Mijn eerste bevalling was een natuurlijke bevalling, maar wel een traumatische. Ik heb EMDR-therapie gehad om dit een plekje te kunnen geven. Ongeveer 14 maanden na de geboorte van onze zoon begon het weer te kriebelen. Mijn therapieën waren achter de rug en ik had zowel geen lichamelijke als psychische klachten meer. In goed overleg met mijn gynaecoloog en na alle risico’s te hebben doorgenomen hebben we besloten om bij de volgende zwangerschap te gaan voor een geplande sectio, oftewel een keizersnede.
Dat onze dochter vanaf week 30 in (onvolkomen)-stuitligging lag, was eigenlijk een bijkomstigheid. Normaal gesproken kan er overwogen worden om door middel van een draaipoging het kindje weer in de hoofdligging te krijgen, echter had dit voor ons geen toegevoegde waarde aangezien er op voorhand al sprake zou zijn van een geplande sectio. Het was 14 juli 2017, de dag dat wij ons mochten melden in het Scheper Ziekenhuis in Emmen. Alles ging zoals het moest gaan en eindelijk wist ik hoe het voelde om op een roze wolk te zitten. Na drie dagen mochten we naar huis en konden we optimaal gaan genieten van ons gezin. Tijdens het ontslag in het ziekenhuis kregen we te horen dat er een procedure is voor kinderen die in een stuitligging geboren zijn. Zij moeten na drie maanden terugkomen voor een echografie van de heupjes.
Heupdysplasie schijnt vijf keer zo vaak voor te komen na aan stuitligging. Ook schijnt de aandoening vaker bij meisjes voor te komen dan bij jongens en gaat het twee keer zo vaak om de linker heup dan om de rechter. Bij ons zijn er geen erfelijke of familiaire invloeden die een rol konden spelen, maar doordat onze dochter een lange periode in stuitligging heeft gelegen en ook in stuitligging is geboren, viel zij onder de risicogroep. Samen met onze dochter van drie maanden zaten we te wachten totdat haar naam omgeroepen werd. We gingen naar binnen en moesten haar kleertjes uittrekken en haar luier afdoen. Er werd een echo gemaakt van beide heupjes. We moesten haar eerst op haar ene zij leggen en vervolgens op haar andere. Achter de schermen werd er overlegd. De man die de echo maakte ging in overleg met de orthopeed, dit omdat hij de echo van haar linker heupje niet helemaal vertrouwde. We werden direct doorgestuurd voor een röntgenfoto om een zo nauwkeurig mogelijk beeld te krijgen. Na een half uur wachten mocht ik samen met onze dochter naar binnen voor de röntgen. Gelukkig beseft een baby van drie maanden nog niet wat er allemaal gebeurt en verliep het maken van de röntgenfoto erg soepel. Tijdens het aankleden van onze dochter werd er medegedeeld dat we ons geen zorgen hoefden te maken. De orthopeed die eerder de echo had bekeken had ook zijn ogen over de röntgenfoto laten gaan. Er was een lichte afwijking te zien, maar op dat moment niet alarmerend. Als onze dochter zes maanden zou zijn moesten we terugkomen om wederom een röntgenfoto te laten maken. De doorverwijzing zouden we bij het consultatiebureau ontvangen tijdens het 6-maanden consult.
We gingen terug naar huis. In de auto voelde het vreemd. Ik maakte me toch zorgen ondanks dat er werd gezegd dat dit niet nodig was. Zou het dan toch mijn moedergevoel zijn geweest waardoor dit gevoel zo overheersend was? Mijn partner stelde me gerust en zei dat we moesten vertrouwen op de deskundigheid van de artsen in het ziekenhuis.
Met zes maanden kwamen we op consult bij het consultatiebureau. Dit keer mochten we naar de jeugdarts. Een ontzettend aardige vrouw. Na een kort gesprekje deed ze een aantal oefeningen bij onze dochter. Tijdens de oefeningen vroeg ze hoe het gegaan was tijdens de echo in het ziekenhuis. Ik vertelde haar het hele verhaal en ze vroeg me of ik naast haar wilde komen staan. Ze liet me drie eenvoudige testjes zien waaruit opgemerkt kon worden of de kans op heupdysplasie aannemelijk zou zijn. Het verschil in beenlengte, een extra bilplooi en het moeilijk kunnen spreiden van de beentjes. Alle drie de testjes waren positief, of eigenlijk kun je beter zeggen dat ze negatief waren. De jeugdarts liet al doorschemeren dat ze bang was voor het ergste en heeft met spoed voor ons een doorverwijzing naar het ziekenhuis geregeld.
Precies 1 week later zaten we weer met onze dochter bij de afdeling röntgen. Na het maken van de röntgenfoto moesten we door naar de afdeling orthopedie waar een afspraak gepland stond. We werden opgeroepen en moesten in een kamertje wachten op de orthopeed. Een erg vriendelijke man kwam het kamertje binnen en begon zijn verhaal met een uitleg over heupdysplasie en de ontwikkeling van de heupjes bij baby’s. Aan het einde van zijn verhaal vertelde hij dat er bij een heupaandoening als heupdysplasie ook kan worden gesproken over heupluxatie. Bij heupluxatie is de heup volledig ontwricht, uit de kom gegroeid. De röntgenfoto wees uit dat dit bij onze dochter ook het geval was. Bij haar linkerheupje was sprake van heupluxatie. Verschillende vragen flitsten door mijn hoofd. Hoe kan dit nou? Waarom zijn we die maanden geleden weer naar huis gestuurd met de mededeling dat wij ons geen zorgen hoefden te maken? Dat er wel een lichte afwijking te zien was, maar het voor nu niet alarmerend is? En nu is haar heupje gewoon uit de kom? Ik kon het allemaal even niet meer plaatsen. De orthopeed wilde zelf nog wat testjes met haar doen. Ik legde haar neer op de behandeltafel. Gelukkig vertelde hij ons voor die tijd niet wat hij eigenlijk van plan was, want dan was ik geheid het kamertje uitgelopen. Hij wilde kijken of er genoeg speling in haar heup zou zitten, om vervolgens haar heupje ter plekke weer in de kom terug te zetten. Onze dochter begon ineens hard te huilen waarop hij zei: ‘’Helaas, dit gaat niet lukken. Haar heupje is te stijf… ‘’
Wordt vervolgd…
SHARON