Er zijn kraamweken die je altijd bijblijven
Soms zijn het de mooie momenten die je raken, maar er zijn ook kraamweken die je nooit meer loslaten vanwege de intensiteit en de heftigheid ervan. Eén van die weken, misschien wel de heftigste die ik ooit heb meegemaakt, was bij Viola en Willem. Ze hadden hun eerste kindje gekregen, een meisje genaamd Jenoa. Maar vanaf het begin voelde ik dat er iets niet klopte.
De eerste ochtend dat ik aankwam, werd ik welkom geheten door Willem
Hij was al aangekleed en klaar om naar zijn werk te gaan. Ik keek even verbaasd, want ik had verwacht dat hij thuis zou blijven om Viola te helpen. Maar hij vertelde dat hij direct weer moest werken, omdat hij het zich niet kon permitteren om langer vrij te nemen. Ik knikte, maar voelde de onrust toenemen. Ik vond het echt heftig voor Viola. Dit was haar eerste kraamweek en die kon behoorlijk intens zijn, vooral voor een moeder die net bevallen was.
Viola lag nog in bed toen ik haar begroette
Ze glimlachte, maar het was een vermoeide glimlach, eentje die niet haar ogen bereikte. Ik vroeg hoe ze zich voelde, en ze haalde haar schouders op. “Moe,” zei ze zacht. Ze vertelde me dat Jenoa veel huilde en dat ze haar ritme niet kon vinden. Ik probeerde haar gerust te stellen, zei dat het normaal was en dat ze het rustig aan moest doen. Maar ik voelde dat mijn woorden niet echt doordrongen. Het was alsof er een waas over haar heen hing. Ze leek een soort van zombie. Er niet bij.
In de dagen die volgden, zag ik Viola steeds verder afglijden
Ze at weinig, at amper, en haar ogen hadden een lege blik. Ik probeerde haar te ondersteunen, deed mijn best om haar aan te moedigen en te helpen met de verzorging van Jenoa. Maar ik zag hoe zwaar ze het had. Ze had moeite met het vasthouden van haar dochter en was steeds bang dat ze iets verkeerd deed. Soms bleef ze minutenlang naar haar eigen handen kijken, alsof ze niet begreep wat ze ermee moest doen. Ik vond het heel vreemd gedrag. Ze staarde wel vaker naar willekeurige dingen. Ik voelde ook geen blijdschap bij haar.
Ik merkte dat Viola steeds stiller werd en zich nog verder terugtrok
Op de 4e dag vertelde ze me dat ze het gevoel had dat ze een slechte moeder was. Ze dacht dat ze niets goed deed. Ze verontschuldigde zich voor haar tranen, maar ik zag dat de wanhoop in haar ogen steeds sterker werd. Ik maakte me zorgen. Dit waren niet zomaar kraamtranen, dit ging verder. Veel verder. Ze vond niets leuk om te doen, zuchtte veel. Ze vond het vaak fijner als ik de dingen met Jenoa deed.
Toen Willem thuiskwam, probeerde ik met hem te praten over Viola’s toestand
Maar hij haalde zijn schouders op en zei dat het wel weer zou overgaan. “Ze moet gewoon wennen,” zei hij. Hij leek de ernst van de situatie niet in te zien, en ik wist niet hoe ik hem kon overtuigen. Ik probeerde hem uit te leggen dat Viola meer hulp nodig had, maar hij leek alleen maar vermoeid en afwezig. Ik voelde de verwijding tussen hen groeien. Ik kon het zien aan hoe Viola naar hem keek, met een blik die half smeekte om aandacht en half boos was.
Viola’s moeder kwam af en toe langs, maar ook dat leek weinig te doen
Ze vertelde haar dochter dat ze sterk moest zijn en dat het moederschap nu eenmaal moeilijk was. Het leek Viola alleen maar verder te laten afglijden, alsof ze bevestiging kreeg van wat ze al dacht: dat ze faalde. In alles.
