Toch bleef het kriebelen…. Nog één kindje. Wat zou ik dat fantastisch vinden! Mijn man en ik dachten er over na: “We hebben een gezonde dochter en zoon en we moeten dankbaar zijn. Stel je voor dat we een kindje krijgen met een handicap. Wat betekent dat voor ons gezin?” Toch zijn we ervoor gegaan. En het mocht zo zijn, ik raakte zwanger!
Ik wilde alles voor de laatste keer extra bewust meemaken. Zowel de zwangerschap als mijn bevalling. Bij de eerste werd ik ingeleid, omdat ik langer dan 24 uur gebroken vliezen had. Een drama. Alles “overkwam” me en ik wist niet wat ik moest doen. Je kon niet zomaar kiezen voor een epiduraal, de zogenaamde ruggenprik. Dat was alleen voor heel zware, moeilijke bevallingen. In mei 2009 is het pas wettelijk vastgelegd dat een vrouw een epiduraal krijgt als ze er om vraagt. Bevalling nummer twee was ook behoorlijk heftig, maar kort. De weeën begonnen om vijf uur ’s morgens en om zes uur waren we in het ziekenhuis. Een half uur later kreeg ik al persdrang, maar niemand kwam kijken. Toen uiteindelijk een verloskundige binnenkwam, perste ik nog één keer en Josje was geboren! Ja het was kort, maar van nul naar tien centimeter in twee uur tijd is behoorlijk pittig. Geloof me! Daarnaast voelde ik me niet gehoord. Niemand die mij geloofde toen ik zei dat ze “eruit” kwam. Dus bij nummer drie zou dit heel anders gaan: ik wilde de controle hebben!
Drie jaar eerder had ik de opleiding tot zwangerschapsdocente gevolgd. Ik wilde graag dat vrouwen zich sterk zouden voelen als ze gaan bevallen. Vertrouwen hebben in eigen lijf en van tevoren weten wat er kan gebeuren. Leren waar je controle over kunt hebben en dat je door houding en ademhaling heel goed je weeën kunt opvangen. Dat je niet als een schildpad op je rug op een bed hoeft te liggen en aan het vechten bent tegen je weeën. Bevallen is loslaten, maar niet het loslaten van de controle. Nu ik zwanger was van mijn derde kind, kon ik alles wat ik had geleerd bij mezelf toepassen. Omdat mijn tweede bevalling zo snel ging, was ik wel een beetje bang dat het nu weer zou gebeuren. Deze keer wilde ik graag thuis, in een bad bevallen. Dat was een grote wens. Warm water verlicht immers de pijn. Mijn man vond een thuisbevalling echter niks, dus besloten we om naar het kraamhotel te gaan. Tenminste, als ik het kraamhotel zou halen….
6 juni
Om elf uur ’s morgens werd ik gestript door de verloskundige. Ik had vier centimeter ontsluiting, maar ik merkte er niks van. Om 1 uur ‘s middags viel ik op de bank in slaap. Twee uur later schrok ik wakker, want ik moest de kinderen van school halen en stapte snel in de auto. Kramp… Om half vier stond ik op het schoolplein en het was een komen en gaan van krampen. “Nee, niet nu!”, dacht ik, “waar blijven mijn kinderen? Dat getreuzel altijd!” Een wachtende vader kwam naar me toe en vroeg: “Heb jij weeën? Mijn vrouw stond ook altijd zo te wiegen” Ik antwoordde met een knalrood hoofd: “Nee hoor!” Eindelijk kwamen de kinderen naar buiten! Snel de auto in en naar huis!
Thuis heb ik de verloskundige gebeld en afgesproken dat ik om vijf uur in het kraamhotel zou zijn. Ze zou het bad alvast laten vollopen. Mijn moeder kwam aangesneld om op de kinderen te passen. Ik pakte vlotjes mijn spulletjes en reed samen met mijn man Sander naar het kraamhotel. De kamer was heerlijk groot en licht. Ik wilde de luxaflex graag helemaal open; licht, lucht, zalig! De ontsluiting was toen vijf centimeter. Ik was heel rustig en nam plaats in het bad. Lekker warm. Daarna ben ik op een bal gaan zitten. Even staan, even hangen. Ik had controle, controle over mijn ademhaling. Ik kon me overgeven aan mijn lichaam. Ik had het vertrouwen in mijn lijf en mijn baby. Helemaal in mijn bubbel zat ik. Toen de verloskundige keek hoeveel ontsluiting ik had bleek het al acht centimeter te zijn: “We zouden je vliezen kunnen breken als je wil.” Dat vond ik een goed idee. Daarna wilde ik wel meteen weer in bad, omdat het na het breken van de vliezen wel eens heel snel kon gaan.
Op mijn rug liggen en mijn vliezen breken bracht me helemaal uit mijn concentratie. Toen ik weer in bad ging zitten, overvielen de weeën mij enorm. Ik raakte lichtelijk in paniek, begon me hierna weer te focussen en voelde persweeën opkomen. Na drie keer persen voelde ik het hoofdje al “staan”! Ik zat op handen en knieën en de verloskundige zei: “Aukje, je moet nu echt even omdraaien, want ik kan het niet zien!” Zo goed en zo kwaad als het ging, draaide ik mij om, zodat ze kon checken of de navelstreng niet om haar nekje zat. Daarna haalde ik mijn baby er zelf uit. Dat wilde ik heel graag! Mijn wens was het zelf doen. Het is mijn lijf, mijn vagina en mijn kindje. Het was gelukt! Emmie Kaatje is om 19.20 uur geboren. Een droombevalling! Elke bevalling is anders, iedere vrouw is anders. Of het nou met pijnbestrijding is of zonder, een keizersnede of een thuisbevalling, iedere vrouw verdient een mooie ervaring waar ze vol trots op terug kan kijken.
AUKJE VAN GINNEKEN
Wat een verhaal zeg. Lijkt me behoorlijk eng om daar aan te denken, een navelstreng om het nekje. Ik ben blij dat alles goed is gegaan.