Verloskundige Lisa: “Marjolein was blij met de knip”

| ,

De nachtdienst-warmte van ons verloshok komt me tegemoet zodra ik de deur opentrek

Ik laat mijn blik vallen op het overzichtsscherm dat aan de muur hangt en zie voor de meeste namen een blauw bolletje staan, dat betekent dat ze zijn bevallen. Ik zie twee rode bolletjes, oftewel dames die actief aan het bevallen zijn en een stuk of wat oranje bolletjes: dames die liggen te primen. Zij worden voorbereid om ingeleid te worden met tabletjes met hormonen of met een ballonkatheter. Aan de andere muur van ons verloshok hangen grote flatscreens waar alle CTG’s (hartfilmpjes) op draaien. Ik tel er een stuk of acht, maar ze laten allemaal keurige patronen zien, zo op het eerste oog niets dat afwijkt. Ik hoor de overdracht van mijn collega’s aan en schrijf zo nu en dan wat extra informatie over de patiënten op mijn overdrachtspapiertje. We zijn vandaag met één extra persoon. Een nieuwe arts-assistent, Marissa, wordt ingewerkt. Zij komt uit een ander ziekenhuis en moet haar weg nog een beetje vinden in onze grote kliniek. Ze loopt met de arts-assistent van dienst mee. Samen met hen en mijn collega-verloskundige verdelen we alle patiënten op de afdeling.

Ik krijg onder andere mevrouw Kremers toebedeeld

Zij is zwanger van haar eerste kindje en werd begin van de nacht overgedragen in verband met een niet vorderende ontsluiting bij 4 centimeter. Gisterochtend waren haar contracties begonnen en mevrouw Kremers had zichzelf toen eigenlijk al in partu (‘aan het bevallen’) verklaard. Ze had de hele dag regelmatige weeën gehad, maar leken de weeën pas begin van de avond krachtig genoeg, toen ging de ontsluiting ook voor het eerst een beetje vooruit. In de avond was ze afgepeigerd en baalde ze van de weinige hoeveelheid ontsluiting, terwijl ze voor haar gevoel al bergen had verzet. Ze is naar het ziekenhuis gekomen om te kijken of we de bevalling konden bespoedigen en ze wilde ergens ook wel graag iets tegen de pijn. Zoals ik in haar bevalplan lees was dit alles wat ze niet wilde. Ze wilde thuis bevallen, zonder medicatie, zonder pijnstilling, in bad, geen knip en eigenlijk überhaupt geen dingen die niet nodig zijn. In dat laatste kan ik inkomen, geen dingen dingen die niet nodig zijn. En de andere wensen zijn ook mooi, maar bij een eerste kindje zijn de kansen daarop helaas niet zo groot. Meer dan 80% van de vrouwen die hun eerste kindje krijgen, bevalt uiteindelijk in het ziekenhuis.

Ze heeft een ruggenprik gekregen en daarna weeënopwekkers, daarmee ontsloot ze heel vlot naar 8 centimeter

Dat was bijna twee uurtjes geleden, dus inmiddels is het tijd om weer eens te beoordelen. Ik loop naar kamer 18, waar mevrouw Kremers ligt. Ik open de deur en merk dat alles in rust is. De gordijnen zitten dicht, door het licht van de monitor van het CTG kan ik de contouren van het bed onderscheiden. Voorzichtig loop ik verder om te kijken of ze slapen of wakker zijn. Twee donkere ogen kijken me vriendelijk aan en door een ‘Hoi,’ begrijp ik dat er niet wordt geslapen. Ik geef haar een hand en ze stelt zich voor als Marjolein. Ze vindt het goed als ik een klein lampje aan doe. Marjolein heeft lang donker haar wat ze in een keurige knot op haar hoofd heeft gebonden. Haar make-up zit nog perfect na een hele nacht doorhalen en ze heeft een speciaal strak beval-shirt gekozen met knoopjes die de borstvoeding straks gemakkelijker maakt. Naast Marjolein ligt haar partner op de slaapbank. Hij werd blijkbaar wakker van het licht en veerde direct op nadat hij mijn stem hoorde. Hij haalt een hand door zijn donkerblonde haar waardoor het gelijk in model zit. Het is een mooie man om te zien. Hij is lang, slank en ziet eruit alsof hij veel van de wereld gezien heeft. Hij steekt zijn hand naar me uit die ik beantwoord. ‘Thomas, ben ik. Welkom.’

