Kwaaltjes en paniek
Op een ochtend werden we héél vroeg gebeld. Het ging niet goed met oma. Ze ging ineens hard achteruit. Een paar dagen daarvoor was ze opgenomen in het ziekenhuis. Een verwaarloosde blaasontsteking en met de kwaaltjes die ze al had, zorgde dat voor paniek. Nick, mijn man, stapte direct in de auto, zijn lieve oma. De oma die er al zijn hele leven was, niet zomaar een oma. Een oma waar hij zich altijd thuis bij voelde. Een lieve, warme, zorgzame vrouw. Het was niet moeilijk om deze vrouw in mijn hart te sluiten na onze eerste ontmoeting. Wat een prachtig mens. Zo bij de tijd. En ze kon mooi vertellen, over vroeger, met glinsterende ogen. Over het café dat ze altijd runde met opa en daarna alleen.
Foto’s en liefde
Ze kon vol trots vertellen over opa en dat ze na zelf drie dochters te hebben gekregen, het zo prachtig vond om te zien dat Nick, als enige kleinzoon, zo verschrikkelijk veel op hem leek. Als de oude foto’s weer tevoorschijn kwamen, kreeg ik een warm gevoel in mijn buik. Ik kende deze man. Ik kende hem niet, maar ik kende hem wel. Veel te vroeg is hij overleden. Nick heeft zijn opa nooit mogen kennen. Maar de foto’s zeiden genoeg, het was overduidelijk, Nick had de looks van zijn opa Nic. Opa was de liefde van oma’s leven. Er is nooit meer een andere man in beeld geweest. Ik voel haar. Als Nick echt zo op zijn opa lijkt.. Ik krijg een knoop in mijn maag als ik eraan denk dat zij haar grote liefde zo vroeg heeft moeten laten gaan. Zo plotseling en onverwacht.
Trots en samen
Eigenlijk zou je een verbitterde vrouw verwachten hé? Maar niets is minder waar. Oma was de optimist zelve. Lief, zorgzaam, trots! Nooit zeuren of klagen. Altijd blij als we op visite kwamen. De laatste tijd ging het wel wat minder. We waren bang om haar te verliezen. Toen ik onze dochter die ochtend onder had gebracht, reed ook ik naar het ziekenhuis. Het was verdrietig om te zien: oma was oma niet. Het leek alsof ze er klaar mee was. Ze wilde zich niet zo beroerd voelen. Ze had pijn en was vreselijk benauwd. De dokters zeiden dat het wel goed kon komen en uiteraard geloofden wij de dokter. We wilden de dokter geloven. De hele dag bleven we bij oma in het ziekenhuis. Om beurten zaten we bij haar, niet te veel tegelijk. Toen Nick en ik ‘s avonds even naar onze dochter gingen om samen te eten, besloten we oma te vertellen dat ik weer zwanger was. Ondanks dat het nog zo pril was leek het ons fijn om dit alleen met haar te delen. Ze wist van de miskramen en gunde ons zo ontzettend een tweede kindje.
Praatjes en glinsterende ogen
Toen we weer terug bij oma waren had ze net extra zuurstof gekregen en daardoor oogde ze veel beter! “Zie je nou wel? Dit ging weer goed komen. Ze gaat het gewoon redden!”, dacht ik. Toen Nick en ik een momentje samen met oma waren, had ze weer barre praatjes. Ze vertelde over Nick van vroeger, van toen hij uit de perenboom gevallen was. En over haarzelf. Haar ogen glinsterden. Ze wilde nog even mijn nieuwe tattoo goed zien en bewonderde hem nauwkeurig. “Prachtig”, zei ze. Ik keek Nick aan en knikte hem toe. “Oma, we hebben een geheimpje”, zei hij, “alleen u mag het weten”. Ze was zo blij! Met ogen vol liefde keek ze me aan en pakte ze allebei mijn handen. “Dit gun ik jullie zo”, zei ze, “jullie zijn zulke goede ouders. Kijk naar Cis. Zij is het voorbeeld van hoe goed jullie het doen. Hoe jullie uitleg geven als dat nodig is en haar toch zelf laten ontdekken”. Deze dingen zei ze vaker en iedere keer als ze zoiets zei, dan groeide ik een stukje van trots.
Handkusjes en verdriet
Fantastisch vond ze het, dat zij als enige ons geheim wist. Tegen de anderen zei ze dat ze zo heerlijk met ons had zitten praten, dat ze er energie van kreeg. Wij lachten stiekem naar elkaar. Toen het laat en donker werd, kregen we dikke kussen en knuffels bij het afscheid. Bij de deur gaf ze nog een paar extra handkusjes, precies zoals ze altijd deed. “Tot morgen oma”, zeiden wij. Want het kon niet anders dan dat we haar morgen nog zouden spreken. Ze leek ineens zo fit! Onderweg naar huis straalden wij. Wat mooi en bijzonder dat oma het al wist. En wat hadden we weer fijn zitten praten. Thuis kropen we moe maar voldaan in bed. Wat een dag. We hadden het licht nog niet eens uit toen Nick zijn telefoon ging… Vanaf toen wist ik zeker dat we een jongetje zouden krijgen.
KIM