Zwanger zijn, wat was ik daar klaar mee. Ik mistte mijn bewegingsvrijheid, mijn lijf was moe, maar mijn hoofd wilde nog van alles doen, zo irritant! Ik keek al vanaf week 36 uit naar de eerste signalen. Dom natuurlijk, want het kon zo nog 4 à 6 weken duren. Ik was behoorlijk ongeduldig! Ik was uitgerekend op 13 januari. Mijn man Piet moest op 14 januari zijn afstudeerscriptie inleveren. Lekkere timing! Omdat we doordeweeks veel aan huis gekluisterd zaten, gingen we in de weekenden regelmatig op pad. Vaak naar mijn ouders. Op 10 januari gingen we daar ook naartoe. Hier besloot ik voor de verandering geen middagdutje te doen, zodat ik die avond lekker moe zou zijn. Ik at expres pittige dingen en dronk bitter lemon, tot ergernis van mijn broertjes, want dit zou de bevalling op kunnen wekken en dat hoefden ze niet te zien, haha.
Het bed droog houden was mijn prioriteit
We vertrokken na het avondeten weer naar huis en om 21.30 lag ik in bed. Piet ging nog een spelletje doen en toen hij om 00:00 in de badkamer zijn tanden poetste werd ik wakker. Ik draaide me om en voelde dat ik vocht verloor. Ik rolde uit bed met mijn handen tussen mijn benen en checkte eerst of het pas verschoonde bed nog droog was. Prioriteit! Ik schuifelde naar de badkamer en liet trots aan Piet zien dat er een straaltje uit me liep als ik mijn bekkenbodemspieren ontspande. We checkten het vruchtwater, wat er goed uit zag, en pakten alvast wat spulletjes bij elkaar die we later mee naar het ziekenhuis moesten nemen. Wij wonen 4 hoog zonder lift en daarom wilde ik graag poliklinisch bevallen. We stapten in bed, maar door een licht drukkende rugpijn kon ik niet meer lekker liggen, dus besloot ik film te gaan kijken op de bank. Ik moest die nacht vaak naar de wc en door de rugpijn af en toe van houding veranderen. Weeën had ik nog niet gevoeld.
Verhoging
Vroeg in de ochtend voelde ik me rillerig, en toen ik mijn temperatuur opnam gaf de thermometer verhoging aan. Koorts zou kunnen duiden op een infectie, dus ik belde de dienstdoende verloskundige wakker. Zij belde het ziekenhuis en liet mij weten dat we binnen een uur terecht konden. Ik maakte Piet wakker die gelukkig nog een heerlijk nachtje had geslapen.
COVID-verdenking
We kwamen rond 07.30 aan in het ziekenhuis en vanwege de verdenking van koorts werd ik opgenomen op een COVID-kamer. Een verpleegkundige in isolatiepak kwam kennis maken. De CTG werd aangesloten en ze prikte een infuus en daarna temperatuurde ze me rectaal. Weg schaamte! Ik bleek geen koorts te hebben, dus ik hoefde geen coronatest en haar isolatiepak kon uit. Ik was nu geen medisch geval meer.
Op de CTG was te zien dat ik al frequente weeën had. Die drukkende rugpijn, dat bleken dus rugweeën. Ik zat die hele nacht te wachten op helse buikkrampen, maar blijkbaar was de bevalling dus allang begonnen. Volgens de verpleegkundige zou onze baby in haar dienst nog geboren worden. Dat zou voor 16.00 zijn. Dat vond ik een bizar idee.
Ik was allang actief aan het bevallen
De arts en verpleegkundige kwamen even kletsen over het vervolg van de bevalling. Wilde ik pijnstilling of mochten ze mijn eigen verloskundige oproepen? Ik vond de pijn op dat moment goed te doen, dus ze besloten even te checken hoe ver ik was. Ze hadden het erover dat ik bij 1 centimeter naar huis zou moeten, maar dat ik mogelijk al wat verder was, rond de 3 à 4 cm. Als ik rond de 4 centimeter zou zitten kon ik van de COVID-kamer over naar een gewone verloskamer. Toen de arts op het punt stond om mij te toucheren, ik lag daar al met mijn benen wijd, ging er een alarmbel van een andere kamer. Binnen een paar tellen was iedereen die kant op. Piet en ik bleven een beetje beduusd achter, maar lieten alles gewoon over ons heen komen. “Ik ben actief aan het bevallen, hoe dan?”, dacht ik.
Bijna in een uur naar 7 centimeter ontsluiting
Toen ze na een poosje terug kwamen, dit was rond 08:45, voelde ze dat ik een ruime 7 centimeter ontsluiting had. Wat?! Ik was dus al zo ver, dat ik niet meer kon verhuizen naar een normale verloskamer. Het was nog niet eens doorgedrongen dat ik aan het bevallen was, en opeens was ik al zo ver op weg? De rugpijn was best vervelend en ik moest het soms verbijten, waardoor ik even niet kon praten. Ik had een heel ander gevoel van weeën verwacht. Ik gaf aan dat pijnstilling niet nodig zou zijn en we besloten dat onze eigen verloskundige kon worden gebeld. Ze stopte de CTG en koppelde het infuus af. Het naaldje liet ze zitten voor het geval dat ik me toch bedacht. Op het moment dat ze de CTG eraf haalde, voelde ik een drukkend gevoel in mijn vagina. Ik benoemde het en de verpleegkundige zei dat de baby al erg laag lag, en dat dat gevoel heel normaal was. Het drukkende gevoel nam toe en ze zei dat ze mijn eigen verloskundige zou oproepen.