Ik kijk naar het hartfilmpje en zie dat de basislijn een beetje is gaan stijgen

Hij tikt de 160 slagen per minuut aan en wordt wat minder variabel. Ook zijn er tijdens de weeën dalingen van de hartslag te zien. Ik benoem wat ik zie aan Thomas en Marjolein en ik zie gelijk een beetje angst in hun ogen. Ik probeer ze gerust te stellen en aan te geven dat kindjes heel wat kunnen hebben. Ik vertel ook dat ik graag inwendig onderzoek wil doen om de progressie te bepalen om daarna te kijken of we inderdaad een interventie moeten gaan doen. Marjolein en Thomas hebben zich duidelijk goed ingelezen en vragen of het kindje nu in nood is. Ik leg uit dat ik dat niet verwacht, maar dat ik dat niet met 100 procent zekerheid kan zeggen. Ik leg vast een en ander uit over een bloedonderzoek bij de baby (MBO) en dat de kans bestaat dat ik dat moet gaan doen.

Marjolein begint te huilen en verontschuldigt zich vervolgens direct

‘Sorry hoor’, zegt ze.
‘Geeft niets, het is ook veel allemaal,’ zeg ik. ‘Je hebt de hele nacht amper geslapen, je gaat een kindje krijgen en je wilt graag het beste voor jullie allebei. Dat snap ik heel goed.’
Marjolein slaat haar ogen op en kijkt me aan.
‘Ik had het gewoon allemaal zo anders bedacht’, zegt ze door haar tranen heen.
Ik glimlach geruststellend en knik. ‘Zo’n vermoeden had ik al nadat ik jouw bevalplan had gelezen’, zeg ik.
‘Het gaat allemaal helemaal niet hoe ik van te voren wilde. Ik wilde graag thuis maar dat is mislukt, ik wilde geen pijnstilling en dat is mislukt en ik wilde al helemaal geen oxytocine en dat is ook mislukt. Zul je zien dat ik nog een knip krijg ook!’, zegt ze.
‘Je doet het hartstikke goed lieverd’, zegt Thomas geruststellend. Hij draagt een wijd roze shirt met een opdruk van één of ander duur merk. Daaronder draagt hij een lichtgrijze trainingsbroek en sokken die matchen bij zijn shirt.
De tranen bij Marjolein blijven komen. Ik kijk ondertussen met een schuin oog naar het CTG en ben gelijk bang voor nog meer teleurstellingen bij Marjolein. Het kan maar zo zijn dat die knip er ook nog eens aan zit te komen. Ik baal er ook een beetje van, voor haar. Dat ze teleurstelling op teleurstelling krijgt, terwijl dit een vrij normaal beloop is voor een eerste kindje.
‘Het is inderdaad anders gelopen tot nu toe dan wat je plan was’, zeg ik. ‘Maar ik heb tal van bevallingen zoals die van jou gezien. Je bent niet de enige die terug moet komen op de plannen in het bevalplan. En geloof me, dit is hoe het vaak gaat. De vrouwen die thuis in bad met kaarslicht van hun eerste kindje bevallen zijn maar zeer beperkt.’

Marjolein kijkt me een beetje verbaasd aan

Ik vertel haar de cijfers over het aantal thuisbevallingen onder vrouwen die hun eerste kindje krijgen en ook het percentage pijnstilling onder barenden.
‘Ik wist dat helemaal niet’, zegt Marjolein
‘Dat weten inderdaad de meeste vrouwen niet en is dus helemaal niet gek’, zeg ik meelevend.
Ik vind het oprecht jammer dat vrouwen een bepaalde verwachting hebben die helemaal niet te verwezenlijken is. Het is zo jammer dat zij niet al in de zwangerschap hebben gehoord dat die thuisbevalling prachtig is en vooral moet blijven bestaan, maar dat dat vaak kan nadat je van je eerste ‘goed’ bevallen bent. Zonder keizersnede, teveel bloedverlies of andere narigheid. Natuurlijk zijn er ook de lucky few die van hun eerste thuis bevallen, maar geloof me, dat aantal is echt een stuk lager.
‘Op basis van welke informatie heb jij je bevalplan opgesteld?’, vraag ik Marjolein oprecht geïnteresseerd.
‘Ik heb best wat op Instagram gelezen’, zegt ze.
‘De insta-perfect-baring’, zeg ik met een knipoog.
Marjolein grinnikt: ‘Zoiets ja.’
‘Maar meid, je gaat hartstikke lekker. Je had de ontspanning nodig van die ruggenprik, wat oxytocine om je weeën te versterken en nu had je een paar uurtjes geleden al 8 centimeter. Het wordt geen Insta-perfect, maar wel een Isala-perfect baring.’
Ze moet lachen. De lucht is geklaard.
‘Komt echt goed Marjolein, je gaat er een hele bijzondere ervaring aan overhouden, maar bovenal een prachtkind’, ik probeer haar wat moed in te praten, want ik zie ook dat de baby het steeds minder naar zijn zin krijgt.
‘Ik hoop het’, zegt ze.

