Iedereen ervaart deze overgang echt heel anders. Wat ik de afgelopen jaren zo om mij heen hoor is voor veel ouders de overgang van één kind naar twee kinderen toch wel de meest heftige overgang. Ik heb dat net zo ervaren. De redenen waarom ik dit de meest heftige overgang vond heeft voor mij met veel meer te maken dan ‘alleen de overgang van één naar twee kids’. Evan werd na een veelbewogen zwangerschap met 39 weken en 6 dagen geboren. Het was een prima bevalling volgens het boekje en de eerste dagen was hij vrij relaxt. Ik was de eerste dag nog hyper van de adrenaline, voelde me intens gelukkig en dacht allemaal heel goed te weten hoe ik met hem om moest gaan. Ik had tenslotte al een kind deels grootgebracht, dus kom maar door! Na een dag of drie merkte ik dat Evan onrustiger werd en dat ik mezelf tekort voelde schieten als moeder naar Indy toe. Evan vroeg best wat aandacht van ons, maar met name van mij vanwege de borstvoeding. Elk anderhalf uur wilde hij drinken. Hij was verder met geen mogelijkheid stil te krijgen. De nachten wilde hij ook veel drinken en slapen overdag deed hij hooguit 30-45 minuten, waarna hij weer heel graag als een sticker tegen mij aan wilde plakken. Shit, wat nú. Ik wist en voelde namelijk ook dat dit niet binnen een paar dagen zou stoppen. En mijn aandacht voor Indy dan? Die moest zij echt voor 70% inleveren. Hallo, schuldgevoel. De weken die daarna volgden waren voor mij net als het spel spoorzoekertje. Ken je dat? Mensen van ‘mijn generatie’ vast wel. Je probeert de andere partij te vinden door middel van pijlen die ze met stoepkrijt op de straat hebben getekend en eventuele opdrachten die je moet uitvoeren als dit erbij geschreven staat. Snap je? Nee? Check Google dan even. Snap je het? Nou, zo ging het ook ongeveer met Evan. Als we dachten de goede richting op te gaan, werden we ineens op het verkeerde been gezet doordat er meerdere pijlen getekend waren; zijn behoeftes veranderden soms met de dag, we konden dan weer terug en op zoek naar een andere weg. Ondertussen moesten we ook met Indy rekening houden. Vind daar maar eens de goede weg in, de middenweg zeg maar. Of ik er meer last van had dan zij, blijft een onbeantwoorde vraag.
Na een maand of drie merkte ik dat we langzaamaan, heel voorzichtig, onze draai vonden in ons nieuwe gezinsleven. Evan begon wat beter te slapen ’s nachts en overdag, en mijn boobs waren niet per se elk 1,5 uur meer nodig. Dat was serieus al een hele verademing. Inmiddels hadden wij ook door dat het strikt aanhouden van de 3 R’s (rust, reinheid en regelmaat) zorgde voor een minder overprikkelde Evan. Stukje bij beetje konden wij zijn persoonlijke gebruiksaanwijzing lezen en schrijven. En met liefde. Er kwam meer aandacht terug voor Indy en weer een paar maanden verder was de middenweg-der-aandachtsverdeling er. Whoeii! Voordat ik ging schrijven ben ik bewust weer gaan nadenken waar voor mij het verschil lag tussen het krijgen van kind één en het krijgen van kind twee. De overgang van geen kinderen naar één kind was op z’n zachtst gezegd even wennen. Ondanks dat Indy, die zeven jaar ouder is dan Evan, super makkelijk was. We konden haar eigenlijk altijd overal mee naartoe nemen, ze sliep door toen ze zes weken oud was en van sprongetjes had ze vrij weinig last, net als het krijgen van tanden. Oké, doorkomende kiezen en de kapotte billetjes die ze had van de vele spuitluiers vond ze ook echt niet tof. Maar al met al was Indy een ‘makkelijk’ kind. Super chill. Anyway, bij het krijgen van kind één verandert je hele leven. Je moet een nieuw ritme vinden met elkaar en rekening houden met een minimensje dat afhankelijk is van jou. Maar die aardverschuiving die sommige mensen om mij heen hebben ervaren bij het krijgen van hun eerste kind heb ik niet gevoeld. Bij de komst van Evan daarentegen wel. Voor mijn gevoel hebben daar een aantal factoren een rol in gespeeld. Komen ze:
· Door de ziekteperiode van Indy tijdens mijn zwangerschap van Evan (zie eerdere blog, link in mijn bio!) was mijn focus op haar zo immens groot, geen moment week ik van haar zijde. Tijd om op adem te komen of deze focusknop even naar standje minimaal te zetten was er nauwelijks voordat Evan geboren werd. Van het één rolde ik eigenlijk in het ander, zonder het één te hebben ‘afgesloten’.
