25 weken en 2 dagen zwanger
Ineens kreeg ik onwijze krampen boven in mijn buik. Het leken wel mijn darmen. “Ach, het zal zo wel overgaan”, dacht ik. De pijn was heftig, maar ik dacht dat het van zelf wel zou zakken. Na een nachtje “slapen”, belde ik toch maar de verlosafdeling van het ziekenhuis waar ik onder controle was. De krampen zaten nu toch ook onder in mijn buik en maakten me angstiger. Om 09.30 werd ik aangesloten aan de CTG. Om 12.00 kwam de gynaecoloog vertellen dat het niks met ons meisje te maken had, maar we zagen dat de gynaecoloog het stiekem ook niet helemaal vertrouwde. Ik liet een chirurg komen, omdat ik in 2013 een gasttic bypass heb gehad. Misschien had het daarmee te maken?! De chirurg wilde een echo van mijn galblaas, nieren en maag. Hier kwam niks uit en ik werd weer naar boven gestuurd. Na veel overleg en een hele tijd wachten, vloog de deur open en riep de verloskundige: “We gaan nu longrijping geven! Jij moet naar een ander ziekenhuis”. Ik raakte compleet in paniek, stortte compleet in en huilde intens. Er werd niets aan mi uitgelegd, behalve dat ik naar Eindhoven moest met een ambulance. Manlief ging met zijn eigen auto.
Om 23:30 kwamen we aan bij het Maxima ziekenhuis en werd ik naar de kraamsuites gebracht. Hier kregen wij eindelijk de uitleg waar we zo vurig naar op zoek waren. Ons meisje kreeg de longrijping, omdat ze dachten dat ik een darmhernia (gedraaide darm) had. Misschien zou ik geopereerd moeten worden. Ook vertelden ze over de NICU, dat ons meisje sterk was en het onwijs goed deed. Ik kreeg een infuus. Ze vroegen ons in de nacht of onze andere zoon gehaald kon worden en of ze het Ronald MacDonald huis voor ons konden boeken. De eerste dag in Eindhoven bestond uit artsen, verpleegkundigen en diëtistes. Iedere keer als ik iets at, kreeg ik buikpijn. Hierdoor gingen we over op een vloeibaar dieet. Pffff, wat een hel. Al die tijd deed ons meisje het onwijs goed. De artsen wilden graag een MRI-scan. Ik was nog geen half uur terug op de kamer, toen de deur openging: “We gaan je vandaag opereren”. We waren zo bang, want er was een (kleine) kans dat ons meisje voor de 26 weken geboren ging worden.
De operatie verliep goed. Ik lag inmiddels al ruim vier uur aan de CTG. Ik had harde buiken, maar gelukkig geen ontsluiting. De volgende dag werden de harde buiken best regelmatig en pijnlijk. Ieder uur meetten ze mijn baarmoedermond op. Wederom geen ontsluiting. De dag erop werden de harde buiken nóg pijnlijker en voelde ik ook rugweeën. Op de CTG warren ze goed te zien. Ik pufte me een ongeluk en werd steeds banger. De hartslag van de baby fluctueerde enorm: het ging van heel hoog naar laag en andersom. Wij dachten: “Dit is het! Ze gaan haar halen!” Na wat uren leken de weeën te zakken. De gyne vertelde dat ze de baby niet gingen halen, omdat het er toch nog goed uit zag. Ik mocht naar huis met veel rust.
Momenteel ben ik 27 weken en 2 dagen en zit ons meisje nog lekker warm in mijn. Ondanks dat de artsen heel positief zijn en vroeggeboorte niet zo snel zien gebeuren, is mijn angst nog niet volledig weg.