Lees eerst mijn bevallingsverhaal waarbij papa de naam van ons kindje na de geboorte hoort. En ook mijn blog over het klompvoetje van onze baby.
Ik had al snel besloten dat ik borstvoeding een kans zou geven. Mijn moeder heeft het ook gedaan en dat vond ik altijd iets moois. Ik zag bij mijn zusje dat het bij haar helaas niet goed op gang kwam. De borstvoeding kostte haar veel energie. Ze heeft toen de keuze gemaakt om op flesvoeding over te gaan. Dit zorgde er voor dat ik wat gereserveerd was. Mijn gevoel zei vooral: “Probeer het en als het niet lukt, helaas”. In eerste instantie wilde ik een kolf huren. Toch stond mijn vriend er op om er één te kopen, om het alvast in huis te hebben, dan waren we goed voorbereid. Ik gaf hier aan toe. De eerste dag na de geboorte heb ik niet gelijk borstvoeding kunnen geven. Ik werd namelijk binnen een half uur geopereerd. De eerste voeding die de kleine meid heeft gehad was een spuitje melk. Ik vond dat niet erg. Het kon even niet anders.
Ingetrokken tepels
Mijn tepels waren niet de beste voor borstvoeding, dat werd al snel duidelijk. Die van mijn steken niet echt naar buiten. Gelukkig hadden ze in het ziekenhuis hier wel een oplossing voor: een tepelhoedje. Deze zet je op je borst en je tepel wordt hiermee een soort van speen. Hierdoor was het voor Ayla een stuk makkelijker om te drinken. De hulp in het ziekenhuis was goed. Ik voelde me op mijn gemak. Ayla dronk uit de borst, maar ze had wel haar voorkeuren: het moest met tepelhoedje en ze moest ook in één keer goed liggen, anders werd ze boos. “Door het drinken en kolven zullen jouw tepels steeds meer naar buiten gaan staan”, zei de kraamhulp.
Borst èn fles
Op de tweede dag kwam er bloed uit een tepel. Waarschijnlijk had ze die kapot gezogen. De tepel moest rusten op advies van onze kraamzorg. Pas als het wondje geheeld was, mocht ze daar weer uit drinken. Ze kon misselijk worden en gaan braken van bloed. Ondertussen was ik ook al begonnen met kolven, want ik moest de melkproductie op gang brengen. Hierdoor kon de borst waar Ayla even niet uit dronk, ook leeg gemaakt worden. Tijdens het kolven deed het geen pijn en kwam er ook geen bloed bij de melk. De gekolfde melk gaf Tom met een flesje aan Ayla. Ze was best veel afgevallen de eerste dagen. We hebben samen met de kraamzorg besloten om haar ook kleine beetjes kunstvoeding te geven met een flesje. De keuze om de flesvoedingen door Tom te laten geven hebben we bewust gemaakt. Zo leerde ze dat ze bij mij altijd uit de borst dronk en bij Tom dus uit een flesje. Tegelijkertijd waren we aan het testen welke fles Ayla het prettigste vond. Tom wisselde af en keek uit welke fles ze het beste dronk.
Kolfhack
Onze kraamhulp keek bijna bij elke borstvoeding mee. De ene keer van dichtbij en de andere keer van een afstand. Als het nodig was, hielp ze met het juist aanleggen, gaf ze tips en liet ze weten waar ik op moest letten. Het fijne was dat ze niet met alle informatie in één keer kwam, maar per voeding kreeg ik wel een tip of een weetje. Erg fijn, want langzaam leerden we dan steeds wat verder. Ze zag ook precies aan mij wanneer de stuwing begon en hield dit goed in de gaten, zodat ik geen ontsteking kreeg. Tijdens het kolven gaf ze me een tip: “Knip twee gaatjes in een oude sport-bh en je hoeft je kolf niet meer vast te houden”. Dit gaf een enorme vrijheid en ik hoefde niet meer ongemakkelijk te zitten.
Bijna een borstontsteking
Op een gegeven moment gaf de kraamhulp aan dat ik tegen een borstontsteking aan zat. Alsof ze wist dat ik dit zou krijgen, wat na mijn middagslaapje die dag werd ik koortsig wakker, met één rode dikke borst, die hard aanvoelde op één plek. Ik moest gelijk masseren, leeg pompen, goed slapen, warm maken voor ik ging kolven en koud maken als ik klaar was. Dit deed ik de hele middag en avond. Ik was er op tijd bij. Ik had een beginnende ontsteking en die heb ik zelf kunnen verhelpen. Wat een opluchting. Aan het einde van de kraamweek was mijn borstvoeding aardig op gang. Het was zelfs zo dat als ik Ayla de borst gaf, de andere borst al begon te lopen. Hiervoor had onze kraamzorg ook weer een oplossing: een losse handkolf. Deze plaatste ik dan op mijn borst, zodat ik geen druppel verloor. Want ja, de druppels die ik verloor, voelde als het verliezen van goud. De laatste tip was dat ik iets minder hoefde te kolven tussen de voedingen door, want anders kreeg ik een overproductie. De eerste kolfsessie die ik mocht afbouwen waren die in de nacht. De gekolfde melk in de nacht bewaarde ik in een klein koelkastje die we boven hadden staan. Zodat ik niet in de nacht de trap af moest. Ontzettend fijn dat ik ’s nachts niet meer hoefde te kolven. Zo kon ik die tijd weer besteden aan slapen.
