“Mam, pap. Ik ben weer zwanger!”, vertelde ik vol trots aan mijn ouders. We waren dolgelukkig en ontzettend blij. “Maar pap, waag het niet om dood te gaan tijdens mijn zwangerschap hè. Ik wil die angst niet nog eens meemaken”, zei ik tegen mijn vader. “Nee lieverd daar gaan we niet vanuit”, zei hij. “We gaan hier met zijn allen volop van genieten”. We praatten nog wat na en hadden het niet meer over het beladen onderwerp. Mijn vader had namelijk acht jaar geleden keelkanker. Het was een ontzettend zware tijd met veel onzekerheid. Ik was ook nog eens zwanger in die periode. Wonder boven wonder heeft hij het overleefd.
De artsen gaven hem zes maanden
Het was een week voor mijn 26e verjaardag. Mijn man werd gebeld door mijn vader. Mijn vader vroeg of mijn man bij me in de buurt kon blijven tijdens het telefoongesprek. “Natuurlijk”, zei hij en nietsvermoedend gaf hij de telefoon aan mij. “Steef, ik heb slecht nieuws, de kanker is terug. Niet in de keel deze keer, maar tussen de maag en de slokdarm. Ze geven me zes maanden”. Ik kon het niet bevatten. Hoe kon dit en al in zo’n vergevorderd stadium? De grond zakte onder mijn voeten weg. Mijn wereld stortte in.
We wilden onze oudste dochter er niet bij betrekken
Vanaf dat moment was ik om de dag bij mijn vader. Even knuffelen, vragen naar zijn jeugd en gesprekken voeren. Ik wilde van alles weten, dingen die ik straks niet meer kon vragen. Wat een harde werkelijkheid. Ondertussen was ik 16 weken zwanger van ons tweede wondertje. Mijn man en ik hadden besloten om onze oudste dochter van toen twee jaar oud er niet bij te betrekken. Dit was gezien haar leeftijd niet zo slim, vonden wij. Ze zou het nog onvoldoende begrijpen en we wilden dat ze haar opa zou herinneren zoals hij altijd was geweest.
Hij wilde niet meer
Op 25 januari kreeg mijn vader een longembolie. Hij was ontzettend ziek en het (over)leven werd steeds zwaarder. “Ik ben er klaar mee”, zei hij. Hij had de keus gemaakt. Hij wilde niet meer verder. We bespraken dit met de arts en al snel kreeg hij pijnmedicatie en een slaapmiddel. Het was afwachten tot hij naar “boven” zou gaan. Het was beter zo. Geen lijden meer. Mijn moeder, zusjes, broertje en ik hebben in stapjes afscheid genomen, met heel veel liefde.
Thuis opgebaard
Op 27 januari waakte ik met mijn broertje. Hartverscheurend, maar tegelijkertijd mooi. Er was altijd iemand bij mijn vader. We deden dit met elkaar, met de familie, die straks met elkaar over zou blijven. Die avond is hij overleden, mijn liefste vader. Na zijn dood lag mijn vader thuis opgebaard in een bed. Dat was wat we wilden, zo konden we er elke dag heen. Dag in dag uit. Het was een hele emotionele en intense week.
De crematie van mijn vader
Daar stond ik dan. Ik was 20 weken zwanger en droeg een zwarte jurk. Huilend en trillend las ik mijn tekst voor. Er was een einde aan het leven van mijn vader gekomen. Mijn zwangerschap maakte het dubbel zwaar voor mij. Ik was bezig met een nieuw leven, maar ook met het afsluiten van een leven. Wat een contrast. Op 28 april ben ik bevallen van ons tweede wondertje, gezond en wel. Wat had ik haar graag willen voorstellen aan mijn vader.
Groot gemis
Nu 1,5 jaar later is het gemis nog groot. Ik heb niet het idee dat ik het goed heb kunnen verwerken en alles voldoende heb kunnen afsluiten. Als ik naar mijn prachtige meisjes kijk, weet ik dat hij over ze waakt. Het is nu vooral moeilijk om voldoende tijd voor rouw te vinden. Een peuterpuber en een baby van één jaar is een uitdaging. Ik mis mijn vader vaak. Ook in de kleine dingen Bijvoorbeeld even de goede raad die hij me gaf of dat hij met zijn zware stem de oudste aansprak. De oudste vraagt steeds vaker naar hem. “Mama, ik mis opa. Hij is bij de sterren en de maan he?” of “Hoe kan opa weer hier komen mama?”. Ooit vertel ik haar het hele verhaal. En natuurlijk hoe trots opa op haar was en hoeveel hij van haar hield.
STEFANIE
Wouw zo trots op jou….
Maar je weet hij is bij jou en denk aan die geke vlinder waar ik jou over vertelde