Liesa: “We stapten het kamertje binnen, waar ons leven zou veranderen”

| ,

Al in de kraamweek had ik een onbestemd gevoel

Op 2 december in de ochtend begonnen de weeën. Ik zei tegen Maikel dat hij het bad op moest gaan zetten. Ik voelde aan alles dat het allemaal vrij snel zou gaan. Sowieso was mijn intuïtie deze zwangerschap heel sterk aanwezig. Bodhi kwam onderwater ter wereld na een droombevalling. Al in de kraamweek voelde ik een onbestemd gevoel. Het benauwde me. Ik had het gevoel dat Bodhi niet lang bij ons zou zijn, maar tegelijkertijd lag er een gezonde baby in mijn armen, dus wat moet je dan met dat gevoel? Ik deelde mijn gevoel en gedachte met Maikel. Geen leuk gesprek natuurlijk, maar ik moest het kwijt. We besloten het aan te kijken, zo lang het met Bodhi goed leek te gaan, was het goed. Na de bevalling kreeg ik helaas een postpartum depressie. Een hele heftige periode waarin ik niet de mama kon zijn die ik zo graag had willen zijn. Bodhi ontwikkelde zich goed. Met vlagen kwam dat onstuimige gevoel weer, maar wat kon ik er mee? Tijdens de depressie raakte ik steeds verder verwijderd van mijn gevoel en intuïtie. Ik was steeds minder bezig met het gevoel dat ik in de kraamweek had. De weg naar herstel duurde lang en was pittig, maar ik kwam er wel.

Ik kreeg vage klachten

In het najaar van 2018 kreeg ik vage klachten: heftige pijn net onder en achter mijn middenrif. Tot twee keer toe was de pijn zo ondraaglijk, dat ik opgenomen ben in het ziekenhuis. De pijn zat echt op één punt en ik hoorde steeds het woord tumor in mijn hoofd. Ik zei tegen Maikel dat ik dacht dat ik een tumor had. In het ziekenhuis konden ze niet veel met mijn “gevoel”, maar de pijn was er en er werd gezocht naar een oorzaak. Een echo, CT-scan, bloedafnames, gynaecologisch onderzoek, alles kwam langs. Zonder resultaat. Maar, ik wist het zeker. “Ik ben toch niet gek? Mijn lijf geeft toch niet voor niks zulke heftige signalen?”, dacht ik. Een beetje teleurgesteld in mijn lijf, ging ik naar huis.

Bodhi kreeg koorts en werd hangerig

In het weekend van 21 oktober 2018, precies een dag nadat ik thuis kwam uit mijn tweede ziekenhuisopname, voelde Bodhi (toen 1 jaar oud) zich niet lekker. “Het zoveelste virusje dat hij op pikt”, dachten wij nog. Ons ventje bleef lachen, dus prima, “virusjes meepakken hoort nou eenmaal bij kind zijn”, zeiden wij. Nu achteraf wordt duidelijk dat zijn lijf al langere tijd enorm hard aan het werk was. Dat weekend had Bodhi ‘s avonds hoge koorts. Deze koorts kwam en ging weer. Hij werd hangerig, wilde alleen bij ons zitten en huilde als je hem probeerde neer te zetten. Omdat wij zagen dat Bodhi pijn had en vaak niet meer zelf wilde zitten of lopen, zijn we op dinsdag naar de huisarts gegaan. De arts heeft Bodhi helemaal nagekeken en constateerde een fikse oorontsteking. Iets wat me verbaasde aangezien Bodhi helemaal niet naar zijn oor greep of daar last van leek te hebben. Ik gaf aan dat ik dacht dat de pijnklachten uit zijn buik, borst of rug kwamen, maar goed, de ontsteking zat er nu eenmaal en die gingen we eerst behandelen. Vanwege de terugkomende koorts werd gedacht aan een bacteriële oorontsteking en daarom kreeg Bodhi een antibioticakuur. 

Onze zorgen groeiden, dus we stapten weer naar de huisarts

De pijnklachten bleven, maar gingen op en af. Wij konden onze vinger er niet op leggen. De ene dag was hij vrolijk, sprong en rende hij er op los en deed hij gek gek. De volgende dag lukte het hem niet goed om te lopen of speelgoed van de grond te pakken. Bodhi was nog maar één jaar en kon nog niet praten of duidelijk maken wat er precies aan de hand was. Bij ons groeiden de zorgen. Nog twee huisartsbezoekjes volgden. Op het eerste oog leek er niks aan de hand, en de huisarts mocht Bodhi helemaal onderzoeken zonder dat hij pijn liet zien. “Ja, zo lijkt het wel koek en ei”, dacht ik. De huisarts gaf aan dat we even konden afwachten. “Wie weet is het nog een restverschijnsel van een mogelijke griep”, opperde zij. De huisarts vroeg echter wel of we filmpjes wilden maken van de momenten dat hij pijnklachten had. We zouden dan na het weekend terugkomen.

Na het zien van de beelden, deed de huisarts een spoedaanvraag

Dat betreffende weekend had Bodhi slechte dagen. Hij liet veel pijn zien en op zaterdagochtend kon hij alleen nog maar liggen. Die middag rende hij wel weer door het bos en dolde. “He? Hoe dan?”, vroeg ik me verbaasd af. Met genoeg beeldmateriaal op zak stapte ik maandagochtend standvastig naar de huisarts voor een doorverwijzing naar de kinderarts. De huisarts zag de noodzaak en maakte er een spoedaanvraag van. We konden de volgende dag al terecht.

