Vandaag is weer zo’n dag waarop alles wat mis kan gaan, mis gaat. En dan bedoel ik dus met alles, precies dezelfde dingen die elke andere moeder, net als ik, elke dag doormaakt. Maar vandaag is zo’n dag, dat ik dat dus even gewoon niet trek. Zo’n dag waarop ik even geen zin heb om liedjes te zingen, koekjes te bakken en de ene na de andere poepluier te verschonen.
Zo’n dag die elke moeder regelmatig heeft, maar waar we vrij weinig over (durven te) praten. De norm is dat we allemaal hele gezellige en lieve moeders zijn. Ook wanneer je een drol van je kleuter uit de kattenbak van de kittens hebt gevist. Ook wanneer je een pluk van je eigen haar uit de handen van je peuter trekt om vervolgens je baby in slaap te wiegen terwijl diezelfde kleuter een hap uit je bovenbeen probeert te nemen. En zelfs nadat je een slok van de urine van de kleuter hebt gedronken, omdat hij dacht dat het normaal was om in een leeg pak sap te plassen.
Je wilt vluchten naar een warm strand hier ver vandaan (fuck you Corona) met vijf wijntjes en stiekem ook nog een jointje in je handen. Maar dat zeg je niet. Wat je zegt is dat je er voor je kinderen zult zijn. En dat doe je. Soms met alle liefde die je in je hebt, en soms met meer tegenzin dan ooit. Je doet het. Want dat is wat we doen, wie we zijn. Moeders. Zeggen dat we het soms beu zijn, eerlijk vertellen dat we onze tranen stiekem weg staan te vegen na de zoveelste driftbui van een van de bloedjes, dat doen we niet. Want onze kinderen zijn fantastisch. Alles is fantastisch.
ABC, ik doe niet meer mee. Want hoeveel ik ook van ze houd. Mijn kinderen zijn soms best wel kut. Niet kutter dan andere kinderen. Nee, alle kinderen zijn soms best wel kut. Ja, ook die van jou. En ik ben soms ook kut. Of nouja, regelmatig. Vaker dan ik zou willen in ieder geval. Vaker dan ik wil, verlies ik mijn geduld. En minder vaak dan dat ik wil, ben ik de gecontroleerde liefdevolle moeder die niet schreeuwt. Net als jij.
Dankbaar ben ik vervolgens voor de bemoedigende glimlach van een andere moeder in de supermarkt, die net als ik, een voorraad luiers inslaat waarvan je zou denken dat je er de komende maand prima mee doorkomt. Maar in werkelijkheid na drie dagen de laatste luier alweer uit het mandje trekt. Dus laten we vaker lachen, naar elkaar, naar onszelf, en naar onze kinderen. Lach ze uit, lach ze toe. Het maakt niet uit. Maar zolang we lachen, huilen we in ieder geval niet.
WHITLY