Wil jij ook niets missen van deze verhalen en artikelen?! Klik HIER om Kids&Kurken op Instagram en HIER om ons op Facebook te volgen
Lees eerst deel 1: Ik had geen postnatale maar een perinatale depressie
De opname zou 2 weken duren
Later die middag meldden wij ons voor de opname op de MPU (medisch psychiatrische unit). Hier hadden wij een opname gesprek waarin de doelen en afspraken besproken werden. De opname zou in principe twee weken duren. Uiteindelijk ben ik anderhalve week in opname gebleven. Ik deed hierin wat er van mij verwacht werd: ik volgde het dagprogramma, nam deel aan therapieën en activiteiten en ontving hiernaast dagelijks bezoek van mijn lieve, steunende netwerk. Ook werd de antidepressiva nog verder opgehoogd, omdat ik geen verschil merkte met de vorige ophoging.
Een sterk gevoel van falen
Tijdens de opname bleef ik mij ellendig voelen. Hierdoor voelde ik een enorme drang om tot een oplossing te komen, iets wat de depressie weg zal nemen. Hiernaast bleef het gevoel van falen sterk aanwezig. Ook had ik vaak de gedachte: “Hoe kan ik ooit voor een kind zorgen, als ik niet eens in staat ben om voor mijzelf te zorgen?”. Tijdens mijn slechtste dagen dacht ik zelfs vaak dat het beter zou zijn als ik de volgende ochtend niet meer wakker zou worden.
Ik kon er niets aan doen
Ik voerde in deze anderhalve week prettige, maar ook pittige, gesprekken met de verpleegkundigen, en kwam zodoende tot enkele conclusies. De depressie was niet mijn schuld, en ik faalde niet als mens of als moeder. De depressie had namelijk een duidelijke oorzaak waar ik zelf immers niets aan kon doen. Hiernaast kwam ik ook tot de conclusie dat ik niet in staat ben om de depressie weg te nemen, hoe graag ik ook zou willen. Dit bracht rust: het voelde nu meer als een kwestie van ondergaan in plaats van er constant tegen te moeten vechten. Ook brachten de gesprekken mij het inzicht dat ik op dat moment deed wat ik kon. Namelijk het hebben van structuur in de dag, het zoeken/vinden van zingeving en afleiding en het nemen van voldoende rust. Wel kon ik maar moeilijk aarden op de afdeling, en mistte ik thuis en onze honden vreselijk.
De scherpste randen verdwenen
Na een week mocht ik een middag met verlof naar huis. Terugkeer naar de afdeling na verlof viel mij zwaar, en zette mij aan het denken. Ik merkte (net als mijn man) dat ik mij weer iets meer mijzelf begon te voelen en dat er in mijn hoofd ruimte ontstond voor andere dingen dan enkel de depressie. Het lukte mij om de strategieën die ik jaren eerder leerde tijdens therapie weer toe te passen. Na anderhalve week waren de scherpste randen van de depressie verdwenen door de opbouw van de medicatie. Dit maakte dat ik in overleg en met een goed plan terugkeerde naar huis, opname leek niet langer noodzaak.
Ik bleef veel afspraken houden met de hulpverlening
De daaropvolgende weken hadden wij veel afspraken met de hulpverlening. Wekelijks gingen wij naar de POP-poli waar gesproken werd over hoe het ging. Ook mochten wij hier iedere week weer onze baby bewonderen op een echo. Dit zorgde ervoor dat ik steeds meer tot de realisatie kwam dat ik écht zwanger was en naarmate de tijd vorderde kon ik van de echo’s genieten. Het gevoel vanuit mij richting de zwangerschap veranderde. Ik zag de zwangerschap steeds minder als oorzaak van mijn depressie. Op deze manier ontstond er ruimte voor positieve gevoelens tegenover de zwangerschap zoals blijdschap en geluk. De ambulant verpleegkundige vanuit de POP poli kwam geregeld bij ons thuis en werkte met ons aan een preventieplan. Ook zag ik tweewekelijks de psychiater, en werd vanuit daar de farmacotherapie voortgezet. Hiernaast had ik ook nog de gebruikelijke afspraken bij onze eigen verloskundige.
Ik vond mijn interesse en humor terug
Naarmate de weken vorderden voelde ik mij mentaal steeds wat beter. De depressieve gevoelens namen af en ook lukte het mij weer om zelf keuzes te maken, vond ik mijn interesses en humor terug en bleven de negatieve gedachten zelfs uit. Er zijn twee dingen die mij erg zijn bijgebleven door de afgelopen periode. Dat is dat ik vind dat ik in mijn handen mag knijpen met het lieve en steunende netwerk om mij heen, met name mijn man. Maar daarentegen ook dat ik de realisatie heb opgedaan dat ik mij nooit meer zo wil voelen als dat ik mij de afgelopen periode heb gevoeld.
Niet voor iedereen is zwanger zijn een roze wolk
Persoonlijk vind ik het jammer dat zwangerschap over het algemeen vanuit de maatschappij voornamelijk vanaf de positieve kant wordt belicht. Bijvoorbeeld als een fantastische, mooie en bijzondere periode, ook wel de bekende grote roze wolk. Dit terwijl dit voor veel meer vrouwen, om wat voor een reden dan ook, vaak niet zo vanzelfsprekend is of zelfs helemaal niet het geval is. Helaas lees je hier weinig over, tenzij je er echt naar opzoek gaat. Zwangerschap is nou eenmaal niet voor iedere vrouw even leuk, of zelfs helemaal niet leuk, ook al is de zwangerschap nog zo gewenst. Ik zou al deze vrouwen graag mee willen geven dat het niet erg is als jij jouw zwangerschap niet ervaart of hebt ervaren als de bekende roze wolk. De wolk mag ook grijs of zelfs pikzwart zijn.
Mijn draagkracht is nog laag
Inmiddels ben ik 27 weken zwanger van een gezond meisje en durf ik ook te zeggen dat ik door de farmacotherapie momenteel mentaal stabiel ben. Wel ben ik nog steeds herstellende van de depressie. Mijn draagkracht is relatief laag, wat maakt dat er snel een gebrek aan energie ontstaat en de herstelbehoefte hiervan groter is. Ook ligt somberheid op de loer bij overvraging van mijzelf. Hier dien ik op dagelijkse basis rekening mee te houden om te voorkomen dat de stijgende lijn weer gaat dalen.
Het blijft onzeker maar een preventieplan ligt klaar
Omdat de situatie nu stabiel is, is de intensiteit van de hulpverlening verlaagd. Momenteel ben ik aan het re-integreren, voel ik mij weer mijzelf, ben ik gelukkig en kan ik zelfs op mijn manier genieten van de zwangerschap samen met mijn man. Wel is en blijft het onzeker of mijn mentale gesteldheid stabiel zal blijven gedurende de rest van de zwangerschap en is het een vraag hoe ik mij zal voelen na de bevalling van onze dochter. Hierom blijft de hulpverlening nauw betrokken, ligt er een preventieplan klaar en kan er snel ingegrepen worden indien nodig. De angst om mij weer slecht te gaan voelen is wel degelijk ergens aanwezig, echter ben ik graag realistisch, en brengt het mij en mijn omgeving niets om veel met deze onzekerheid bezig te zijn. Zo gaan wij op onze manier genieten van de rest deze zwangerschap en dromen wij nog even verder over de komst van onze nu al zo geliefde dochter.
LENTHE
Wil jij ook niets missen van deze verhalen en artikelen?! Klik HIER om Kids&Kurken op Instagram en HIER om ons op Facebook te volgen