Bevallingsverhaal: tijdens het persen kwam de navelstreng naar buiten

| ,

Een misvormde baarmoeder

Toen ik 13 was, werd ik ongesteld. Al snel merkte ik dat ik geen goede cyclus had. Ik ben hiermee naar de huisarts gegaan. Ze vertelde me dat het met een pil vast beter zou gaan. Ik heb alle pillen, spiraaltjes en dergelijke geprobeerd. Ik bleef maar bloeden, zonder stop. Toen ik 17 jaar was, ben ik naar een kliniek gegaan waar ze me onderzochten. Mijn hormoonhuishouding was een rommeltje en ik heb een bicornuate uterus (misvormde baarmoeder). Er was niets aan te doen.

Een verrassing

Ik voelde me op een gegeven moment anders. Anders dan normaal. Ondanks dat ik gewoon bloedde zoals altijd, deed ik een zwangerschapstest. Onverwacht zwanger. “5+”! Ik maakte een afspraak bij de verloskundige voor twee weken later. Vlak daarvoor kreeg ik plotseling enorme buikkrampen en bloedverlies met stolsels. Ik belde de verloskundige. Ze zei dat het een miskraam geweest moet zijn. We planden na dit belletje geen echo meer in. Ondanks dat we compleet onverwacht zwanger waren en midden in een verbouwing zaten, vond ik de miskraam heel erg.

Ik bleef me echter anders voelen, dus ik deed nog een zwangerschapstest. Deze bleek positief. Ook zes weken later nog. Opnieuw belden we de verloskundige. Op de echo bleek ik nog steeds zwanger. Ik was al 13 weken en ontzettend blij. Wat een rollercoaster. Omdat we al wisten van de misvormde baarmoeder werd ik direct medisch en had ik al mijn echo’s bij de gynaecoloog. Vanaf 13 weken zwangerschap moest ik iedere week, soms om de week, langskomen voor een echo. Omdat ik een misvormde baarmoeder heb, had het kindje minder ruimte en was de kans op een vroeggeboorte groter. Dit hielden ze goed in de gaten.

Stuitligging

Het ging goed tot 26 weken zwangerschap. Het werd krap in mijn baarmoeder. “Als de bevalling maar niet op gang komt”, dacht ik. Mijn baarmoedermond was gelukkig niet veranderd. Ondanks dat de ruimte van de baby klein was, groeide ons kindje goed. Ik voelde me ook heel goed. Ik geloofde in mijn lijf en dat het goed zou komen. Het vervelende was wel dat die kleine in stuitligging lag. Veel ruimte om te draaien was er namelijk niet. Met een misvormde baarmoeder konden de gynaecologen daar ook niet bij helpen.

Een verkorte baarmoedermond

Bij week 30 werd mijn baarmoedermond wat korter. De arts schreef medicatie voor om de baarmoedermond gesloten te houden, maar ze vertelde me ook dat als het kindje eruit wilde, ze ècht geboren werd. Wonder boven wonder bleef ons dochtertje zitten. Na 34 weken verloor ik weer bloed. Het bloeden was gestopt tijdens de zwangerschap, dus dacht ik dat de bevalling begon. We belden het ziekenhuis en mochten meteen langskomen. Ik moest alleen naar binnen, door Corona. Bas moest in de auto wachten tot we zeker wisten dat de bevalling begon. De gynaecoloog voelde inwendig en ze vertelde me dat ik 2 cm ontsluiting had. De bevalling leek te zijn begonnen. De gynaecoloog maakte een echo om te kijken of ons kindje nog steeds in de stuitligging lag. “Ja, ze ligt hetzelfde als bij de laatste echo”, zei ze. We kregen een kamer. Ik voelde nog zo goed, zonder pijn. Ik had zelf helemaal niet het gevoel dat ik zou gaan bevallen. We moesten een nachtje blijven om het in de gaten te houden. De volgende dag, zoals mijn gevoel al zei, zette de bevalling niet door. Na overleg met de gynaecoloog besloten we om naar huis te gaan. De gynaecoloog zei: “Het zou mooi zijn als je je kindje nog even bij je kunt houden”. Daar ging ik voor.

