Nu alweer ruim een jaar geleden op dinsdag 18 december 2018 was ik 29.6 weken zwanger en had ik samen met mijn vriend en zijn ouders een 3D-echo gepland. We hadden onze kleine frum toen al een aantal keer gezien via de normale echo’s, maar wat was dit speciaal. Na een klein uurtje liepen we meer dan gelukkig en met een aantal mooie foto’s en filmpjes de deur weer uit. Helaas was dit fijne gevoel maar tijdelijk.
De volgende ochtend stond ik op en voelde gelijk dat dit geen goede dag zou worden. Ik kon alleen maar spugen en voelde me met de minuut slapper worden. Ik heb geprobeerd om nog een aantal uurtjes te slapen en daarna dacht ik mij weer wat beter te voelen. Helaas was dit van korte duur. Omdat ik de kleine frum al de hele dag nauwelijks had gevoeld, belde ik aan het einde van de middag toch maar even de verloskundige en zij kwam bij ons thuis voor een extra controle. Uit deze controle bleek dat mijn bloeddruk te hoog was en ik eiwitten in mijn urine had, daarom werd ik doorgestuurd naar het ziekenhuis voor nog een extra controle. Dit was even schrikken zeg! Gelukkig was mijn vriend al thuis van zijn werk en konden we gelijk samen gaan.
In het ziekenhuis zag alles er weer goed uit en na een aantal uur met voor mijn gevoel 350 CTG’s, verschillende echo’s en bloeddrukmetingen, mocht ik weer naar huis. Helaas was ook dit opgeluchte gevoel weer snel voorbij, aangezien dit voorval zich in één week tijd nog drie keer herhaald heeft. Toen mijn bloeddruk te hoog bleef en de waardes in mijn urine ook maar bleven stijgen, besloot de gynaecoloog me op te nemen in het ziekenhuis. Ik kreeg van de gynaecoloog te horen dat ik pre-eclampsie had en het was nog maar de vraag hoelang kleine frum in mijn buik zou blijven zitten. Op dat moment voelde ik me nog goed en maakte ik mij nog niet echt druk. Elke dag kwam er visite langs en dachten wij dat ik en de kleine frum binnenkort toch wel weer naar huis zouden gaan. Er werden al voorzichtig plannen gemaakt om vanuit huis de bloeddruk te kunnen gaan meten en dit dagelijks te laten controleren door de artsen.
De nacht van zaterdag 12 januari werd ik heel erg ziek. Het sloeg ineens om. Ze spraken nu over het HELPP-syndroom. Ik kreeg een infuus met magnesium en zou niet meer het ziekenhuis uit komen zonder de kleine frum. Omdat mijn lichaam erg verzwakte en het daardoor ook gevaarlijk werd voor mij en de kleine frum, besloten de artsen twee dagen later om de bevalling in te leiden. We wisten nu dat onze kleine op de neonatologie afdeling zou komen te liggen en daarom kregen wij daar een rondleiding. Wat was dit heftig zeg. We reden een tweelingenkamer in om een indruk te krijgen hoe de kleintjes er bij zouden liggen en mochten één van de twee eventjes snel zien. Wij hadden van te voren natuurlijk geen idee hoe onze kleine frum het zou gaan doen, dus konden we maar beter op het ergste voorbereid zijn. Nog dezelfde avond kreeg ik een ballonetje geplaatst om de bevalling in te leiden. Dit vond ik echt pijnlijk. Ik werd nu langzaam ook wel een beetje nerveus voor wat mij nog te wachten stond. Al vrij snel begonnen de krampjes te komen, maar dit was nog prima te handelen.
Omdat we een nieuwe nacht in gingen, adviseerde de verloskundige om op tijd te gaan slapen, zodat ik goed uitgerust zou zijn mocht de bevalling snel beginnen. Na een wat onrustige nacht werd ik de volgende ochtend wakker en voelde ik dat mijn ballon eruit was. Na een check van de verloskundige bleek dat ik al 4 centimeter ontsluiting had en de bevalling echt was begonnen. 4 Centimeter?! Hoe dan? Ik had echt in mijn hoofd zitten dat weeën enorm veel pijn zouden doen. Ik had amper iets gevoeld van de eerste paar centimeters. Toen mijn weeën niet echt doorzetten, nadat ze mijn vliezen hadden gebroken, gaven de artsen mij een nieuw infuus met weeënopwekkers. En ja hoor, daar kwamen de weeën. “Oké, ik neem het terug”, dacht ik, “dit doet echt wel zeer!” Omdat de kleine frum goed in de gaten gehouden moest worden, kreeg hij alvast een sensor op zijn hoofdje. Na drie uur de één na de andere wee te hebben weg gepuft, kwam de verloskundige weer even checken: 6 centimeter. “Nee joh, echt maar 2 centimeter erbij?”, zei ik teleurgesteld.
Omdat ik al een tijdje in het ziekenhuis lag en de laatste paar dagen echt flink ziek was, vroeg ik om een ruggenprik. Mijn lichaam was op. De verloskundige was het met me eens en ging het regelen. Nog geen minuut nadat de verloskundige de deur uit was, zei ik tegen mijn vriend dat ik heel nodig naar de wc moest. Ik zat nog steeds aan het magnesium en moest dus op de po. Toen dacht ik letterlijk dat al mijn ingewanden eruit kwamen, zoveel druk voelde ik. Dit kon niet goed zijn, dus drukten we de bel in. Daar kwam een verpleegkundige die gelijk aan mij zag hoever het was (iets met een rood bezweet hoofd). Ze vroeg mij op bed te gaan liggen en belde de verloskundige dat ze terug moest komen. Ondertussen werden ook alle spullen voor de ruggenprik naar binnen gereden. De verloskundige kwam een beetje geïrriteerd binnen aangezien ze mij zojuist had gecontroleerd. Toen ze onderin voelde, ontstond er lichte paniek in de kamer. De kleine frum zijn hoofdje was al te zien en zou heel snel geboren worden. Met redelijke spoed werd de kinderarts erbij gehaald. Hij moest meteen na de geboorte de kleine nakijken. Men vroeg of ik nog even kon wachten met persen.
Uiteindelijk kwam na twee persweeën op 15 januari om 13:04 onze kleine James ter wereld. Huilend en smakkend werd hij eventjes bij mij gelegd. Gelukkig konden we snel wat foto’s maken met zijn drieën. Na twee minuten werd hij meegenomen door de kinderarts en naar de neonatologie afdeling gebracht. Hier begon ons nieuwe avontuur op kamer 10.
WORDT VERVOLGD…
DEBBY