Puck: “Onze baby is te klein en zwak om een natuurlijke bevalling te overleven””

| ,

Dit is een follow-up op de vorige blog van Puck:

Puck: De arts zei met 23 weken zwangerschap, “Jij gaat het ziekenhuis niet meer zwanger verlaten”

Het is inmiddels precies een week geleden dat Frum en ik zijn opgenomen. En mijn vriend eigenlijk ook, want hij slaapt hier zo vaak als het kan en is verder de hele dag bij mij. Alles is ineens anders. We waren net begonnen met de kinderkamer, hadden de eerste kleertjes besteld en knuffeltjes gekocht. Ik las me in op bevallen in bad en ademhalingstechnieken. En nu liggen we ineens in het ziekenhuis en voeren we heftige gesprekken met de kinderarts, gynaecoloog en maatschappelijk werker.

Wij hopen dat ons zoontje straks sterk genoeg is voor de NICU

We krijgen een rondleiding over de NICU, de intensive care voor pasgeboren baby’s. Een afdeling waarvan je normaal wenst dat je kindje er niet komt, maar wij nu hopen dat ons zoontje er straks überhaupt sterk genoeg voor is.

Minder dan 1% kans en uitgerekend wij vallen hieronder

“De kans dat zwangerschapsvergiftiging zo vroeg in de zwangerschap voorkomt is minder dan 1 procent”, vertelt de gynaecoloog. Minder dan 1 procent. Ik word er verdrietig en boos van. Waarom zijn wij degenen die deze 1 procent pakken? Na drie jaar ICSI en alle shit die daarbij komt kijken. Ik probeer redenen te vinden, seintjes die ik heb gemist en manieren waarop ik het had kunnen voorkomen. Maar er is volgens de artsen niks dat ik anders had kunnen doen. Een foutje in de aanleg van de placenta. Daar verander je niks aan.

“We moeten ons afvragen hoe ziek we je laten worden”

“Je lab is redelijk stabiel, maar we zien wel elke dag achteruitgang en er moet steeds meer medicatie bij voor je bloeddruk”, is vanmorgen de boodschap van de gynaecoloog. “We moeten ons daarom afvragen wat de grens is van hoe ziek we je laten worden.” Het is een vreemde boodschap, want ik voel me op zich oké. Pas tijdens de wandeling door de gang van het ziekenhuis, het Uitje van de Dag, merk ik dat mijn lichaam moe is. Halverwege ben ik buiten adem en branden mijn kuiten, waar ik veel vocht vasthoud. De rolstoel blijkt niet voor niets meegenomen.

De echte zorgen beginnen pas na de bevalling

In de avond beginnen we met longrijping voor onze lieve Frum. De 48 uur die volgen krijg ik vier keer een shotje via het infuus. Daarna is Frum 2 weken optimaal beschermd. We hopen met heel ons hart dat hij langer blijft zitten, maar weten dat de realiteit anders kan zijn. En dat de échte zorgen pas na de bevalling beginnen.

“We dachten dat het een kwestie van dagen zou zijn”

Een week later zit Frum nog steeds in mijn buik. Tot grote verbazing van de artsen. Toen ik binnenkwam verwachtten ze dat het een kwestie van dagen zou zijn. Maar we houden het nog steeds samen vol, Frum en ik. Ik ben dankbaar voor elke dag dat ik langer zwanger ben.

Niet alleen overleven, maar ook een kans op een normaal leven

Inmiddels is dat “al” 25 weken en 5 dagen. Mijn vriend en ik durven nergens op te hopen, maar het is nu onze grote wens om de 26 weken te halen met Frum. Dat is volgens de artsen een omslagpunt in zijn kansen. Niet alleen om het te overleven, maar ook om er redelijk uit te komen. Een kans op een “normaal” leven. En dat is waar ik me het meest zorgen over maak. De zwangerschap is op deze manier ellendig, maar wat erna komt is nog veel spannender.

Frum is te klein en zwak om een natuurlijke bevalling te overleven

We weten inmiddels dat ik hoe dan ook via een keizersnede moet bevallen. Frum is te klein en zwak om een natuurlijke bevalling te overleven. Het verdrietige daaraan vind ik dat Frum als hij is geboren direct met een kinderarts mee gaat naar een andere kamer. Mijn vriend mag gelukkig met hem mee, terwijl ik nog ruim een half uur wordt dichtgenaaid.