Bij de kinderarts

Op dinsdag 6 november zagen wij de kinderarts in het St. Anna Ziekenhuis. Bodhi had een goede dag en hing de clown uit. Daardoor werden zijn klachten niet gezien. De arts mocht alles doen en overal op drukken. Bodhi gaf geen kik en vond het erg gezellig. De kinderarts gaf aan dat we met hem naar de fysiotherapeut in het ziekenhuis konden gaan, om te kijken of er iets in zijn houding of spierspanning niet goed zat. Nadat we nogmaals onze (ernstige) zorgen uitspraken, kregen we ook een doorverwijzing om bloed te laten prikken. Dat hebben we direct gedaan. Bij vertrek bij de kinderarts in opleiding vroeg mijn man of het ook kanker kon zijn. “Nee, nee, dat is het niet, dat is in elk geval niet waarschijnlijk, en mocht er iets afwijkend in het bloedbeeld te zien zijn, dan gaan we verder onderzoeken.” Twee dagen later kregen we te horen dat in zijn bloedbeeld niks afwijkend te zien was.

De fysiotherapeut sprak ook haar zorgen uit

Op donderdag 8 november ging ik met Bodhi naar de fysiotherapeut in het ziekenhuis. Bodhi was “gelukkig” op dat moment niet op zijn best. Hij had moeite met goed te lopen, traplopen en speelgoed oppakken van de grond. Ook liet hij verkramping zien met het neerzetten van zijn benen. Soms zei hij: “Au, au, au.” De fysio bekeek dit alles, terwijl Bodhi alleen in zijn luier rond liep. Zijn scheve rug, die met de dag schever leek te staan, viel direct op. De fysiotherapeut sprak haar zorgen uit. Ze gaf aan dat dit niet haar vakgebied was en Bodhi gezien moest worden door een orthopeed. Ook adviseerde ze de kinderarts om beeldmateriaal te laten maken, zoals een röntgenfoto. Bodhi en ik vertrokken uit het ziekenhuis

Nog geen uur later moesten we ons melden op de SEH

De kinderarts had gebeld en gevraagd of we direct terug wilde komen. Ze had begrepen van de fysiotherapeut dat Bodhi erg veel pijn had en wilde hier direct op doorpakken. “Fijn! We worden gehoord. Er wordt verder gekeken!”, dacht ik. Eenmaal op de spoed werden er röntgenfoto’s gemaakt. We kregen ondertussen nogmaals te horen dat Bodhi’s bloedbeeld goed was (wat voor nog meer vraagtekens zorgde) en ook de röntgenfoto’s liet (op een lichte scoliose na) niets geks zien. Na een hele middag wachten, kwam de orthopeed er bij. Nadat ze Bodhi twee minuten vanuit de deuropening gadesloeg en zag dat hij zijn speeltje niet van de grond op kon pakken, gaf ze aan dat er direct een MRI-scan nodig is. Deze is met spoed aangevraagd in het Maxima Medisch Centrum Veldhoven. Bodhi was nog maar één jaar oud en moest onder narcose voor de MRI. Deze specialistische zorg en apparatuur was niet in het Anna Ziekenhuis aanwezig.

De MRI-scan

We meldden ons op de afgesproken tijd op de kinderafdeling. Bodhi moest aan het infuus voor het toedienen van het contrastvloeistof voor de scan en de sedatie. Gezien het drama met twee keer bloedprikken de week er voor, hebben we er voor gekozen Bodhi een rustgevende neusspray te geven voor het prikken van het infuus. De MRI duurde ongeveer een uur. Na dit uur namen wij Bodhi weer mee terug naar de afdeling. Hij was al aan het wakker worden en direct erg boos. Driekwartier lang heeft Bodhi gegild, geschopt en geslagen. Ons arme ventje was compleet de weg kwijt en met geen mogelijkheid rustig te krijgen. Hij brak de tent af. We voelden ons zo machteloos.

We stonden op een keerpunt in ons leven

Toen Bodhi wat rustiger werd, kwam de verpleegkundige ons halen. De uitslag was er al en ze vroeg of we meeliepen naar de arts. Maikel stelde nog voor dat ik wel even alleen kon gaan, aangezien hij net rustig met Bodhi zat. De artsen hadden ons eerder verteld dat ze dachten aan een ontsteking van de tussenwervelschijven. Aangezien er geen andere verklaring kon zijn (dachten wij) stelde Maikel voor bij Bodhi te blijven. De verpleegkundige gaf echter aan dat we beter samen konden gaan. Bodhi mocht mee. Door de pittige situatie met een woeste Bodhi stond geen van ons er bij stil dat we de uitslag eigenlijk pas over een paar dagen in het St. Anna zouden krijgen in plaats van hier. We hadden niet door, dat het eigenlijk vreemd was, dat we direct de uitslag kregen. We liepen de gang door, zwijgend, en voor we het kamertje binnen stapten stopten we even. Ik zei tegen Maikel dat ik het spannend vond om naar binnen te gaan. Iets in mij voelde dat we op een keerpunt stonden. Maikel zei: “Wat het ook is, wij kunnen dit aan.”

Toen stapten we het kamertje binnen.
Het kamertje waar ons leven zou veranderen.

Lees HIER het vervolg

LIESA

Plaats een reactie