Gebroken vliezen

Twee weken laten, precies met 36 weken, wilde ik me uitkleden en onder de douche stappen. Het was half 8 in de ochtend. Toen ik mijn broek uit deed, braken mijn vliezen. Ik belde Bas dat hij snel naar huis moest komen. Hij werkte heel dicht bij, dus hij was er snel In de auto voelde ik gerommel in mijn buik. Een half uurtje later kwamen we aan bij het ziekenhuis en kregen we een kamer toegewezen. “Het gaat nu echt gebeuren!”, dacht ik. De gynaecoloog controleerde mijn ontsluiting: 5 cm, zonder dat ik erg last had van weeën.

Een uur later voelde de gynaecoloog nogmaals hoe ver ik was: 8 cm, zonder hele heftige weeën. Hij zei: “Ik kom over een uur terug. Als je eerder het gevoel hebt dat je wil persen, druk je op het knopje!”. Omdat alles zo soepel verliep, kozen wij ervoor om een stuitbevalling op natuurlijke wijze te doen. De weeën om van 8 cm naar 10 cm te komen, waren heftig. Ze kwamen erg snel op elkaar. De gynaecoloog voelde of ons kindje nog steeds goed lag om een natuurlijke stuitbevalling te doen. Ze lag nog steeds met haar billetjes naar beneden en goed voor de opening. Na 20 minuten had ik al een persgevoel. Er kwam een lieve vrouw binnen. Zij zou me helpen met persen. De eerste keer persen ging goed. De tweede keer ook, maar bij de derde keer persen gebeurde er iets waar we deze hele zwangerschap en bevalling niet over na hadden gedacht.

De navelstreng kwam naar buiten

Dit betekende dat de navelstreng klem zat en ons kindje geen zuurstof meer kreeg. Toen was er paniek. Heel gek, maar ik voelde die paniek zelf niet, omdat ik in mijn eigen bubbel de weeën weg pufte. Er werd op een grote rode knop gedrukt en voor we het wisten stonden er zeven mensen langs het bed. De ene probeerde de navelstreng terug te duwen. De andere gaf me weeënremmers en vertelde me dat ik moest stoppen met persen. Dit was voor mijn gevoel niet goed, omdat ik het gevoel had dat ze er juist uit moest. De mensen renden met mij in het bed naar de OK. Alles om onze dochter zo snel mogelijk te halen. Ik ging onder narcose, omdat er geen tijd was voor een ruggenprik.

Levenloos

Onze dochter Moon werd om 00:37 uur geboren. Ze was levenloos. Geen ademhaling, maar wel een hartslag. Bas zegt dat hij dit beeld niet snel meer zal vergeten. De artsen probeerden haar ademhaling zo snel mogelijk op gang te brengen. Moon was sterk en snel stabiel. Ze woog 3060 gram, dus voor vier weken te vroeg geboren, een flinke tante. Omdat ze zo snel stabiel raakte en goed op gewicht was, mocht ze al na een uur uit de couveuse bij papa liggen.

Ik heb foto’s om naar te kijken

Anderhalf uur later werd ik wakker uit mijn narcose. Toen sloeg de paniek pas bij mij toe. “Is alles goed gegaan? Waar is Bas? En waar is mijn kindje?”, vroeg ik. De verpleegkundige antwoordde dat ik even goed wakker moest worden en dat we dan naar Bas en Moon zouden gaan. Ik mocht ze wel even bellen. Dat was fijn. Na een kwartier mocht ik eindelijk m’n kindje zien. Alles was goed met Moon, en ook met Bas, want wat moet hij het zwaar hebben gehad tijdens de bevalling. Een dag later keken we samen met een arts de foto’s en filmpjes terug. Ik ben blij dat deze gemaakt zijn, want voor mij is het een groot zwart gat. Ik kijk ze nog steeds wel eens terug. Het was een snelle bevalling, waarin genoeg is gebeurd. Vanaf het moment dat ze op de rode knop drukten en tussen de geboorte van Moon, zitten maar 14 minuten. Bizar hoe kundig de artsen zijn en hoe snel ze kunnen schakelen!

NENA

Plaats een reactie