpen. Elke sessie voelde als een verplichting, iets wat ik moest doen omdat anderen het me hadden opgedragen. Mijn lichaam voelde zwaar, mijn gedachten waren rommelig en chaotisch, en ik kon maar niet door de mist heen kijken die mijn hoofd vulde. Ik was zo ver weg van Noor, zo ver weg van alles. Ik zat gevangen in mijn eigen hoofd.

Het was alsof ik mezelf had opgegeven

De therapeuten vroegen me dingen over mijn jeugd, over mijn relatie met mijn ouders, mijn eigen gevoelens over de zwangerschap, maar ik had het gevoel dat het allemaal niet hielp. Soms voelde ik me gewoon leeg. En in die leegte voelde ik me tegelijkertijd schuldig omdat ik niet van Noor genoot, de kleine die zo afhankelijk van me was, die mijn liefde en zorg nodig had. Maar ik had niks te geven. Het was alsof ik mezelf had opgegeven.

Ik wilde de moeder zijn die ze nodig had, maar ik kon het gewoon niet

Noor groeide, maar ik was niet met haar. Ik was er fysiek, maar mentaal? Niet echt. Ik herinner me dat ik op een gegeven moment mezelf betrapte op het kijken naar haar terwijl ze speelde, en dat ik me realiseerde dat ik haar niet eens echt zag. Ze was mijn dochter, maar ik voelde me zo ver van haar vandaan. Het was zo frustrerend en verwarrend. Ik wilde de moeder zijn die ze nodig had, maar ik kon het gewoon niet. En dat breekbare gevoel werd met de dag zwaarder.

Ik voelde me nog steeds zo verloren

Er waren ook momenten van twijfel. Wanneer zou dit voorbij zijn? Zou ik ooit weer de moeder kunnen zijn die Noor verdiende? Of was ik voor altijd gevangen in deze donkere wolk die boven mijn hoofd hing? De therapeuten gaven me steun, maar ik voelde me nog steeds zo verloren.

Ik begon weer kleine momenten van vreugde te ervaren

Toen Noor ongeveer een jaar oud was, begon ik langzaam te merken dat er kleine veranderingen waren. Het was alsof er een kleine opening in de mist kwam. Ik voelde me niet elke dag gelukkig, maar ik voelde me ook niet meer zo leeg. Noor werd steeds nieuwsgieriger, begon meer te communiceren, en ik begon haar weer echt te zien. Ik voelde me nog steeds vaak moe, maar ik begon weer kleine momenten van vreugde te ervaren, momenten waarop ik echt genoot van haar aanwezigheid. Het voelde als een begin van iets, maar ik wist niet of ik er al was. Het was een langzaam proces, maar het was er.

Langzaam voelde ik de band tussen ons groeien

Therapie was nog steeds nodig, maar ik begon te begrijpen dat het een lang pad was. Geen wondermiddel, maar gewoon stap voor stap, beetje bij beetje, kwam ik dichterbij. En Noor? Noor bleef mijn dochter, die ik zo hard nodig had om weer mezelf te vinden. Ze was er, altijd. En langzaamaan, met alle hulp die ik kreeg, voelde ik de band tussen ons groeien. Het was niet snel, het was niet makkelijk, maar het was echt.

Ik kan nu eindelijk van mijn dochter genieten

Nu is Noor twee jaar oud. Ik kan eindelijk echt van haar genieten. Ik kan haar in mijn armen nemen en haar met volle liefde vasthouden. Ik kan haar zien en begrijpen, echt begrijpen wie ze is, wat ze nodig heeft. En ik? Ik voel me eindelijk weer mezelf. Niet de oude Jenneke, niet de Jenneke die dacht alles perfect te moeten doen, maar de Jenneke die langzaam leerde om te accepteren dat het oké is om hulp te vragen, dat het oké is om niet altijd alles te weten, dat het oké is om niet altijd perfect te zijn.

De donkere wolk is weg

En nu, met Noor twee, voel ik me sterker. De donkere wolk is weg. En hoewel ik nog steeds elke dag leer, weet ik nu dat ik het aankan. Dat ik in staat ben om mijn dochter alles te geven wat ze nodig heeft. Niet perfect, maar op mijn eigen manier. En dat voelt goed.

Herken jij je in mijn verhaal? Weet dat het weer beter kan worden, met de juiste hulp. Hoe moeilijk het ook is om deze toe te laten.

JENNEKE

4 gedachten over “Jenneke: “Ik wilde echt helemaal niets van mijn baby weten””

  1. Ik had geen depressie maar ik weet wel nog dat het bij de geboorte (die snel ging) minder “emotioneel” voor me was dan ik had verwacht, het was eerder gek..En toen hij de 1e paar dagen bij ons was heb ik wel eens gedag: “o mijn god, dit wordt nu mijn leven, nooit meer zonder hem..O shit…” soort angst ofzo…Maar gelukkig was (en is) de liefde er wel volop, lijkt me ontzettend zwaar voor een moeder, zo’n Postnatale depressie. Sterkte ermee, gelukkig gaat het beter nu!

    Beantwoorden
  2. als er Oxytocine toegediend is rond de bevalling kunnen de gevolgen/effecten lijken op een postnatale depressie.
    lees het boekje Oxytocine, knuffelhormoon met kartelrand.

    Beantwoorden
  3. hoi
    ik heb het zelfde mee gemaakt na maanden wisten ze dat ik een postnatale depressie had en heb het bij de tweede ook gehad dat was ook veel erger dan de eerste
    maar goed dat je hulp heb want het gaat echt niet van zelf over dat heeft echt maanden nodig

    Beantwoorden

Plaats een reactie