De tweede week
Na de kraamweek probeerde ik Ayla vaker aan te leggen zonder tepelhoedje. De ene voeding pakte ze mijn tepel, soms liet ze weer even los en soms greep ik terug naar het tepelhoedje. Overdag bleef ik bijkolven, ondanks dat de kraamhulp de week ervoor adviseerde dit af te bouwen. Ik zelf had het gevoel dat ik mijn productie op pijl moest houden. We moesten namelijk altijd extra voeding gereed hebben voor als Tom met Ayla naar het ziekenhuis ging in verband met haar klompvoetje. Daar gaf hij altijd een flesje melk om haar te troosten als haar gips van haar klompvoetje werd vervangen. Doordat ik een kolf-bh had gemaakt, kon ik lopend door het huis kolven, tegelijk koffie zetten, brood smeren en pannenkoekjes bakken. Dit kwam vooral van pas toen Tom na drie weken weer moest gaan werken.
De eerste maand
Borstvoeding geven kostte een hoop energie. Ik had ’s avond vaak honger en overdag zoveel meer zin in lekkers dan normaal. Dit hoort erbij. Je moet goed en gezond blijven eten, maar vooral goed drinken. Ik ben dus bananenbroden gaan bakken, zodat ik die in de nacht kon eten en ik had altijd een flesje water bij het bed. Tom en ik maakten ook een schema, zodat ik lekker kon bij slapen. Omdat ik ook overdag kolfde, kon Tom ook één voeding per dag geven. Vaak gaf ik Ayla haar laatste voeding tussen 20.00 en 21.00 en daarna ging ik naar bed. Tom hield Ayla beneden en liet haar daar in haar bedje slapen. Hij gaf haar daar nog één voeding, als hij naar bed ging. Zo hoefde ik vaak pas weer tussen 2.00 en 3.00 een voeding te geven. Dit zorgde er voor dat ik al zeker 5 uurtjes had geslapen. Daar knapte ik van op, hierdoor had ik genoeg slaap en kon ik genieten van de borstvoedingsmomentjes. Ook zag ik de tijden van de voedingen korter worden. Waar je in die eerste week soms een half uur per borst zat, ging dit al naar 15 minuten per borst.
De tweede maand
In deze maand gingen we de deur uit en deden we meer uitstapjes. We hebben de eerste week na de bevalling boven geleefd. De tweede week ging ik iets vaker naar beneden. Aan het einde van de maand was ik veel beneden en buiten in de tuin. Maar deze maand kwamen de uitstapjes erbij. Ik ging op zoek naar koffietentjes en iedere keer wandelde ik een koffietentje verder weg. Het prettige aan borstvoeding was dat ik altijd voeding bij de hand had. Een heerlijk en zorgzaam gevoel. Zelf voelde ik mij goed. Ik was weer heerlijk mobiel. Ik ging met de trein of auto richting het strand. Samen met Ayla op stap. Zelf had ik weinig moeite om in het openbaar de kleine aan te leggen. Het was me zelfs al een paar keer gelukt om de kleine drinken te geven terwijl ze in de draagzak zat. We waren aan het wandelen en ze werd huilerig en hongerig. Ik floepte zo mijn borst uit mij bh en ze dronk eruit. Ik was blij en trots tegelijk. Ik kon het tepelhoedje afbouwen. Omdat ik nog steeds dagelijks kolfde, bleven mijn tepels een stuk beter naar voren staan, dus had Ayla geen moeite meer met aanhappen. Ook was ze zelf een stuk behendiger geworden met drinken uit de borst. Halverwege de maand kon het tepelhoedje de deur uit.
De derde maand en daarna
In deze maand begonnen de oefen- en oppasdagen. Ook gingen we op vakantie. Daarnaast kwam het einde van mijn verlof in zicht. Dit hield in dat ik weer moest gaan werken. Ik kolfde een voorraadje voor in de vriezer. Met trots kolfde ik soms tussen de voedingen door wel 150 cc. De vriezer begon langzaam vol te raken.
Afbouwen
Zelf begon ik rond augustus met het afbouwen van de borstvoeding. Ik wilde dit rustig aan doen. Ik had met mijzelf afgesproken dat ik in de maand december weer echt vrij wilde genieten van een wijntje, zonder te moeten denken aan de borstvoeding van Ayla.
De laatste maand
Mijn werk was weer begonnen en de kleine ging drie dagen naar de oppas en opvang. Op de momenten dat ik werkte en Ayla naar de opvang was, moest ik kolven. Met het rustige afbouwen was ik al begonnen. Haar avondvoeding was gewisseld met kunstvoeding. Dit ook in de hoop dat ze meer binnen kreeg en dus langer zou gaan slapen. Zelf merkte ik dat het kolven tijdens werk toch best lastig was. Ik vergat regelmatig de tijd en om te kolven. Dit zag ik terug in de productie. Waar ik vorige maand nog ruim 180 cc per borst kon kolven, liep dit al snel terug naar 100 cc. Hierdoor werd de voorraad langzamer bijgevuld. De vriezer voorraad zag ik slinken. Ondertussen waren we ook bezig om andere voedingen te vervangen voor kunstvoeding. Ik merkte aan alles dat mijn lichaam stopte met voeding aanmaken. Mijn borsten raakten langzamer vol of eigenlijk helemaal niet meer vol. De productie ging snel omlaag. Stiekem hoopte ik een langere tijd nog één of twee voedingen te kunnen geven, maar mijn lichaam stopte gewoon met het produceren van stevige melk. Toen het afbouwen opeens zo snel ging, wilde ik er eigenlijk geen afscheid van nemen. Bij een volgend kindje hoop ik dit weer dit mogen doen: mijn eigen kind voeden. Dan laat ik ook een melksierraad maken: een ring of hanger. Want het is een bijzondere tijd. Iets om altijd dichtbij te houden!
Maar voor nu kunnen we samen drinken: mama haar wijntje en Ayla haar melk.
JANNA