Het was de tiende dag van mijn kraamzorg
De situatie leek niet te verbeteren. Viola lag in bed, haar gezicht bleek en haar ogen gesloten. Jenoa huilde, maar Viola reageerde nauwelijks. Ik pakte Jenoa op en probeerde haar te troosten. Terwijl ik dat deed, hoorde ik Viola fluisteren dat ze het niet meer aankon. “Ik ben zo moe,” zei ze. Ik wist dat dit niet goed was. Niemand zag dat ze een ernstige postpartum depressie had. Zelfs ik had de stuatie niet goed ingeschat. Dat het zo erg met Viola ging, had ik ook niet door. Blijkbaar maakte haar hoofd overuren en deelde ze haar echte gedachten nauwelijks. Da
Die middag, terwijl ik Jenoa in haar wieg legde en beneden een flesje klaarmaakte, hoorde ik plotseling een harde klap van boven komen
Ik schrok me rot. Ik liet het flesje staan en rende naar boven, de trap op, terwijl mijn gedachten door mijn hoofd tolden. “Als dit maar goedkomt,” dacht ik. Toen ik de deur van de badkamer opendeed, zag ik Viola op de vloer liggen. Haar polsen waren bebloed en de wastafel lag vol met spullen die ze had omgegooid.
Dit was niet goed, dit was helemaal mis
Ik knielde naast haar neer, mijn handen trilden terwijl ik de handdoek van de wastafel pakte en hem stevig om haar polsen wikkelde om de bloedstroom te stoppen. “Blijf bij me, Viola,” zei ik, maar ik wist niet of ze me hoorde. Ze lag stil, haar ogen half gesloten. Ik moest snel handelen.
Met één hand hield ik de druk op haar polsen en met de andere hand greep ik mijn telefoon
Ik belde 112, mijn stem trilde terwijl ik de situatie uitlegde. Ik schreeuwde. De minuten leken uren te duren terwijl ik naast Viola bleef zitten, de handdoek steeds steviger om haar polsen klemmend. Ik voelde de angst door mijn hele lijf, maar ik wist dat ik kalm moest blijven. Dit was een situatie waarin ik mijn hoofd erbij moest houden.
Toen de ambulance eindelijk arriveerde, namen het ambulancepersoneel het over
Ze brachten Viola met spoed naar het ziekenhuis. Ik bleef achter in een stil huis met Jenoa. Zij lag nog steeds in haar wiegje. Ik voelde de tranen over mijn wangen rollen. Ik belde Willem op om alles te vertellen. Hij schrok zich rot en stotterde dar hij naar het ziekenhuis ging. Ik wiegde vervolgens Jenoa, maar mijn gedachten waren bij Viola. Ik hoopte met alles wat ik in me had dat ze het zou redden.
De artsen deden hun best om Viola te stabiliseren
Gelukkig lukte dat. Dit was zo ver van hoe een kraamweek zou moeten zijn. We zouden eigenlijk juist nieuw leven moeten vieren. De dagen waren moeilijk. Viola bleef in het ziekenhuis, en Willem en ik zorgden samen voor Jenoa. Hij was stil en teruggetrokken. Hij zei dat hij zich schuldig voelde. Dat hij haar niet al gelijk alleen had moeten laten met Jenoa. En daar had hij zeker gelijk in. Maar hij was niet de oorzaak van dit alles. Ik probeerde hem daarin gerust te stellen. Dit was een hele ingewikkelde situatie. Waarschijnlijk speelde dit al langer bij Viola. Ze had veel hulp nodig, om hier uit te komen.
Op mijn laatste dag nam ik afscheid van dit gezin
Ik hoopte dat Viola de hulp zou krijgen die ze nodig had, dat ze haar weg terug zou vinden uit deze donkere plek. Ik wil iedereen meegeven dat het belangrijk is om op te letten op de signalen die iemand afgeeft, hoe klein of groot ze ook lijken.
Denk je aan zelfdoding? 113 is er voor je. Je kunt met hun geheel anoniem bellen of chatten.
STELLE