Nadat ik Thomas en Marjolein heb verteld dat ik het CTG slechter vind worden en graag wil checken of de ontsluiting wel vooruit gaat stemmen ze in

Marjolein laat zich onderzoeken en ze blijkt al 10 centimeter te hebben. Marjolein voelt nog maar weinig door de ruggenprik en dus heeft ze nog niet het gevoel dat ze kan persen. Het hoofdje van de baby staat wel diep genoeg en ik denk dat we niet veel langer moeten gaan wachten, omdat het CTG die ruimte niet geeft. ‘Normaal gesproken zou ik nu een uurtje afwachten om te kijken of jouw lijf persdrang gaat krijgen door de ruggenprik heen’, zeg ik tegen Marjolein. ‘Alleen gezien het CTG kunnen we dat uur niet meer wachten. Althans, dat verwacht ik niet. Ik wil dus gelijk starten met persen om ervoor te zorgen dat de baby zo snel mogelijk geboren wordt.’
‘Oke’, zegt Thomas. ‘Dus het gaat nu echt gebeuren?’ Hij kijkt met enthousiaste grote ogen afgewisseld naar mij en Marjolein. Hij buigt vervolgens voorover en kust Marjolein. Ze houdt hem vast. ‘Ik vind het spannend’, hoor ik haar fluisteren.
‘Ik ook lieverd, ik ook. Maar het komt goed, echt!’ Zijn enthousiasme lijkt iets over te slaan. Marjolein kijkt me strijdlustig aan. ‘Wat moet ik doen?’

Ik geef haar uitleg en bel vervolgens verpleegkundige Joanne

Terwijl Marjolein de eerste paar weeën probeert te persen, zie ik dat er meer en diepere deceleraties op het CTG ontstaan. Dit zijn dalingen van de hartslag. Ze zijn tijdens de wee, maar het duurt lang voordat het hartritme weer op de basislijn terugkomt. Zodra Joanne binnenstapt, vertel ik haar dat ik eerst even met de arts-assistent van vandaag moet overleggen. Joanne knikt, ze ziet gelijk waar Marjolein is in de baring en helpt haar met het persen. Ik ga achter het gordijn staan en open met mijn badge de computer aan de muur. Ik klik op het CTG in het archief in mijn computer en kan zo wat verder in de tijd terug-scrollen. Ik zie dat de laatste twee uur het CTG echt aan het verslechteren is, daarvoor was het nog normaal. Mijn voorstel zou zijn om een MBO te gaan doen. Dat is een micro-bloedonderzoek waarbij ik met een klein krasje op het hoofd een druppeltje bloed van de baby probeer op te vangen die ik ga onderzoeken om te kijken of het kindje nog genoeg zuurstof heeft. Geen fijn onderzoek, maar wel belangrijk om te weten of we nog ruimte hebben om op deze manier door te gaan met de bevalling of dat de bevalling beëindigd moet worden met een vacuüm of zelfs keizersnede, omdat de baby het niet leuk meer heeft. Ik kom naast Thomas en Marjolein staan en leg alles nog een keer goed uit over het MBO en de noodzaak ervan. Ik vertel ook dat het alternatief als we het niet doen is dat we het gewoon niet zeker weten of dat de gynaecoloog in opleiding nu een vacuüm moet gaan doen. Ze stemmen in met het MBO. Ondertussen heeft Marjolein de smaak te pakken gekregen met het persen en perst ze iedere wee op volle kracht mee. Veel andere houdingen dan op haar rug lukt voor nu nog niet echt doordat het gevoel in haar benen heel matig is.

Een kleine 10 minuutjes later sta ik met bloed bij het onderzoeksapparaat

Ik vind de twee minuten aftel-tijd die het apparaat nodig heeft altijd veel te lang duren. Het onderzoek ging gelukkig vrij vlotjes maar echt prettig was het voor Marjolein niet. De pijn begon weer een beetje terug te komen en maakt het persen pittig. Toch lijkt er vordering in te zitten, wat wel heel belangrijk is in deze fase.
Het apparaat piept en ik gris het bonnetje met de uitslag uit de printer. Een zuurgraad van 7,20. Net de grens dus. Alles hieronder betekent dat de baby er direct uit moet. En alles rondom deze waarde betekent: over een half uurtje herhalen. Na dit halve uur kan de waarde alleen maar gezakt zijn tenzij het CTG verbetert. Iets dat ik overigens niet verwacht. Wet hebben dus nog maximaal een half uur en dan moet de baby geboren worden.

