Cleo: “Anderen zien ons als het perfecte gezin, maar dat zijn we bij lange na niet”

| ,

Ik kijk naar Dean, mijn man, die tegenover me aan tafel zit met zijn laptop open

Hij is bezig met werk, zoals altijd, maar ik let eigenlijk niet op wat hij doet. Het is alsof ik naar een vreemde kijk. Een man die ik ooit liefhad, die ik ooit alles vertelde. Maar die tijd is voorbij. We praten nog wel, over koetjes en kalfjes, de kinderen, wat er op het werk speelt. Maar verder… er is niets meer. Geen warmte, geen aantrekkingskracht. En het gekke is, ik weet dat hij hetzelfde voelt.

We zijn als broer en zus geworden

Tenminste, dat is wat hij zelf heeft gezegd. Ik weet nog dat ik even moest slikken toen hij dat voor het eerst hardop uitsprak, maar ergens voelde ik opluchting. Het was eruit. Het was gezegd. En toch, geen haar op mijn hoofd die eraan denkt om weg te gaan. Ik kan het niet. Niet omdat ik nog iets voel voor hem, maar om alles wat erbij komt kijken. Scheiden? Het woord alleen al zorgt voor een knoop in mijn maag. In mijn familie, onze vriendenkring, overal hangt er een taboe over. Scheidingen zijn als een soort mislukking. Het moment dat je toegeeft dat je het niet hebt gered. En ik? Ik kan die stempel niet dragen. Ik heb het van te dichtbij gezien.

De scheiding van mijn zus

Een ramp. Alles leek zo vredig, maar toen ze vertelde dat ze uit elkaar gingen, was de schok in onze familie groot. Onze ouders waren ontroostbaar, alsof de wereld verging. Het was wekenlang drama. Iedereen had er een mening over. “Ze heeft niet hard genoeg geprobeerd.” “Je gaat toch niet zomaar uit elkaar?” Die zinnen herhaalden zich in mijn hoofd. En ik zag hoe mijn zus veranderde. Hoe haar vrolijke, luchtige karakter langzaam wegkwijnde door het oordeel van anderen. Iedereen kiest ook 1 team: van moeder of vader. Vreselijk.

Dus nee, ik stap niet uit dit huwelijk

Ik kan dat mijn kinderen niet aandoen. Ella is 6, en Caz nog maar 4. Ik kan niet de moeder zijn die hun veilige thuis uit elkaar rukt. Dean en ik hebben het erover gehad, meer dan eens. Hij stelde het zelfs voor: laten we als broer en zus doorgaan, als een team voor de kinderen. Totdat ze volwassen zijn. Totdat ze hun eigen leven hebben opgebouwd, zonder dat wij hun wereld hebben verwoest.

Het klinkt logisch

En toch, elke keer dat ik zijn voet voel tegen de mijne in bed, voel ik een klein gevoel van ongemak. Het voelt verkeerd, onnatuurlijk. Maar het alternatief is nog veel erger. Dus lig ik daar maar, in het donker, met mijn ogen dicht en mijn gedachten op volle toeren. “Wat als?” spookt er vaak door mijn hoofd. Wat als ik de stap wél durfde zetten? Maar dan denk ik weer aan mijn zus, aan de kinderen, en ik duw die gedachten weg.

’s Ochtends is het altijd hetzelfde

Dean staat op, zet koffie, ik maak de lunchpakketjes voor Ella en Caz. We bewegen ons door het huis alsof we in een soort choreografie zitten, alles soepel en zonder moeite. Soms delen we een glimlach, een snelle kus op de wang, zoals een stel dat al jaren samen is. En dat zijn we ook. Maar het voelt leeg. Het is een act. Een soort toneelstuk dat we opvoeren, niet voor elkaar, maar voor de kinderen. Want zij mogen nooit doorhebben wat er werkelijk speelt. Dat het vuur gedoofd is.

Ella merkt niets

Ze is een dromer, altijd in haar eigen wereld. Ze is druk bezig met school, haar vriendinnen. Ik kijk naar haar en zie het kind dat ik wil beschermen tegen alles. Tegen deze harde realiteit, tegen het verdriet dat kan komen als we besluiten de waarheid te vertellen. En Caz? Die is nog te jong om iets te begrijpen. Hij komt nog elke ochtend met zijn dekentje naar beneden, kruipt tussen ons op de bank en kijkt zijn tekenfilms. Voor hem zijn we één familie, één team, zoals Dean dat noemt. En daar klampen we ons aan vast.

Op school zijn er al meerdere stellen gescheiden

Bij het ophalen hoor ik vaak de moeders fluisteren. “Weet je het al van Saskia? Ze zijn uit elkaar.” Of: “Het gaat niet goed met die twee.” Alsof het een vorm van vermaak is. Popcorn erbij. Ik doe net alsof ik het niet hoor, maar diep vanbinnen ben ik bang dat ze ooit over ons zullen praten. Over Cleo en Dean, het stel dat het niet gered heeft. En dus houden we de schijn op. Want ik kan niet de volgende zijn over wie gefluisterd wordt op het schoolplein.

Dean en ik hebben niet veel woorden nodig

We begrijpen elkaar zonder te praten. Het is een soort onuitgesproken overeenkomst. We doen het voor de kinderen. En ik denk dat hij dat ook echt gelooft. Maar soms zie ik hem kijken, die blik in zijn ogen, alsof hij ook wel weet dat dit een spel is dat we niet eeuwig kunnen volhouden. Maar hij zegt niets. Hij houdt zich aan zijn plan. Broer en zus. Een team. We eten samen, we lachen samen, we doen alles wat een normaal gezin ook doet. En toch hangt er altijd dat gevoel in de lucht, alsof er iets ontbreekt. Het is een stilte, overal en altijd aanwezig.

Na het eten zitten Dean en ik vaak op de bank, voor de tv

Hij met zijn laptop, ik met mijn boek. Het is geen slechte situatie, denk ik dan soms. We hebben alles op orde. De kinderen zijn gelukkig, we hebben een fijn huis, geen ruzies, geen drama. Wat wil ik nog meer? Maar dan komt die leegte weer omhoog borrelen. Het gevoel dat dit niet is hoe het hoort. Dat we elkaar iets voorliegen. Ik mis het vuurwerk. Maar ik slik het weg, zoals altijd. Ik denk dat anderen ons ‘het perfecte stel’ vinden. Serieus. Niemand heeft door dat we een platonische relatie hebben. We hebben geen diepe gesprekken en nauwelijks seks.

“Hoe lang houden we dit vol?” vraag ik me soms af

Misschien nog jaren. Misschien tot de kinderen groot zijn, zoals we afgesproken hebben. Maar wat gebeurt er dan? Wat blijft er dan nog over van ons? Misschien maakt het dan niet meer uit. Misschien zijn we tegen die tijd allang vergeten hoe het voelt om echt verliefd te zijn. Misschien worden we gewoon de mensen die we nu al lijken te zijn: huisgenoten, ouders van Ella en Caz, maar verder niets. We zitten vast in een systeem dat we zelf hebben opgebouwd, een systeem dat we met al onze macht in stand willen houden. Niet voor onszelf, maar voor onze kinderen. Omdat we weten hoe verwoestend een scheiding kan zijn. Omdat we beiden hebben gezien wat het met families doet. We willen dat onze kinderen nooit door die storm hoeven te gaan.

Dus blijven we doorgaan, dag na dag, alsof er niets aan de hand is.

CLEO

Plaats een reactie