Ineens kreeg ik hele andere weeën
Ik wist niet goed wat ik voelde, maar vond dit toch wel anders dan de eerdere weeën. Onze lieve verloskundige, Marijke, kwam rond 09:15 binnen en had haar jas nog niet uit toen ik een beetje paniekerig zei dat ik dacht te moeten persen. Ze voelde dat ik een ruime 9 centimeter ontsluiting had en besloot het laatste randje weg te duwen. Wat een bizar gevoel. Direct daarna begon de persdrang toe te nemen en toen de verloskundige naar de gang ging om nog even een telefoontje te plegen, stuurde ik Piet om haar gelijk weer op te halen. Het kind moet er nú uit!
Door de pijn gaan duwen
Nog harder persen dus! Ze kwam weer binnen en ze liet me mijn benen vasthouden, zodat ik veel druk kon zetten. Daar lag ik dan, op een ziekenhuis bed, met een verloskundige die me aanmoedigen met de woorden: ‘Het doet pijn, maar daar moet je door heen duwen.’ Dat vond ik echt mindf*ck. Normaal wil je weg van pijn en nu moest ik er juist naartoe. Het persen op het bed vond ik zwaar. De, misschien een beetje te rooskleurige, visualisatie die ik had van mijn bevalling was nu ver weg. Niks geen yogabal, wiegend rondlopen, chille muziek, kopjes thee, massage en kaarsjes… Gewoon persen op het hagelwitte ziekenhuislaken met een plastic kussen achter mijn rug, niks romantisch aan. Vlak voor het persen blijk ik tegen Piet gezegd te hebben dat hij nog wel even aan zijn scriptie kon gaan werken, maar dit vond hij verrassend genoeg geen goed idee. De weeën volgden elkaar te snel op. Ik had geen adempauze waardoor ik misselijk werd, lichtelijk in paniek raakte en zelfs om mijn moeder vroeg, hoe lief is dat!
Het heeft een balzak!
Ik herpakte mezelf en de verloskundige dacht dat ik meer rust zou hebben op de baarkruk. Ik had al zo’n vermoeden dat ze daarmee zou komen en na een paar weeën sleepte ik mezelf van het bed op de koude plastic baarkruk, om het allemaal nog wat minder romantisch te maken. Ze zei dat Piet wel achter mij kon gaan zitten, zodat ik tijdens de pauzes tegen hem aan kon leunen. Dat ontspannen lukte niet. Ik zat in een actieve houding met mijn handen op zijn knieën als een woeste vrouw te persen. De kraamverzorgster kwam binnen ter ondersteuning. Ik heb op dat moment geen kennis met haar kunnen maken. Op een gegeven moment voelde ik dat het hoofdje van de baby er bijna was. Mijn lijf regelde zelf heel mooi dat ik even rustig door ademde toen het hoofdje er half uit was. Ik voelde het goed aan en deed het laatste stukje in stilte. De verloskundige liet mij mijn gang gaan en na in totaal 35 minuten persen, om 10:14, kwam daar een verkreukeld kind met een hoofd vol haar onder de baarkruk vandaan. ‘We hebben een zoon! Ik zag een balzak!’, zei Piet. Wat een gek moment. Abel werd in mijn armen gedrukt, wat heel anders voelde dan ik had gedacht. Zwaarder, stevig en heel warm.
Waar is mijn moedergevoel?
Hij begon te gillen en terwijl ik nog sterretjes zag van het persen, werd ik weer op het bed geholpen. Ik was best gechoqueerd van alles wat er net was gebeurd. Abel lag een uur bij mij op mijn borst maar was te moe om goed aan te happen. Dat uur is voor mij een waas. Ik voelde nog geen moedergevoel en was bezig met alles wat ik aan mijn eigen lijf voelde: een zachte lege buik, de navelstreng die nog in mij en aan Abel vast zat, het vocht en bloed wat er nog uit kwam, en de lichte weeën die de geboorte van de placenta aankondigden. Omdat ik wat paar kleine scheurtjes had opgelopen, kreeg ik een paar hechtingen. Dit vond ik eigenlijk vervelender dan de bevalling en hier moest ik Piet zijn hand wel even bij fijnknijpen.
Abel lag lekker bij papa
Abel werd gecheckt en kreeg van Piet een klein beetje colostrum via een spuitje en zijn pink. Dit had ik in de weken daarvoor al afgekolfd en nu meegenomen. Hij heeft daarna lekker bij Piet op zijn blote huid gelegen terwijl ik zo goed en zo kwaad als het ging kon gaan douchen. Ik dacht echt dat de bevalling het moeilijkste zou zijn. Ik was opgelucht dat het allemaal achter de rug was, niet wetende wat ons, en vooral mij, allemaal nog te wachten stond.
Rond 13:00 reden we de parkeergarage uit met een vers van de pers mensje. Het begin van een leven als gezin van drie, de geboorte van een baby, maar ook van een vader en een moeder. Een leven wat ik geromantiseerd en onderschat heb, maar wat ik zeker niet wil missen! Respect voor alle ouders!
EMMA