· Bij Indy dacht ik het wiel te hebben uitgevonden. Als je één kind al deels hebt grootgebracht, is dat alleen maar een makkie bij een volgend kind. Toch? Ik vond in mijn onwetendheid toen Indy geboren was ook dat zij zich met name aan ons moest aanpassen, in plaats van wij aan haar. Zij accepteerde dat, dus dat liep verder prima. Dat zou bij een volgend kindje dan vast ook wel lukken. FAIL!
· Door mijn werk als gezinsbehandelaar toentertijd kon ik allerlei tips en trucs uit de kast trekken om het mijn baby naar zijn zin te maken. Als er iets zou zijn, zou ik dat vast snel kunnen aanpassen of oplossen. FAIL! Ja, ik heb van alles uit de kast getrokken in de hoop dat iets daarvan zou werken. Sommige tips en trucs lukten wel (soms voor heel even), maar weet je wat het grote verschil is? Die emotionele betrokkenheid. En de voedselbron die ik was van hem, plus mijn hormoonhuishouding die op zijn kop lag. Halleluja. Wát een verschil.
· Het karakter van Evan en het loslaten van mijn principes: hij had hele andere wensen en behoeftes dan die Indy had en ik vond het in het begin moeilijk om daar flexibel mee om te gaan. Hij had echt zijn slaapjes op vaste tijden in zijn eigen bedje nodig, met een heel vast ritueel, wat ons een stuk beperkter maakte in het weggaan bijvoorbeeld. Voor mijn gevoel schoot ik daardoor tekort bij Indy. Het accepteren dat wij ons zich met name aan hém moesten aanpassen in plaats van andersom, kostte tijd. Zo ook een andere invulling geven aan de één op één tijd met Indy.
· En een heel groot verschil voor mij was dat ik het gevoel had continu ‘AAN’ te staan. Herken je dat? Als Evan even lag te slapen wilde Indy graag alle aandacht van mij. Terecht! Maar daardoor kon ik niet opladen door middel van slapen, serie kijken, lezen, or whatever. Dat kon bij kind één wel. De optie om ‘nee’ te zeggen tegen Indy was er niet, omdat ik me dan tekort voelde schieten. Tijd voor mezelf was er dus nauwelijks. Of beter gezegd: dat gunde ik mezelf nauwelijks. Ik raakte opgebrand, want ik wilde het té goed doen. Ten koste van mezelf.
Het vinden van een nieuw ritme met twee kinderen heeft bij mij veel langer geduurd dan het vinden van een ritme met één kind. Dat maakte in combinatie met bovengenoemde factoren voor mij de overgang van één naar twee kinderen intenser, heavy en hier en daar pittig. Daarbij heb ik ook een tijd lang met een schuldgevoel rondgelopen naar Evan toe. Zijn onrust en overgevoeligheid verweet ik mezelf, vanwege het ziek zijn van Indy tijdens mijn zwangerschap en de zeer beperkte aandacht die ik in die periode voor hem had in mijn buik. Dat gevoel draagt ook niet bepaald bij aan een soepele overgang van één naar twee. Maar, dat gevoel is niet meer. Mede door therapie, EMDR en een stukje zelfontwikkeling staat er een verbeterde versie van mezelf. Hatsa! Inmiddels hebben we drie heerlijke kids. Liva, de jongste, is nu 1,5 jaar. Alle drie zijn zo verschillend en alle drie zo ontzettend leuk. De overgang van twee naar drie vond ik trouwens wel weer een makkie. Daar waren de omgevingsfactoren ook verre van ideaal (zie blog ‘twee zwangerschappen die in het teken stonden van kanker’), maar onder andere haar relaxte karaktertje, het loslaten van mijn principes en een stukje eigen ontwikkeling maakten het wel makkelijker. De overgang van één kind naar twee kinderen en hoe je dit ervaart is echt mede afhankelijk van zoveel meer factoren dan alleen ‘de overgang van één naar twee’. En hoe je het ook ervaart: het is oké! Je doet wat je kan en het komt goed. Echt!
Hoe heb jij de overgang van één naar twee (en/of drie of meer) kinderen ervaren? Welke factoren speelden daarin mee voor jou?
SHARON (klik hier voor haar Instagram)