Ik loop naar kamer 18 en vertel Marjolein en Thomas het plan

Ze kijken beiden verschrikt, maar ik leg uit dat we echt nog ruimte hebben. Marjolein perst bij de volgende weeën onwijs goed mee en ik zie dat het hoofdje van de baby steeds dieper komt. Na ongeveer een twintig minuten persen staat het hoofdje bijna op de bekkenbodem. Dit gaat ze niet redden binnen dat halve uur ben ik bang. Het CTG wordt ook niet beter en ik krijg het idee dat de baby flink aan het inleveren is. Ik heb een knip nodig om de baby geboren te laten worden. Iets dat Marjolein eigenlijk echt niet wilde. Bij een insta-perfect bevalling in bad, zet je geen knip. Bij een CTG met verdenking foetale nood helaas wel. Ik leg het uit en geef aan dat ik echt denk dat dit de beste keuze is. Zowel Marjolein als Thomas zeggen volmondig ja na mijn uitleg. ‘Komt goed, Marjolein’, probeer ik haar nog gerust te stellen. ‘Beter dan dit kan jij het op dit moment niet doen, ik ga je enkel een klein handje helpen.’

Ik verdoof het perineum en leg de schaar vast klaar

‘Joanne, wil jij voor de zekerheid de kinderarts op de kamer bellen?’
Het grote voordeel van in het ziekenhuis werken, is dat je op voorhand al hulp kunt inschakelen voor extra handjes. Joanne knikt en pakt haar telefoon. Ik kijk naar Marjolein en Thomas en vertel dat ik bij de volgende wee een knip ga zetten. Marjolein knikt, zweetdruppeltjes parelen op haar voorhoofd en ze perst alsof haar leven er vanaf hangt. Als de wee voorbij is, staat Joanne aan de andere kant van het bed al klaar met warme doeken voor het afdrogen. Ik breng mijn vingers in tussen het hoofdje van de baby en het perineum om goed te kunnen voelen waar ik moet knippen. Ik breng de schaar in. Marjolein merkt door haar ruggenprik nog maar weinig van wat er daar beneden allemaal gebeurt. ‘Daar komt ie’, zegt Marjolein en ze pakt haar benen. Op het moment dat ze begint te persen zet ik een knip terwijl ik Marjolein hard aanmoedig. Ik hoor altijd terug van partners dat ze het geluid van knippen zo akelig vinden, ik probeer er daardoor altijd doorheen te praten.

De knip is gezet en na nog een keertje persen volgt het hoofdje van de baby

Ik pak het kindje aan en geeft het vervolgens aan Marjolein die haar handen al tussen haar benen klaar houdt om haar kindje van mij over te nemen. Ik voel dat het kindje slap is. Marjolein legt het kindje op haar buik.
‘Gaat het wel goed?’, vraagt Marjolein verschrikt als ze de baby niet hoort huilen. Thomas maakt zich lang en doet zijn handen in zijn nek. Hij kijkt van mij naar Joanne naar Marjolein en naar zijn kindje. Tranen wellen op in zijn ogen.
‘We gaan haar een beetje stimuleren om te gaan ademhalen’, zeg ik terwijl Joanne al bezig is om de baby een beetje te prikkelen. Na ongeveer twee minuten die wel tien minuten lijken te duren, begint het kleintje zachtjes te huilen. Thomas en Marjolein beginnen te lachen, het ijs is gebroken. Het klein meisje begint steeds harder te huilen en haar huid begint mooi roze te verkleuren.

Om 09.17u werd daar vroeg in de morgen Aimée geboren van 3240 gram

Ze heeft een matige start met een apgar-score van 6/8/10, maar vertoont na een uurtje geen enkel teken meer van het feit dat ze het wat moeilijk heeft gehad dat laatste uurtje. Ik heb nog navelstrengbloed afgenomen om het zuurstofgehalte in haar bloed nog een keer te bepalen. Die waarde was 7,15, een waarde die past bij het CTG en de start van Aimée. Marjolein en Thomas kijken achteraf goed terug op de bevalling ondanks dat het pittig, en op het laatst zelfs spannend was. Ze hebben het gevoel gehad dat ze werden meegenomen met de beslissingen en dat ze gehoord zijn. Marjolein gaf zelfs nog aan dat ze blij was met de knip, omdat ze zelf ook het gevoel had dat Aimée eruit moest.

Die knip is zo gek nog niet en ik durf wel te zeggen dat hij bij Marjolein een opname op de kinderafdeling voor Aimée voorkomen heeft.

VERLOSKUNDIGE LISA

Plaats een reactie