Het kan zomaar zijn dat ik Frum urenlang niet zie na zijn geboorte

Als alles goed genoeg is met Frum, komt de couveuse even langs mij, anders gaat hij direct naar de NICU en kan ik hem pas echt zien als ik voldoende ben bijgekomen van de keizersnede. Het kan dus zomaar zijn dat ik onze Frum niet zie tot een paar uur na zijn geboorte. Hem vasthouden zit er al helemaal niet in, aangezien hij gelijk in een couveuse moet. We hopen dat buidelen er ergens de eerste dagen wel in zit, maar daar durft niemand iets over te beloven.

Mijn hart breekt elke keer als ik eraan denk

Ik probeer er niet te veel aan te denken, omdat mijn hart elke keer dat ik het wel doe een beetje breekt. Ik wil niets liever dan ons zoontje vasthouden, kusjes geven en vertellen hoe trots ik op hem ben. Hij laat nu al zien hoe sterk hij is en hoe graag hij wil leven. Gelukkig mag mijn vriend wel al die tijd bij hem zijn en kan hij dit ook aan hem vertellen.

“Ik ga er niet omheen draaien, je bent héél ziek”

Een paar dagen later zit ik er echt doorheen. “Ik associeer een katheter gewoon met mensen die echt héél ziek zijn”, zeg ik tegen mijn vriend. “Ja, Puck. Ik ga er niet omheen draaien, je bent ook héél ziek. Daarom doen we dit.” Zwangerschapsvergiftiging is heel grillig, dat zeiden de artsen vanaf het begin. Maar tot nu viel het me eigenlijk best mee.

Ik voel me niet héél ziek

Mijn bloeduitslagen zijn redelijk stabiel en mijn nieren blijven ongeveer evenveel eiwitten lekken. Ik voel me ook niet héél ziek. Niet super fit – een stukje wandelen van de afdeling naar buiten is genoeg – maar ik kan tenminste mijn bed nog uit om een stukje te lopen. Ik heb geen koorts of gebroken botten en natuurlijk voel ik me de ene dag beter dan de andere, maar alles wat ik als ‘ziek’ zie, ben ik niet per se.

‘Wat een goede dag’, daar dachten de artsen anders over

Gisteren begon ook prima. Mijn vriend en ik liepen ons dagelijkse rondje. Ik kon kletsen en lopen zonder buiten adem te raken en we zeiden tegen elkaar: wat fijn dat vandaag weer een goede dag is. Daar dachten de artsen anders over. Elke druppel die ik drink wordt gemonitord, net als elke druppel die er weer uitkomt. Daardoor zagen de artsen al een tijdje dat ik elke dag ongeveer een liter meer vocht vasthoud dan ik uit plas. Dat merk ik zelf natuurlijk ook wel. Mijn voeten, onderbenen en gezicht zijn opgezet van het vocht.

Daar lig je dan met een zak plas aan je bed

Maar het is natuurlijk niet de bedoeling en gisteren was op plasgebied blijkbaar een dieptepunt. Dus aan het begin van de avond kwam ineens de katheter om de hoek kijken. En sindsdien zit ik er mentaal doorheen. Deels omdat het heel confronterend voelt: je bent echt ziek en dit is weer een stapje dichter bij het einde van de zwangerschap. Deels omdat ik het een fysiek ongemakkelijk en gênant ding vind. Lig je dan met een zak plas aan je bed. Maar tegelijkertijd ben ik na 2,5 week ziekenhuis mentaal even op. Elke dag probeer ik positief te blijven en hoop te houden, maar ik weet ook dat het letterlijk elk moment kan omslaan.

Elk uur dat Frum langer blijft zitten telt

In een uur tijd kan ik van prima in orde naar een keizersnede gaan en dat idee is doodeng. Maar we hebben de 26 weken gehaald (26+2 vandaag) en daar houd ik me maar even aan vast. Elk uur dat Frum langer blijft zitten telt.

Wordt vervolgd..

PUCK

Wil jij ook niets missen van deze verhalen en artikelen?! Klik HIER om Kids&Kurken op Instagram te volgen

Laat je email achter via de roze button onderaan deze blog, dan krijg je een bericht zodra er een nieuw deel van deze reeks wordt geplaatst!

Plaats een reactie