Grian zit in de crisisopvang: “Mijn pleegkind was 16”

| ,

Grian is pleegouder, ook in crisisopvang en schrijft regelmatig voor Kids en Kurken. Lees HIER haar eerdere blogs.

Ik kende haar al van een eerdere crisisopvang

Het is een zaterdag, en één van mijn vroegere pleegdochters is op bezoek met haar kinderen. Deze lieverd kwam bij me toen ze net zwanger bleek te zijn, 16 jaar oud. Ik kende haar al van een eerdere crisisopvang waar we een hele fijne klik hadden en er contact bleef, dus toen ze weer kwam was er al een basis. Het was intensief en aftasten, er waren zoveel vragen, maar er was al een band. Ik ging mee naar de eerste echo, dat was zo speciaal en ontroerend. Zo’n levend wezentje op een scherm, van een meisje dat zo in mijn hart zat. Tegelijk was het spannend en onzeker. Ze was net zo oud als een van mijn dochters, maar haar leven zag er totaal anders uit…

Gelukkig was haar vriend betrokken en ze besloot er samen met haar vriend voor te gaan

Dit kindje mocht in alle rust groeien. Ze verhuisde enige tijd later dan ook naar een plek in de buurt van zijn familie. Direct na de bevalling belde ze me op, zo mooi. Dat vertrouwen krijgen, raakt me steeds weer. Helaas wonen ze echt ver weg, dus we zien elkaar weinig, maar hebben contact via app en filmpjes. Het gaat zo goed met haar, en met hen als gezinnetje. Wauw. Het is dan ook een feestje om haar zomaar op een zaterdag weer heel even bij me thuis te hebben. Haar kinderen zijn mee en ik geniet er intens van om ze zo onbezorgd en blij te zien spelen. Gezonde, gehechte kinderen die de wereld ontdekken. Haar jongste kindje scheelt een maand met mijn crisispeutertje. Ik zie ze naast elkaar staan, en de verschillen zijn ronduit schokkend, en intens schrijnend. Waar de één huppelt en kwebbelt, kan de andere eigenlijk nauwelijks spelen, en praat alleen maar om aan te geven wat ze wil of niet wil. De één lijkt zorgeloos, de ander gespannen en vooral bezig met zichzelf, en controle. Oh wat maakt het toch uit waar je wieg staat, in wat voor omgeving je wordt geboren en welke mensen om je heen staan.

Hoe gezond de situatie is, bepaalt voor een groot deel je start

En je start heeft veel invloed op de rest van je leven. Mijn crisispeutertje had niet het geluk van een gezonde start in een veilige leefomgeving. Ze had daardoor in haar korte leventje al geleerd om zich aan te passen en voor zichzelf te zorgen. Haar houvast was eten, ‘zelfdoen’ en niemand nodig hebben, want dan word je ook niet gekwetst of teleurgesteld. Ze lette constant op en wilde controle houden. Lopen kon ze, maar daar was alles wel mee gezegd. Het ging houterig, zo gesloten. Eten gaf houvast, rust, zekerheid. Voortdurend leeft ze gespannen. 

Al zijn er vele verschillende manieren waarmee een kind kan omgaan met de situatie

Zo had ik een tijd geleden ook zo’n dreumes in huis, maar hij kwam juist volledig ondervoed en letterlijk verslaafd aan borstvoeding mijn huis in. Het enige wat dat kind accepteerde was een koekje. Geen drinken, geen eten, behalve dus af en toe dat koekje. Slapen ging zeer slecht. Hij was veel te alert. Het is dagenlang heel spannend en intensief geweest om uit het ziekenhuis te blijven, en om rust in het lijfje te krijgen. Het leek zo’n halfdood vogeltje. Zitten was zelfs te zwaar. Uiteindelijk wilde het kleintje toch wat eten en langzaam aan begon hij in de weken daarna steeds beter te eten. Je zag hem groeien, de wereld ging open en hij durfde steeds ietsje meer. Datzelfde kind zwaaide ik 8 maanden later weer uit. Stralend en huppelend vertrok hij en het gaat uitstekend met hem. Hij lust alles, drinkt meer dan ooit en praat je de oren van het hoofd.

Soms zijn er ook kindjes die juist veel slapen bij teveel stress

Dan is dat hun coping. Ik had een meisje van 11 maanden die misschien drie keer een uur of 2 uurtjes wakker was – per dag. Dat ging langzaam beter, totdat zich weer een stressmoment voordeed, dan sliep ze weer uren. Op een dag werd ik gebeld voor een kindje van 2 weken oud. Hij lag nog in het ziekenhuis. Dat kindje paste maatje 40. Hij was zo klein. Dat wikkel je dus meteen in doeken en hang je in de draagdoek aan je lijf, zodat eten en slapen het enige is waar het dan energie aan hoeft te geven, zonder prikkels, meewiegend op het ritme van mijn hartslag, waar de moeder op dat moment niet kon zijn. Daar ga je dan voor, met alle liefde die je je maar kan voorstellen, je wordt de leeuwin voor zo’n kwetsbaar mensje, zo’n wezentje dat niet eens kan leven zonder de zorg van een moeder. Het is heel emotioneel om die rol even over te nemen, en de reden is uiteraard altijd hartverscheurend. 

Kinderen die te klein en te licht zijn, dat zie ik vaker

Een baby van 7 maanden kan 6 kilo wegen en maatje 56 passen, maar ik heb ook wel voor een baby van 7 maanden gezorgd die bij aankomst nauwelijks in de maxi cosi paste, maat 86 droeg en zo’n 12 kilo woog. Zij kon alleen maar liggen. Vier maanden later vertrok ze weer, bijna lopend, de deur uit. Beiden kwamen uit een onveilige omgeving vol stress, beiden waren meer bezig met overleven dan met ontwikkelen. Zet deze kindjes naast leeftijdsgenootjes uit een stabiele thuissituatie, en dan zie je wat stress doet bij kleintjes en zeker ook bij oudere kinderen. Spanning heeft invloed op het mentale systeem, maar zeker ook op het fysieke vlak. Het ene kind eet bij spanning, het andere kind weigert eten (het zijn net mensen), het ene kind is hyperalert en het andere kind in zichzelf gekeerd, merkt de buitenwereld niet op. Beiden zijn bezig met overleven, kennen niet de veiligheid van zorg en aanwezigheid van vertrouwde volwassen, die het leeftijdsgenootje juist als basis nodig heeft.

Deze kinderen leven onder hoogspanning, en ik mag degene zijn die hen helpt reguleren

Ik mag hen liefhebben zolang nodig is. Dat doet wat met je, en tegelijk is het het zo waard als je weer licht in de oogjes ziet terugkomen. Waar je wieg staat maakt het verschil. En wat ik alle kinderen gun, is dat hun wiegjes gezien worden. Dat wij naar elkaar omzien en de kinderen met de wiegjes op een beschadigende plek een kans krijgen, zoals ook de kindjes van mijn pleegdochter een hoopvolle toekomst tegemoet kunnen gaan. Dat we om elkaar heen staan en elkaars voorbeeld zijn, elkaar ondersteunen en bemoedigen. Gewoon omdat het kan. Waarom moeilijk doen als het samen kan, zegt Loesje. Nou, dat. Samen onderweg. Want kinderen zijn de toekomst.

GRIAN

Plaats een reactie