Annelieke woont met haar gezin in Finland en schrijft over verschillende onderwerpen omtrent het ouderschap daar.
Deel 1: Bevallen en de kraamtijd, dat gaat heel anders in Finland
Deel 3: Tweetalig opvoeden, het is een uitdaging
Ik zou het iedereen kunnen aanraden om in Finland te wonen, lees hieronder waarom:
1. Lekker lang thuis
In Finland hebben ouders langer verlof dan in Nederland. En niet zo’n beetje ook. Je mag 30-50 dagen voor je uitgerekende datum met verlof. De meeste zwangeren kiezen voor 30 dagen, omdat je dan meer dagen over hebt voor na de geboorte. Nadat het kindje is geboren, heeft de ouder die bevallen is 200 dagen verlof en de andere ouder 160 dagen. Beide ouders mogen, als ze willen, 63 van hun dagen aan de ander doneren. Hierna is het nog mogelijk om (deels) thuis te blijven tot je kind drie jaar wordt. Je krijgt dan een soort van uitkering, maar dit is geen vetpot. De meeste ouders kiezen ervoor om hun kinderen een jaar thuis te houden.
2. Kinderopvang kost geen drol
Oké, je moet natuurlijk wel wat betalen, maar niet veel. Hoeveel je betaalt is inkomensafhankelijk. Je hoeft niets voor te schieten. Het enige wat je hoeft te doen is doorgeven naar welk kinderdagverblijf je kinderen gaan en hoeveel je verdient. Een paar weken later ontvang je een brief met daarin hoeveel het kinderdagverblijf kost en hoeveel je daarvoor gaat betalen. Ter referentie, onze kinderen gaan beide, fulltime naar een kinderdagverblijf. We betalen €340,- per maand voor de kinderen samen.
3. Kindgerichte maatschappij
Bij gebrek aan een monarchie zijn kinderen in Finland koning. Er is een scala aan hulp en ondersteuning voor gezinnen met kinderen. In veel gevallen is dit aan te vragen via Neuvola (consultatiebureau) en volledig gratis. In winkelcentra heb je toiletten en verschoonruimtes op elke verdieping. Dus geen gedoe met opklapverschoontafels en smalle hokjes waar je de kinderwagen niet in kwijt kan. Deze verschoonruimtes zijn altijd unisex, dus vaders hoeven hun baby’s niet op de grond of op hun schoot te verschonen in de heren-wc. Deze verschoonruimtes hebben vaak ook een potje of zelfs een klein toiletpotje.
In de Helsinkiregio reis je gratis met het openbaar vervoer als je een kind in een buggy of kinderwagen bij je hebt. En ja, er zijn mensen die daar misbruik van maken en hun zesjarige in een kinderwagen proppen, maar zulke mensen heb je altijd. Het is vooral heel fijn wanneer je met verlof bent en minder inkomsten hebt, maar je wilt in het jaar dat je thuis bent toch wel eens de deur uit. En de deur uit kan je. Naar het open kinderdagverblijf, waar je kind met anderen kan spelen terwijl jij koffie drinkt. Of naar de muziekles, georganiseerd door de kerk of het bibliotheek. Of naar de babygym, naar de babymassage, peuteryoga, etcetera etcetera etcetera.
4. Buitenspelen kan altijd
Hoewel niet alle ouders even graag naar buiten gaan, is het voor kinderen belangrijk om veel buiten te spelen. En dat doen we in Finland. Weer of geen weer, kinderen spelen twee à drie uur per dag buiten. Er bestaan hier overalls, mutsen, schoenen en handschoenen voor ieder soort weer dat je je maar kan bedenken: droog en warm, koud maar warm, nat en koud, droog en koud, ’s ochtends koud maar ’s middags warm. Voor elke situatie een outfit. Je hoeft ook nooit ver weg, want speeltuintjes vind je overal. In de meeste gevallen met een hek eromheen, zodat je niet steeds achter je kroost aan hoeft te rennen. Ik heb wel eens geteld en er zijn op fiets- of loopafstand van ons appartement, genoeg speeltuinen om twee weken lang elke ochtend en elke middag naar een andere speeltuin te gaan.
Naast speeltuinen zijn er, zelfs hier in de grote stad, genoeg andere plekken om in de natuur te vertoeven: meren, bossen, velden en zelfs de zee is niet ver weg. ’s Winters in een slee door de bossen of van de heuvel af en s zomers bessen plukken en zwemmen in natuurwater. Finland biedt het hele jaar door mogelijkheden.
5. Veiligheid voor alles
Finland is een veilig land. Ik heb geen cijfers bij de hand, maar ik maak me hier zelden zorgen over de veiligheid van de kinderen (of die van mezelf). Zoals ik al zei, zijn speeltuinjes meestal omheind. Overal liggen zebrapaden. Iedereen draagt een helm op de fiets of step. Het is schoon, er ligt zelden afval waar kinderen zich aan kunnen bezeren in speeltuinen. Katten mogen niet loslopen, dus je hoeft niet bang te zijn dat je kind een kattendrol opgraaft in de zandbak. Natuurlijk heb je hier de dronken randfiguren ook rondlopen, maar in de meeste gevallen houdt zelfs de meest beschonken Fin zich aan het nationale ik-praat-niet-met-vreemden-principe.
6. Last but not least
Zeg nou zelf, wie wil er nu geen kinderen grootbrengen in een land waar het grootste politieke schandaal is dat de premier (een vrouw van 36 jaar) in het weekend een feestje heeft bij vrienden thuis.
ANNELIEKE